Nieuws Actueel
De tulp is niet modegevoelig
Het Tulpenfestival in de Noordoostpolder staat op het punt van beginnen. Dit jaar komt daar een tulpenroute in Dronten bij. Dat betekent dat er weer duizenden mensen te vinden zijn tussen de duizenden gele, rode, rood-gele en rose tulpen, schrijft de Stentor.
Tulpenveredelaar IJsbrand de Jong uit Creil is de eerste om te erkennen dat de kleur in belangrijke mate bepaalt welk bosje mensen kopen. Supermarkten en andere bloemenverkopers mogen letten op de manier waarop de bloemen zijn geteeld, bijvoorbeeld het gebruik van bestrijdingsmiddelen, voor de man die zijn vrouw een bosje tulpen cadeau doet, geldt in de eerste plaats de kleur. En dan komt die attente man al snel uit op rood met geel, roze, geel of rood. Waarom? "De tulp is een voorjaarsbloem. Dan denk je al snel aan Mondriaan-kleuren, met uitzondering van zwart dan", zegt De Jong.
Wat cijfers op een rijtje. Het areaal tulpen in Nederland is dit jaar 11.600 hectare groot. Waarvan zo'n 2000 hectare in de Noordoostpolder. Er zijn 1800 geregistreerde soorten. Maar de veertig grootste soorten beslaan de helft van het areaal. En de rood met gele tulp is, samen met de roze tulp, de meest geteelde kleur (beide negen procent) gevolgd door de gele (acht procent), de rode (zeven procent), de paarse (zes procent) en de witte (vijf procent).
"Rood, geel en roze, dat zijn voor ons veredelaars dé kleuren", vertelt De Jong. Omdat het de kleuren zijn die de consument wil. En dat in tulpen van allerlei types. Zo zijn de (rood-gele) gevlamde tulpen zeer in trek. Ze worden ook massaal geteeld. Terwijl die tulp van oorsprong een virus had. "Eind 1600 betaalden mensen een vermogen voor zo'n tulp, terwijl die eigenlijk ziek was. Nu zijn het echte tulpen, zonder ziekte."
Elke tulp die op de markt komt, is het product van een compromis, zegt De Jong. "Want we hebben te maken met een financieel plaatje. Het gaat er ook om aan welke tulp je het meest kunt verdienen." En dat betekent dat tulpentelers kiezen voor soorten die makkelijk te telen zijn en weinig risico's geven op ziekten. "We proberen van alles."
Modetrend
Tulpen veredelen, nieuwe soorten ontwikkelen, dat is een vak apart. En een tijdrovend vak. Dat damesblad Libelle de nieuwe kleuren en vormen bepaalt, het is een fabeltje. "De Libelle bepaalt helemaal niets." Het is een kwestie van lange adem om oude soorten te vervangen door nieuwere, modernere soorten. "Dat duurt tientallen jaren. Mijn ontwikkelingstijd is twintig jaar. Dat wil zeggen dat het twintig jaar duurt voordat ik een hectare tulpen van een nieuwe soort heb. Iemand die een nieuwe soort wil ontwikkelen moet jong beginnen. Anders maakt hij het niet meer mee. En de Libelle kan geen dertig jaar vooruitkijken. In de tulpenbusiness kunnen we niet meegaan met een modetrend. Helemaal niet."
Tulpen moeten volgens De Jong sprekende kleuren hebben. "Dat zijn kleuren die je kunt vermarkten." En daarom hebben bijvoorbeeld fletse, roze tulpen het moeilijk. "Die kleur is niet fris genoeg." Zo'n tulp is misschien nog wel geliefd bij Japanners. Die houden van zachtroze kleuren. Maar op grote afzetmarkten als de Verenigde Staten, Duitsland, China en Rusland draait het om de kleuren rood en geel. Dat is ook de reden waarom de oranje tulp slechts drie procent van het areaal beslaat. Heel veel tulpen, zowel de bloemen als de bollen, zijn voor de export. De Jong: "En dan kunnen trendwatchers wel van alles voorspellen, in de tulpensector werkt dat gewoon niet."
1800 soorten tulpen staan er geregistreerd. De veertig grootste soorten beslaan de helft van het areaal.
