Nieuws Brexit

Brexit-column: de opmerkelijke brief van de Belastingdienst

Een bijna 19e eeuwse beeld van handel, ook bij de Britse Belastingdienst, is deels de oorzaak van de gebrekkige Brexit-planning. Was getekend, Lennard van Otterloo, ondernemer in het Verenigd Koninkrijk, woonachtig in Londen.

Lennard van Otterloo 27 december 2018

Lennard van otterloo

Her Majesty’s Revenue and Customs (HMRC) is de nogal chique naam van de Britse belastingdienst. Ik krijg direct James Bond-visioenen bij zo’n naam, maar in de praktijk gaat onze correspondentie meestal over BTW. Soms over vennootschapsbelasting.

Toen ik hier mijn bedrijf oprichtte, verwachtte ik dat de bank mijn partner zou worden en de Belastingdienst een blok aan het been. Niets bleek minder waar. Mijn bank is reactief, bureaucratisch en onbehulpzaam, de Belastingdienst proactief, modern en behulpzaam. Het Verenigd Koninkrijk heeft terecht een naam als innovator in financiële dienstverlening. Maar, dan gaat het wel over complexe financiële producten en constructies; de ‘haute finance’. Als het op huis-tuin-en-keuken ‘retail banking’ aan komt, dan valt er nog wel wat te innoveren. Schaf nou eindelijk eens die cheque af bijvoorbeeld.

Lees ook: 'Jamie Oliver en anderen sluiten Britse restaurants door Brexit'

Terug naar die behulpzame Belastingdienst. Deze week ontving mijn bedrijf de tweede brief van HMRC over Brexit-voorbereidingen. In veel officiële Britse overheidscommunicatie is het woordje ‘unlikely’ inmiddels weggehaald als het over het ‘No Deal’-scenario gaat (het is kennelijk niet meer zo onwaarschijnlijk). In die van de Belastingdienst komt het nog wel voor.

HMRC weet dat mijn bedrijf internationaal zaken doet. Ieder kwartaal moet ik bij mijn btw-aangifte ook vermelden met welke bedrijven (en btw-nummers) in de rest van de Europese Unie het bedrijf zaken doet. Zo kunnen ze aangepast advies sturen, ook al weet HMRC ondanks de nog geen 100 dagen te gaan tot De Brexitdag, eigenlijk ook niet wat er gaat gebeuren.

Wat mij direct opviel in de brief, is dat ze er automatisch van uit gaan dat ik goederen importeer of exporteer, alsof diensten niet bestaan. Dat had ik toch niet verwacht van die moderne HMRC, zeker niet aangezien mijn bedrijf er als dienstverlener ingeschreven staat. Het legt ook een probleem bloot. Het idee dat handel alleen bestaat uit goederen die gekocht en verkocht worden, is al lang achterhaald. Een groot deel van het economisch verkeer bestaat tegenwoordig uit diensten (van accountancy en reclamebureau’s tot social media en mobiele telefonie) of uit goederen met een dienst eraan vastgeplakt in de vorm van financiering of een onderhoudscontract.

Lees ook: Column 'London Calling': Hoe de Brexit droom in duigen valt

Dat bijna 19e eeuwse beeld van handel (ook bij Donald Trump te zien) is deels de oorzaak van de gebrekkige Brexit-planning. Vooraanstaande Brexiters hebben een achterhaald idee van internationale handel – de hier veel genoemde BMW’s en prosecco – en daardoor een simplistisch beeld van het uit elkaar halen van de sterk vervlochten Europese economie. Hetzelfde simplisme zie je bij types die devaluatie van de Britse pond als een economische groeikans zien. Je kunt wel ‘Engelse’ jam exporteren, als de vruchten uit Spanje komen, de glazen potjes uit Frankrijk en de deksels uit Duitsland, dan heb je weinig aan een ingestorte Pound Sterling.

Al vrij snel tijdens de uittredingsonderhandelingen werd duidelijk dat de werkelijkheid veel complexer was dan door Brexiters aan de bevolking was voorgesteld. Van medicijngoedkeuring en voedselveiligheid tot pilotenlicenties en grensoverschrijdende dienstverlening; veel zaken waar we tegenwoordig op rekenen zijn afhankelijk van grensoverschrijdende afspraken, regels en diensten. De door sommige extreme Brexiters voorgestelde ‘WTO deal’ als alternatief voor een uittredingsverdrag is eigenlijk helemaal geen ‘deal’. Het betekent terugvallen op de basis handelsregels van de Wereld Handels Organisatie. Die regels zijn niet alleen basaal – niet voor niets heeft ieder land ter wereld aanvullende handelsovereenkomsten – ze regelen ook helemaal niets voor diensten.

Het zijn dan ook de partijen die wél ervaring hebben met moderne handel (de autofabrikanten met hun Just In Time supply chain, onderdelencertificering en typegoedkeuring, de financiële sector met hun EU-wijde dienstverlening en regelgeving of de internetbedrijven met hun internationale datastromen en privacywetgeving) die de noodklok luiden. De beroepspolitici onder de Brexiters blijven geloven in fantasieën en hun 19e eeuwse ideeën over handel.

Over Lennard van Otterloo

Lennard van Otterloo is ondernemer en woont sinds 2006 in Londen. Hij is mede-oprichter van het De Ruyter Netwerk (voor Nederlanders in de creatieve, media of startup sector in Londen), lid van het Startup Mentoren Netwerk van de Nederlandse Ambassade en werkt als strategie consultant voor technologiebedrijven. Lennard schrijft voor De Ondernemer vanuit Londens perspectief wekelijks een column over Brexit, onder meer over de zekere en mogelijke gevolgen voor ook Nederlandse ondernemers.