Nieuws Actueel
Centrum Amsterdam wordt één bruisende kantoortuin

Het jaar 2015 eindigde met een ‘kerstcrisis’ in de winkelstraten, maar in hartje Amsterdam is de winkelomzet vorig jaar alleen maar verder opgestuwd. Dat bericht het Parool. Eens te meer ontpopt de binnenstad zich als witte raaf in het winkellandschap. Ten opzichte van 2014 maakte de omzet van winkels in en om het centrum een sprong van bijna negen procent, waar 2014 ook al vier procent groei bracht.
Dat blijkt uit de Amsterdam City Index, de jaarlijkse graadmeter voor de Amsterdamse binnenstad van ondernemersvereniging Amsterdam City. In het gebied waar de graadmeter over gaat – dat overigens meer buurten beslaat dan stadsdeel Centrum alleen – explodeerde de winkelomzet. Dat blijkt uit de door CBS becijferde gemiddelde omzetontwikkeling op basis van een panel van bedrijven.
Ook buiten het centrum zaten de winkels in de lift, met een groei van ruim zes procent. Hoe dan ook doen de Amsterdamse winkels het vele malen beter dan in de rest van het land. Het cijfer voor heel 2015 is er nog niet, maar in de eerste elf maanden was de groei in de detailhandel 1,1 procent.
De gewone winkels in het centrum verging het ook beter dan de warenhuizen en supermarkten. Die zagen hun omzet wel groeien, maar minder. ‘Zonder toerist zou menig warenhuis in zwaar weer verkeren,’ aldus de vandaag gepresenteerde City Index.
De gunstige uitgangspositie van Amsterdam in het winkellandschap stemt de ondernemersvereniging optimistisch over de uitkomst van het faillissement van V&D en de schoenenwinkels van Macintosh (Invito, Dolcis, Manfield). In Kalverstraat en Nieuwendijk gaat het om een handvol filialen, maar zelfs als deze niet tot een doorstart komen, is dat hier op te vangen. “Op basis van deze cijfers kun je zeggen: dat loopt goed af. Daar komen gewoon weer andere winkelbedrijven,” zegt Willem Koster, voorzitter van Amsterdam City.
De graadmeter voor het economische klimaat in het centrum – met voor het eerst 2011 als ijkjaar– komt dit jaar uit op 111, vijf punten hoger dan in 2014. Daarin is een waaier aan statistische informatie opgenomen, met bijvoorbeeld ook de ontwikkeling van het imago van de stad, de properheid van het straatbeeld, de criminaliteit en de bereikbaarheid.
In de snel gestegen omzetcijfers waren behalve de winkels ook de zakelijke dienstverlening en de hotels drijvende krachten. Hotels zagen hun omzet nog het snelst groeien, maar de dienstverlening (advocaten, accountants, marketeers, makelaars, architecten, adviseurs) legt het meeste gewicht in de schaal.
Het centrum is helemaal terug als werkgebied – van start-ups tot marketeers en van advocaten tot zzp’ers. De binnenstad is hun trefpunt, of dat nou op kantoor is, in een koffietent of een flexwerkplek als WeWork of Spaces. ‘Centrum XL evolueert geleidelijk tot één grote kantoortuin.’
Volgens Koster zou dat besef meer nuchterheid moeten brengen in het hoogopgelopen debat over drukte. Het doembeeld van Venetië, een stad die overweldigd wordt door toeristenstromen, gaat niet op. “Deze stad wordt juist gekenmerkt door een enorme mix. Er wordt nog veel gewerkt in het centrum, dat neemt toe. Het uitvergroten van het toerisme doet onrecht aan wat er eigenlijk aan de hand is.”