Nieuws Familiebedrijf
Dit familiebedrijf fabriceert 200 soorten ijs en 14 verschillende ijstaarten
Binnen de familie Klaasses runt Wilma Klaasses de IJsboerderij Oans. Samen proeven ze net zo lang totdat ze de juiste smaak gevonden hebben.

Het is half tien ’s ochtends als de koffiepot en koek op tafel komen bij de familie Klaasses in Holten. Het eerste rustmoment van de dag binnen het redelijk hectische bestaan op een boerenbedrijf. „Samen even een kop koffie drinken en bijpraten. Niet alleen gezellig, maar ook superleuk.”
Aan het woord is Wilma Klaasses, getrouwd met Gerrit en moeder van twee kinderen, Patrick en Ilse. Samen met de ouders van Gerrit, Henk en Hennie, runnen ze hun boerenbedrijf van 130 melkkoeien en de IJsboerderij Oans, in de regio beroemd om het ijs met de volle smaak. „Gerrit en Patrick runnen samen het boerenbedrijf. Ik houd mij bezig met de ijsboerderij, samen met mijn schoonmoeder. En mijn schoonvader rijdt de bestellingen rond.”
Lees ook: Jaap Korteweg: van Vegetarische Slager naar Veganistische Melkboer
Iedereen springt bij in familiebedrijf
In theorie heeft ieder zijn taak op het erf, in de praktijk komt het erop neer dat ieder familielid inspringt waar en wanneer nodig. Dochter Ilse studeert voor fysiotherapie, maar helpt ook altijd mee in de vakanties. „Dat is het voordeel dat we samen een bedrijf runnen en op één erf wonen. Zo hebben we net een topweekend achter de rug met de verhuur van onze ijscokarren. Veel geregel, want de karren moeten opgehaald worden van hun locaties, weer gevuld worden met vers ijs en naar de volgende klant gebracht worden. In principe rijdt Henk rond, maar op zulke dagen helpt Gerrit mee. Ondertussen komen er fietsers langs die hier een ijsje willen eten. Tussendoor krijg je nog telefoontjes over leveringen of bestellingen. Kortom, een uurtje voor jezelf nemen gaat hier niet. Soms weleens lastig.”
Niet zo’n prater
De familie Klaasses is een echte Dijkerhoekse familie. Het melkveebedrijf is al vele generaties in bezit. De naam Oans is dialect en betekent erve Arends. Rond 1700 heette de locatie van de boerderij erve Witten Arend. Op een gegeven moment verdween het woord Witten en bleef over erve Arends. Gerrit heeft het bedrijf overgenomen van zijn ouders Henk en Hennie.
Ook Wilma groeide op tussen de koeien, maar had in eerste instantie nog een baan als productontwikkelaar bij de ijsfabriek Ola in Hellendoorn. Toen de kinderen geboren werden besloot ze zelf ijs te maken op de boerderij. Dat was eind jaren 90. De 130 melkkoeien leveren dagelijkse de nodige liters verse melk. „Het begin was spannend. IJs maken kan ik wel, maar verkopen vond ik lastig. Ik ben niet zo’n prater, dus ik heb gewoon horecabedrijven gebeld en ging langs met ijs om te laten proeven,'' vertelt ze in het AD.
Lees ook: Familiebedrijven zijn innovatiever dan vaak gedacht
Op hun eigen ijsboerderij maakt Wilma samen met Hennie liefst tweehonderd soorten ijs en veertien soorten ijstaarten. Roomijs, yoghurtijs, kwarkijs en sorbetijs. Dit alles volgens eigen receptuur. Gezien haar achtergrond als productontwikkelaar gaat er voor Wilma dan ook niets boven een nieuwe smaak ontwikkelen in samenwerking met koks. „Een kok komt met een idee, ik probeer het uit. Samen proeven we net zo lang totdat we letterlijk de juiste smaak gevonden hebben.”
Voortzetting boerenbedrijf
Op de vraag wat belangrijk is wil je eigen ondernemer zijn, antwoordt Wilma: „Wat je doet moet je vooral leuk vinden. Je doet het voor jezelf. En je bent van begin tot eind betrokken bij je werk. Wij zijn vijf tot zes dagen in de week bezig met ijs maken. Dat is veel werk, maar het is prachtig om te beginnen met melk en te eindigen met mooi ijs. Het geeft vrijheid en veel plezier.”
De familie hoopt het boerenbedrijf voort te zetten. Het is de bedoeling dat Patrick het overneemt op termijn. „Het wordt ons boeren niet makkelijk gemaakt met steeds weer nieuwe regels. De ijsboerderij geeft ons dan ook extra zekerheid. Het is heel speciaal om samen met je familie en gezin een bedrijf te hebben. Het werk moet gedaan worden en je hebt allemaal hetzelfde doel. Het is dan ook belangrijk dat gezinsbedrijven blijven bestaan in Nederland.”