Daarmee is Groningen, samen met de provincies Drenthe en Limburg, koploper. In vergelijking met 2008 is het aantal cafés in Nederland met 13 procent gedaald tot 11.000. Flevoland is de enige provincie waar het aantal cafés de laatste jaren is toegenomen.
In 2008 telde de provincie Groningen gemiddeld nog bijna tien (9,8) cafés per tienduizend inwoners. In 2015 was dit cijfer gedaald tot ruim zeven (7,4) cafés per tienduizend Groningers.
Ondanks de daling heeft Limburg per hoofd van de bevolking nog altijd de meeste kroegen. Per 10.000 inwoners zijn er in die provincie elf cafés te vinden. Inwoners van Flevoland zijn met drie kroegen op 10.000 mensen het minst rijk bedeeld.
Niet alleen in omvang daalt het aantal kroegen, maar ook hun omzet. In de eerste drie kwartalen van 2015 bleef de omzet van cafés 7 procent achter bij topjaar 2007.
Kroegbazen voerden wel de sterkste prijsstijgingen door vergeleken met andere horeca-takken. In cafés betalen bezoekers gemiddeld een kwart meer voor bier, wijn en andere consumpties in vergelijking met acht jaar eerder.
