Vooruitblikken, daar houdt Van Hooff van. Maar dan wel met historisch besef. In februari 1917 werd de allereerste Jaarbeurs georganiseerd, in het centrum van Utrecht. Jaarbeurs moest er destijds voor zorgen dat de Nederlandse handel en het Nederlandse bedrijfsleven een nieuwe impuls zou krijgen. Hoe? Door handel en nijverheid te bevorderen en daarmee voorspoed te stimuleren. Van Hooff: ,,In de kern gaat het nog steeds om het bevorderen van handel en nijverheid, gekoppeld aan de uitwisseling van kennis. Live, maar ook online. Daarom is digitalisering zo belangrijk. Jaarbeurs wil 365 dagen per jaar relevant zijn in strategische markten, denk aan bouw en installatie, logistiek en zorg. Daarom faciliteren we online platforms zoals de Dutch Health Hub en -sinds dit jaar- de Bouw en Installatie Hub. We volgen de ontwikkelingen en trends in deze vakgebieden op de voet.’’
2,5 miljoen bezoekers
Jaarbeurs organiseert en faciliteert nationaal en internationaal beurzen, congressen en evenementen. Deze evenementen trekken jaarlijks circa 2.5 miljoen bezoekers. Qua bezoekersaantal staat MOTORbeurs Utrecht op nummer één, met 100.000 motorliefhebbers. Ook de Vakantiebeurs en de Kampeer en Caravan Jaarbeurs doen het goed. Van Hooff: ,,Ander succesnummer is de hobbybeurs KreaDoe met een voor- en najaarseditie met in totaal 65.000 bezoekers. Deze beurs draait om beleving. Niet met simpele marktkraampjes, maar met indrukwekkende paviljoens: je stapt een andere wereld binnen. Thunderdome is ook populair. Het muziekevent was binnen een halfuur met 30.000 kaarten uitverkocht. Tijdens dat weekend zijn nagenoeg alle hotels in Utrecht volgeboekt.’’
De publieksbeurzen trekken weliswaar de meeste bezoekers, maar de vakbeurzen en congressen zijn minstens zo belangrijk. Denk aan de BouwBeurs voor de bouwsector, de Dutch Health Week voor de gezondheidszorg en ICT & Logistiek voor de logistieke branche.
Internationale groei
Was Jaarbeurs ruim 100 jaar geleden louter actief in eigen land, al 25 jaar is de eventorganisator ook actief in onder meer het Midden-Oosten en Azië, met kantoren in China en Thailand. Van Hooff is net terug uit Abu Dhabi, waar Jaarbeurs verantwoordelijk was voor de organisatie van VIV, het wereldwijde kwaliteitsevent voor de dierlijke- en eiwitindustrie. Tijdens dit event ontmoeten professionals elkaar die actief zijn in de productie van pluimveevlees, eieren, varkensvlees, vis en zuivel.
Ook werd in Abu Dhabi een nieuw concept gelanceerd: Horti Agri Next (HAN), een beurs die gericht is op innovaties en nieuwe technologieën in de agrarische sector. Daarmee was de gehele voedselketen, zowel dierlijk als plantaardig, in het Midden-Oosten vertegenwoordigd. Van Hooff: ,,Nederland is toonaangevend in de Agrifood. Er zit zoveel kennis, dat het zonde is om daar niet mee de grens over te willen gaan. Volgend jaar vindt VIV plaats in Afrika, in Rwanda. We lanceren ook een nieuw initiatief in Utrecht: AgriBITS, waarbij agrifood bedrijven worden verbonden met leveranciers van digitale oplossingen en geavanceerde technologieën.’’
Duurzaamheid
Om toonaangevend te zijn en te blijven, is duurzaamheid bij Jaarbeurs een cruciaal thema. Dat gaat over circulaire standbouw, zo min mogelijk afval produceren, bezoekers stimuleren met de trein te komen en zoveel mogelijk gebruik te maken van streekproducten. Jaarbeurs hecht bovendien aan het tonen van maatschappelijke betrokkenheid. Zo heeft Jaarbeurs onlangs het Helen Dowling Instituut aangewezen als goed doel, een organisatie die psychologische zorg biedt aan kankerpatiënten.
Jaarbeurs – dat bijvoorbeeld benefietgala’s verzorgt - werkt al langer samen met het Prinses Máxima Centrum, dat zich richt op genezing van kanker bij kinderen. Van Hooff: ,,Omdat wij een stichting zijn, draait het niet puur om winstmaximalisatie. Relevant zijn en blijven, dat willen wij. Neem de Dutch Health Week: iedereen die er in de zorg toe doet, van minister en verpleegkundige tot bestuursvoorzitter van een ziekenhuis, is aanwezig. Naast het faciliteren en organiseren van grootschalige publieksevenementen proberen we dus vooral ook kennisleider te zijn van verschillende, relevante branches. Nationaal en internationaal.’’
