De zogenaamde 'pre-seed' ronde leverde investeringen op van onder meer Jos Burger, Jaap van den Broek, Matthijs Ingen-Housz, Mahdi Abdulrazak, Quirijn van Veen, ASIF Ventures en OTK Capital. ,,We waren op zoek naar investeerders die echt in onze missie geloven en ook toegevoegde waarde hebben door hun relevante ervaring en achtergrond”, vertelt mede-oprichter Michiel Meyer. ,,Dat is met deze groep een perfecte match. Workwize wil met deze initiële investering vooral de commerciële organisatie en dienstverlening versterken in aanloop naar vervolgfunding."
Workwize faciliteert werkplekrevolutie
De mix van thuis en op het bedrijf werken is de grootste werkplekrevolutie van onze tijd, meent Workwize. De Amsterdamse startup is het thuiswerkplatform dat werknemers helpt hun werkplek optimaal in te richten, zo valt te lezen in een recent interview met Workwize. Het bedrijf faciliteert voor de werknemers van een bedrijf ergonomische verantwoorde thuiswerkplekken. Hierdoor kan een werkgever op een effectieve manier maximale werkplekflexibiliteit bieden aan werknemers, een trend die volgens de startup onomkeerbaar is.
Werknemers van nu verwachten dat werkgevers het thuiswerken niet alleen toelaten, maar ook actief faciliteren
Michiel Meyer, medeoprichter Workwize
Sinds begin dit jaar werkt Workwize aan deze missie. De jonge onderneming bedient nu al meer dan 3.000 werkplekken in verschillende sectoren. Met het geld dat nu is opgehaald gaat Workwize zijn groei nog verder versnellen. De oprichters zien de vraag naar haar diensten sterk toenemen. Onderzoek laat zien dat een zeer ruime meerderheid van bedrijven remote werken structureel ondersteunt of gaat ondersteunen.
Mede-oprichter Michiel Meyer benadrukt hoe belangrijk het voor bedrijven is om dit goed in te richten voor haar werknemers. ,,De werknemer van nu verwacht dat de werkgever het thuiswerken niet alleen toelaat, maar ook actief faciliteert. Zodra dit niet gebeurt is er een risico dat talent overstapt naar een concurrent die dat wel goed heeft ingericht. Een trend die we al in de Verenigde Staten zien.”