35.000 bloemkolen per week

Matijs Beers: „Natuurlijk had het ook voor de bloemkolen wel iets droger en warmer mogen zijn de afgelopen tijd, maar dat heb je nu eenmaal niet voor het zeggen. Het is een goede oogst."

Sinds begin juni is hij samen met zeven á acht medewerkers op het land om de bloemkolen handmatig te oogsten. „Op jaarbasis gaat het om 35 hectare waar we van begin juni tot begin november oogsten. Dat is anderhalve hectare per week, omgerekend zo'n 35.000 bloemkolen op weekbasis", rekent hij voor. Al die bloemkolen worden met de hand afgesneden. „Het enige wat we machinaal doen is het dichtbinden om te voorkomen dat de kooltjes licht zien. Dan kleuren ze geel. Het maakt voor de smaak niet uit, maar de consument verwacht witte bloemkolen."

Behalve bloemkolen heeft Beers ook spitskool en witte kool op het land. Die groeien ondanks deze herfstachtige zomer ook prima, zegt de akkerbouwer. „Alleen voor de witte kool hebben we wat problemen met de afzetmarkt vanwege Rusland", stelt hij. Beers verwijst hiermee naar de Russische boycot van Nederlandse voedselproducten die al een tijdje gaande is. „We zetten ook wel witte kool af in Nederland, maar voor Russen hoort een witte kool bij vrijwel elke maaltijd."

Terug naar de bloemkolen van eigen land. Ze zijn mooi groot deze zomer, vindt de Marknessenaar. „Op het hoogtepunt kunnen we zo'n 15.000 bloemkolen per dag snijden." Kwestie van een geoefend oog en dito snijtechniek. Voor Beers is de bloemkool het belangrijkste gewas. Per seizoen vinden honderdduizenden kolen uit de Marknesser grond hun weg naar de Nederlandse supermarkten. „Tot en met begin november kun je genieten van bloemkool van eigen bodem, daarna komen uit Spanje." Over de afzet van zijn belangrijkste gewas hoeft Beers zich weinig zorgen te maken.