Alliander verzet zich tegen lager topsalaris

Netwerkbedrijf Alliander verzet zich tegen een verdere verlaging van de topsalarissen. Minister Plasterk wil dat de bazen van het bedrijf niet meer dan een minister verdienen (179.000). Maar voorzitter Ed d'Hondt van Alliander vreest dat het daardoor moeilijker wordt goede topmensen te vinden.

Alliander valt nu niet onder de Wet Normering Topinkomens, hoewel de aandelen van het bedrijf in handen van overheden zijn.

Nieuwe normDe drie topmensen van het bedrijf, dat de elektriciteitskabels in grote delen van Nederland beheert, toucheerden vorig jaar gezamenlijk een miljoen. Het bedrijf heeft zelf besloten die salarissen in zeven jaar tijd te verlagen tot 228.000 euro elk. Dat is de oude topsalarisnorm.

Inmiddels is er een nieuwe norm, van 179.000 euro. Minister Plasterk heeft aangekondigd dat hij via een wijziging van de wet regionale overheidsbedrijven tot verlaging wil dwingen.

Daarmee ontstaat volgens d'Hondt een ongelijk speelveld met concurrenten als Tennet en de Gasunie. Die zouden niet onder de norm komen en zo aantrekkelijker worden voor personeel. D'Hondt wil daarom met collega-bedrijven een 'sectorcode' afspreken. Daarin zouden overheidsbedrijven, waaronder ook ProRail en de NS, een gezamenlijk maximum moeten vastleggen. D'Hondt vindt 228.000 euro een redelijk bedrag.

Zoveelste uitvluchtEen woordvoerster van Plasterk zegt dat nog niet vastligt welke bedrijven onder de nieuwe norm gaan vallen. Kamerlid John Kerstens (PvdA) vindt dat Alliander moet stoppen te zoeken naar redenen om de salarissen niet te verlagen.

"Dit is de zoveelste uitvlucht. Uit de evaluatie van de wet tot dusver is gebleken dat bedrijven hun goede mensen niet kwijt raken en dat ze geen onvervulbare vacatures hebben."

Kerstens zegt dat sommige overheidsbedrijven, zoals Schiphol, buiten de nieuwe norm kunnen blijven omdat ze internationaal concurreren. Tennet zou er wel onder moeten vallen.