Het gaat om schade als gevolg van het zogenoemde truckkartel. DAF maakte in het verleden jarenlang met de andere grote Europese vrachtwagenbouwers afspraken over hun prijzen, zodat ze meer konden vragen en dus verdienen. Ook sprak het vrachtwagenkartel af om het geld dat ze moesten steken in nieuwe technologie om hun trucks schoner te maken door te rekenen aan de klant. Dat alles is verboden omdat het de werking van de vrije markt hindert en de klant schaadt.
De Europese Commissie legde DAF, MAN, Daimler, Iveco en Volvo/Renault eerder al boetes op van in totaal bijna 3 miljard euro. Scania weigerde te schikken en kreeg een boete van ruim 880 miljoen euro. Na deze boetes zijn veel klanten van de truckbouwers met schadeclaims gekomen. Daarover lopen nog steeds procedures.
Meerdere uitspraken
Volgens het document van Paccar hebben rechters in Europa dit jaar meerdere uitspraken gedaan. Soms pakte dit in het voordeel uit van DAF, maar soms waren ze ongunstig voor het bedrijf en heeft de onderneming beroep aangetekend. Ook is er geschikt met meerdere partijen.
Een en ander heeft ertoe geleid dat Paccar 600 miljoen dollar, omgerekend 446 miljoen euro, opzijzet voor de geschatte totale kosten. Paccar verwerkt die last in zijn resultaten over het eerste kwartaal van dit jaar. De onderneming voegt eraan toe dat de gemaakte inschatting nog kan veranderen naarmate het juridische proces voortduurt.
Een woordvoerder van DAF weigert commentaar te geven.