Nieuws Actueel

De hogere wiskunde achter het bloemencorso

Voor de leek is het aanvankelijk een combinatie van hogere wiskunde, handelsgeest, boekhouden en doorgeschoten plantkunde. Maar na zo'n uurtje geduldige tekst en uitleg van Henk Wind in de Stentor begint het toch te dagen en enigszins door te dringen.

Gerard Berendsen | Foto: ANP 19 augustus 2016

Bloemencorsoanp

Rondom de komende grote bloemencorso's in ons land, waaronder die van morgen en overmorgen in Sint Jansklooster en volgende week zaterdag in Vollenhove, draait een veelal onbekend, maar absoluut indrukwekkende economie met... dahlia's. Geen andere bloemen komen eraan te pas, alleen dahlia's, erg veel dahlia's.

De nog altijd mateloos populaire optochten van vaak reusachtige praalwagens met uiteenlopende taferelen in combinatie met figuratie, theater, zang en muziek - dit jaar zijn er meer rechtstreekse televisieuitzendingen van bloemencorso's dan ooit tevoren - is vooral ook het verhaal van de dahlia's. Want er kan nog zo veel getimmerd, gelast of geplakt worden om de ontworpen taferelen in model te krijgen, 'zonder bloemen geen corso'.

PaplepelAls iemand weet wat hierbij allemaal komt kijken, dan is dat wel Henk Wind uit Sint Jansklooster. Zoals bijna iedere inwoner kreeg hij 'het corso' met de paplepel ingegoten, waarna het virus hem definitief te pakken kreeg en hij 'nooit meer koortsvrij is geweest'.

Al snel ging Wind zich vooral bezighouden met het 'bloemenbedrijf' voor het plaatselijke dahliacorso. En als voorzitter van de lokale bloemencommissie ('een aparte stichting die zorgt voor genoeg bloemen en eventuele overschotten verkoopt') runt hij al meer dan dertig jaar de 'bloemenwinkel' die in elke corsoplaats alleen in augustus en september geopend is. Wind: "Ho ho, dat doe ik niet alleen hè. We runnen deze bijzondere handel met een vast, ingespeeld groepje. De inkoop van dahlia's is mijn pakkie aan, Richard van der Linde is chef verkoop en onze penningmeester zorgt ervoor dat nota's worden verstuurd of betaald.

Dahliaknollen"Hoe dat werkt? Als corsogroepen in Vollenhove op hun eigen akkers dahliabloemen plukken voor Sint Jansklooster maken we geld over naar de penningmeester daar. Op hun beurt betaalt de Vollenhoofse bloemencommissie ons als ze dahlia's van Kloosterse plukkers geleverd krijgen. Voor de corsogroepen is dat een belangrijke bron van inkomsten. Want je moet niet vergeten dat het bouwen van een beetje praalwagen begint met een begroting van al gauw minimaal 20.000 euro. En dahliaknollen hebben ook niet het eeuwige leven. Om de paar jaar moeten alle knollen vervangen zijn. Dat kost ook weer tussen de 15 en 30 cent per stuk.

Als Wind aan zijn - gelukkig ruime - tuintafel de enorme vellen papier vol lange cijfertabellen, namen van corsogroepen, bestelorders en soortnamen van oneindig veel dahlia's als Great White Arabian Night of Black Diamond openvouwt, duizelt het enige tijd. Dat corsogroep Stark Wark in het naburige Vollenhove op hetzelfde moment druk is met het plukken van 'driehonderd kistjes maal vierhonderd bloemen' - 120.000 stuks dus - voor de nodige pracht en praal in Sint Jansklooster, mag al een indrukwekkend gegeven lijken, meer dan de spreekwoordelijke druppel op de gloeiende plaat is het niet.

Drie miljoenWind zet de rekenmachine in zijn hoofd nog maar eens aan. "De twaalf praalwagens in Sint Jansklooster prikken de laatste twee dagen en nachten voor de start op vrijdagmiddag samen zo'n drie miljoen bloemen op hun ontwerpen. Over een week gebeurt in Vollenhove precies hetzelfde met ongeveer net zo veel bloemen. En in beide dorpen rijden voorstellingen mee die elk alleen al goed zijn voor 400.000 bloemen."