Volgens McGann, die jaren als lobbyist voor Uber werkte, genoot het bedrijf achter de gelijknamige taxiapp een zeer gunstige fiscale behandeling. De fiscus zou bovendien zeer waardevolle informatie aan Uber hebben doorgespeeld over hoe de belastingdiensten van andere landen te werk gaan. "De rode loper voor ons was roder en langer dan voor de koninklijke familie", hield McGann de Kamer voor.
Van Rij stelt evenwel dat de klokkenluider hetzelfde verhaal hield als eerder in de media, en dat diens beweringen "haaks lijken te staan" op de bevindingen van de Belastingdienst. Met de belastingafspraken die de fiscus maakte met Uber, zogenoemde rulings, was volgens hem "niets mis". Wel zegt de staatssecretaris "zeer geïnteresseerd" te zijn in documenten waarnaar McGann tijdens de hoorzitting verwees.
Dat het onderzoek naar de aantijgingen werd overgelaten aan de Belastingdienst zelf, vindt Van Rij nog altijd te verdedigen. Hij wijst op de "validatie" van dat onderzoek door onafhankelijke experts. Wel erkent hij dat hij de Kamer van tevoren had moeten raadplegen over de manier waarop het onderzoek zou worden opgezet. Een extern onderzoek had ook gekund maar was niet per se nodig, vindt Van Rij.