Het Lijstenatelier Renée Velsink aan de Hoge Gouwe in Gouda ligt en hangt vol met grote goudkleurige schilderijlijsten. De bijbehorende topstukken - misschien wel een Rembrandt of Monet - zijn in de musea achtergebleven, maar zonder die invulling valt nog meer op dat de lijsten een kunstwerk op zich zijn. Afhankelijk van de kunststroming barok, klassiek of romantiek zijn de gouden krullen nóg voller, verfijnder of uitbundiger. De ene lijst is nog dof bruin, bij de ander is een hoek duidelijk beschadigd en een derde heeft een gouden gloed.
FijnheidZe lijken te liggen in de volgorde waarop Renée de lijsten onder handen - of beter: in de vingers - neemt: eerst schoonmaken en bijwerken, dan vergulden en tot slot patineren. De materiaalkennis en technieken die daarvoor nodig zijn lijken net als de lijsten zelf zo uit de Gouden Eeuw te komen. Renée heeft het in ieder geval niet met een moderne cursus of opleiding geleerd.
"Midden jaren 80 volgde ik de opleiding tot meubelrestaurator. Toen ik twee keer stage liep bij een lijstenrestaurator merkte ik dat de fijnheid van het werk me goed ligt. Houtbewerking, zoals bij meubelrestauratie, is handwerk, lijstenrestauratie zou je vingerwerk kunnen noemen. Het is heel precies en je moet er geduld voor hebben."
SpannendAls een gezel leerde Renée het vak van een leermeester tijdens de omvangrijke restauratie van de kunst in het Schielandshuis in Rotterdam, waarna ze besloot zelf een atelier te beginnen. Het was in de tijd dat alleen de ware kunstkenners waardering en de financiën konden opbrengen voor haar werk. "In het begin was het best spannend. Ik heb me door het eerste jaar heen geploeterd. Daarna kwamen de opdrachten van de musea, die de waarde van de lijsten herontdekten. Ik werk voornamelijk voor musea en vergelijkbare instanties, zoals historische landgoederen. Restauratie is puur handwerk en daardoor te duur voor particulieren. Die komen wel bij mij voor nieuwe lijsten. Ik merk dat nu ook onder particulieren het besef toeneemt dat een waardevol schilderij ook een bijpassende lijst nodig heeft."
Net als bij de restauratie van schilderijen heeft Renée te maken met de opvatting van kunstkenners hoe een lijst mag worden gerestaureerd. "Restauratie is voor meer dan de helft denkwerk. Ik moet bepalen welke materialen ik ga gebruiken, in welke volgorde ik ga werken en ik moet me houden aan de ethiek van restauratie. Schilderijen worden bij restauratie tot op de verflaag schoongemaakt en van een nieuwe vernislaag voorzien. Als ik de lijsten weer als nieuw zou maken, ziet dat er niet uit. Je mag aan de lijst zien dat het schilderij en de lijst oud zijn. Dat zie je onder andere aan het vuil op het bladgoud dat zich in de loop der jaren opbouwt."
Herstel van de beschadigde decoratieve elementen is handwerk dat niet bij een cursus te leren is. "In de 18de eeuw werden lijsten gemaakt van pâte. Dat is een mengsel van krijt en huidenlijm dat een soort deeg wordt. Dat kan ik zelf maken van krijt en warme lijm. Als een hoek is beschadigd kan ik uit een andere hoek een mal maken, waarin ik de pâte vorm."
VelletjesEen secuur werkje, net zoals het opbrengen van het bladgoud dat wordt aangeleverd in velletjes van 8 bij 8 centimeter groot en 0,0001 millimeter dik. Dat is zo dun dat je er doorheen kunt kijken en het verpulvert als René een stukje tussen haar 'gouden handjes' neemt.
Net als Renée het vak heeft geleerd, heeft zij ook leerlingen in haar atelier aan het werk gehad. "Ik heb nog één zzp'er een paar dagen aan het werk en daar houd ik het bij. Het is niet een vak dat je even in workshops in de avonduren leert of als hobby aan begint. Ik heb de tijd niet meer om iemand goed op te leiden. Ik werk twee dagen per week aan opdrachten voor het Haags Gemeentemuseum en de andere dagen zitten vol met werk voor andere musea."