Dat blijkt uit cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek, die geanalyseerd zijn door bureau LocalFocus. Landelijk ligt het aantal eet-, drink- en slaapgelegenheden relatief veel lager dan in Zeeland: 33,7 per 10.000 inwoners.
In Zeeland, maar ook in de rest van het land, hebben consumenten de afgelopen tien jaar meer keus gekregen in de horeca: het aantal établissementen is flink gegroeid. Zeeuws-Vlaanderen heeft dit jaar in totaal 640 cafés, restaurants en hotels; in 2007 waren dat er 540. Boven de Westerschelde is het aantal horecagelegenheden gegroeid van 1.275 in 2007 naar 1.525 dit jaar.
Restaurants
De toename van het aantal horecagelegenheden in Nederland is bijna helemaal toe te schrijven aan de stijging van het aantal restaurants: ruim 34 procent ten opzichte van 2007. Met de cafés gaat het minder goed. Zeeland telde er in 2007 nog 475, maar sindsdien is het aantal cafés gedaald naar 390: een daling van 18 procent. Daarmee ging het aanbod Zeeuwse kroegen harder achteruit dan in de rest van het land. Landelijk bedroeg de daling namelijk 13 procent.
Het aantal Zeeuwse hotels is sinds 2007 gegroeid van 175 naar 240. De stijging was in ZeeuwsVlaanderen groter (44 procent) dan in de rest van Zeeland (34 procent). Zeeland heeft relatief gezien ruim twee keer zoveel hotels als de rest van het land: landelijk zijn er 2,7 hotels per 10.000 inwoners. In Zeeland zijn dat er ruim zes.