Mensen met een beperking moeten in het gewone bedrijfsleven aan de slag. Dat is beter voor hen, beter voor het bedrijfsleven en beter voor de schatkist. Ga er maar aanstaan als bedrijf. Dow in Terneuzen heeft er ervaring mee. Al voordat de rijksoverheid besloot dat mensen met een beperking beter in het gewone bedrijfsleven aan de slag kunnen, was het chemiebedrijf hiermee bezig.
Dow Benelux heeft er zelfs een eigen netwerk voor, het Disability Employee Netwerk, kortweg DEN. Bert van der Heijden is de voorzitter. Hij is bij Dow in Europa verantwoordelijk voor de plastics onderzoeks- en ontwikkelingsgroep. Ruben 't Lam is lid als ervaringsdeskundige. Al dertig jaar heeft hij zware rugklachten.
SpeerpuntenHet DEN-netwerk van Dow Benelux, opgericht in 2009, is een officieel instituut. Het krijgt begeleiding vanuit personeelszaken, van Marlou Eckhardt. "Wereldwijd is hier aandacht voor binnen Dow", vertelt Eckhardt. "Verscheidenheid en mensen betrokken houden, diversiteit en inclusie, zijn speerpunten van Dow."
Sinds 1 januari 2015 is de Participatiewet van kracht. Mensen met een beperking moeten op basis van die wet - als het even kan - in gewone banen aan de slag. "Maar", stelt Van der Heijden, "de Participatiewet heeft zijn beperkingen."
BewustwordingDe overheid kan veel willen, het bedrijfsleven moet er ook achter staan en de goede bedoelingen van de overheid in de praktijk kunnen brengen. "Dat is niet eenvoudig", onderkent Eckhardt. "Het is een kwestie van bewustwording, dat mensen met een arbeidsbeperking ook van waarde kunnen zijn én blijven."
Het DEN-netwerk speelt een belangrijke rol in dat bewustwordingsproces. Centraal staat een positieve benadering, aldus Eckhardt. "Het gaat om een andere kijk op mensen. Als één van onze medewerkers ziek wordt of minder kan door een beperking, gaan we ervoor zijn kennis en ervaring zo goed mogelijk te blijven inzetten. Voor nieuwe mensen is het belangrijk dat de teams openstaan voor begeleiding en een alternatieve aanpak."
DagdienstVan der Heijden noemt een praktijkvoorbeeld. Een onderhoudsman kreeg zwaar suikerziekte. Hij werkte in de ploegendienst. "Was hij daarmee doorgegaan, dan was hij afgehaakt. Hij is overgestapt naar de dagdienst en dat gaat prima."
Bij Dow zit dit al langer tussen de oren. Ruben 't Lam heeft dat mogelijk als geen ander ervaren. Hij vertelt openhartig dat hij op zijn 29ste - 'ik was tot die tijd door en door gezond' - opeens zware rugklachten kreeg. Op foto's was niks te zien. "Gelukkig zag een bedrijfsarts dat er wel wat hand was. Dat was een lot uit de loterij. Die foto's bleken mislukt."
DolgelukkigDat is inmiddels dertig jaar geleden en 't Lam werkt nog altijd bij Dow. Niet meer zoals hij begon, als laborant, maar als statisticus. Hij analyseert de productie van Dow en is dolgelukkig dat hij die kans heeft gekregen. "Ik stelde me aan, dachten ze bij uitkeringsinstantie UWV, en ik zou staand werk moeten doen. Terwijl ik juist zittend moet werken."
't Lam dankt zijn collega's die 'me prima hebben opgevangen'. Zijn doorzettingsvermogen heeft hem minstens zo goed geholpen. "Ik spreek jongere collega's er ook op aan, vanuit mijn ervaring. Dat je in zo'n situatie moet kijken wat je wél kunt en niet wat je niet meer kunt."
BarmhartigheidHet is een boodschap die het DEN-netwerk ook buiten Dow uitdraagt. Er zijn contacten met Stichting Handicap & Studie. De stichting begeleidt studenten met beperkingen die een hoger beroeps- of universitaire opleiding volgen. Van der Heijden wil een aantal studenten graag een dag uitnodigen bij Dow en hen laten zien wat het bedrijf hen te bieden heeft.
Dat is zeker ook in het belang van Dow. Hoogopgeleide chemici en technici liggen niet voor het oprapen. Dow-topman Peter Holicki, tot begin 2012 actief in Terneuzen, noemde de aandacht voor werknemers met beperkingen ook niet voor niets 'een businesscase'. Ruben 't Lam vindt dat prima. "Zoiets doe je niet uit barmhartigheid, maar voor het bedrijf en de mensen."
