Schelpdierenbedrijf Prins & Dingemanse in Yerseke blijft innoveren

Dat is noodzaak, want de concurrentie zit niet stil, weet marketingmanager Martijn van der Sluijs. ,,We moeten vooruitkijken en kansen benutten.'' Zonder innovatie geen 137 jaar historie. Zo simpel is het. Inmiddels staat de vijfde generatie Prins aan het roer van het familiebedrijf. ,,Constant ontwikkelen we nieuwe producten en boren we nieuwe markten aan. Alleen zo blijf je de concurrentie voor.''

Met de introductie van waterdichte verpakkingen eind jaren 90 is de afzetmarkt van Prins & Dingemanse pas echt gaan groeien. Er kwamen afgesloten plastic bakjes, waarmee de houdbaarheid enorme sprongen maakte. Met als mooie bijkomstigheid: de verkoop in supermarkten.

Door de verbeterde verpakkingsmethodenkomt ook de export naar exotische oorden op gang. Met België als grootste afzetmarkt. Inmiddels gaan de mosselen met het gele logo de hele wereld over. ,,Als het moet, liggen ze binnen 24 uur op het bord van zakenlui in Dubai'', zegt Van der Sluijs.

Hoewel het bedrijf vooral bekend is van de mosselen, is het eind 1800 gestart met gecultiveerde oesterkweek. De horeca in ons land toont de laatste jaren meer interesse in de oester. ,,Steeds meer restaurants hebben ze op de menukaart staan.''

Lees ook: Zeeuws familiebedrijf : 'Je moet trots zijn op je regio'

Werken met natuurproducten heeft een keerzijde. ,,Als mens heb je op veel zaken in het leven invloed, behalve op de natuur.Dat merken wij elke dag. Bedreiging nummer 1 in de oesterkweek is de oprukkende oesterboorder; een slak die een gaatje boort in een oester en deze dan leeg eet.''

Van economische grillen merkt het bedrijfminder. ,,De afzetmarkt is tijdens de crisis wat verschoven'', zegt Van der Sluijs. ,,De consument blijft mosselen eten, maar deed dat wel vaker thuis. Nu de economie aantrekt zie je dat terug in de afzet richting horeca.'' Dat de mossel- en oestersector niet duurzaam zou zijn, noemt Van der Sluijs kolder. ,,Als dat zo was, hielden wij het geen vijf generaties vol.''