Nieuws Familiebedrijf
Glastuinbouw als succesvoorbeeld van innovatie en samenwerking
De glastuinbouw is een van de hoekstenen van de Nederlandse economie. Tuinders, hebben sinds de Tweede Wereldoorlog met noeste arbeid en innige samenwerkingen een ongekende innovatieve prestatie geleverd: wereldmarktleider in de teelt van menig groente, bloem of plant. Daarnaast wordt veel verdiend aan de verkoop kennis die daarmee is opgedaan. Andere sectoren kunnen daar wat van leren.

De Hillenraad100, uitgereikt tijdens de Hortigala van het Jaar, is de Oscaruitreiking van de glastuinbouw. Met trots en vooral zenuwachtig horen tuinders, groothandelaren en toeleveranciers, gestoken in galakleding aan wie in de lijst van honderd beste bedrijven staat en op welke plaats. Het is een mooie jaarlijkse graadmeter die de enorme nationale en internationale kracht toont van deze sector. Op enkele na zijn de honderd tot ver over de Nederlandse grens actief.
Quote500
De familie Mazereeuw werd tijdens de laatste Hortigala, eind oktober 2016, gelauwerd. Voor het tweede jaar stonden zij op nummer 1. Een paar maanden daarvoor hadden zij ook nog de prestigieuze Familiebedrijven Award 2016 gewonnen. John Fentener van Vlissingen, oprichter Stichting Familie Onderneming, is initiator van deze laatste prijs.
In de wereld van de nationale en internationale glastuinbouw zijn zij ‘wereldberoemd’, daarbuiten is deze dynastie onbekend. Eens per jaar duiken de Mazereeuws geheel tegen hun zin op in de Quote 500 en daarna is het weer stil.
75 miljoen voor onderzoek
Al generaties lang bezitten zij Enza Zaden in Enkhuizen. Hun zaden zorgen ervoor dat glastuinders bijvoorbeeld excellente tomaten – ze zijn de uitvinders van de eerste merktomaat, de Tasty Tom -, aubergines, komkommers, sla en paprika’s kunnen telen.
Ooit sprak ik met Jaap Mazereeuw, de huidige bestuursvoorzitter, over de kracht van deze zaadveredelaar die is opricht in 1938. Zijn bescheiden antwoord was, los van de jaarlijkse investering van rond de 75 miljoen in onderzoek en ontwikkeling, terug te brengen tot één woord: samenwerken. Bij het aannemen van de Hillenraad100-prijs zei hij het zo: ,,Samen met onze ketenpartners gaan we ervoor om mensen toegang te bieden tot gezonde en gevarieerde groenten.”
Lees ook: Glastuinbouw Demokwekerij helpt buitenlandse bedrijven via computer en smartphone
Rentmeesterschap
Rentmeesterschap, voor hippe bebaarde met muts gehulde appbouwers een onbegrijpelijk woord, is heel gewoon binnen een dynastie als Fentener van Vlissingen, Six en Mazereeuw. Jaap: ,,Hoezo ons bedrijf verkopen? Wat moet ik met al dat geld doen? Ik draag liever rentmeesterschap voor aarde, familie en werknemers.”
Toeleveranciers
Voor Nico van Ruiten is dat wat dat glastuinbouw in ruim zeventig jaar tot hoeksteen heeft gemaakt van de Nederlandse economie. ,,De wil om samen te werken en dan niet alleen tussen tuinders onderling. Ook met (toe)leveranciers als Enza en met producenten van kassen, klimaatcomputers en proefstations en universiteiten. Het is een belangrijke verklaring voor het groeisucces,” zegt deze voorzitter van LTO Glaskracht Nederland, dé belangenbehartiger van deze sector.
Opkomende middenklasse
Alvorens hij dit facet van samenwerking verder uitwerkt, merkt hij nog wel op dat de groei ook wordt veroorzaakt door het simpele feit dat we steeds meer groenten in West-Europa zijn gaan eten sinds de Tweede Wereldoorlog. ,,En als we naar de Schijf van Vijf kijken, moet de consument dagelijks nog meer groenten gaan eten. De mondiale markt als geheel zal groeien door de opkomende middenklasse in bijvoorbeeld landen als China en India. Van die ontwikkelingen profiteren Nederlandse telers volop.”
Wageningen University
Van Ruiten weet waar hij over praat. Tot 2001 was hij via zijn familiebedrijf betrokken bij de teelt van chrysanten. ,,Ondernemerschap is uiterst goed ontwikkeld bij telers. Door de structuur van het bedrijf zijn de lijnen kort en worden beslissingen daardoor snel genomen. Een keus over een investering in een warmtekrachtkoppeling of een aardwarmteproject kan in een maand zijn geregeld. Kom daar eens om bij het grootbedrijf. Het is toch de kracht van het familiebedrijf: geen gewin op de korte termijn, maar een lange termijnstrategie. Wat je verder sinds de Tweede Wereldoorlog goed ziet ontwikkelen, is dat de schakels in de keten goed samenwerken. Een driver is: constant open staan voor innovatie.
Topsector
De tuinbouw heeft gezien haar belang ook een eigen topsector: Topsector Tuinbouw & Uitgangsmaterialen. Hier vallen bedrijven als Enza Zaden ook onder. Verder is Wageningen University & Research – WUR - enorm belangrijk ter ondersteuning van die hoeksteen. Al deze facetten zorgden ervoor dat het glastuinbouwcluster een onmisbaar onderdeel is geworden van de Nederlandse economie.”
ING Relatiemanager Grootzakelijk Ton van Adrichem beaamt de analyse van Van Ruiten. Vanuit zijn bank is net de studie ‘De boer op, tijd voor keuzes voor agrarisch Nederland’ gepubliceerd. Hier komt ook de glastuinbouw in voor. ,,Het is uniek dat telers hun eigen studieclubs over aardwarmte opzetten, bij elkaar gaan kijken en dan ook over de teelt praten. Ze staan echt open voor nieuwe technische ontwikkelingen. Het levert een uiterst dynamische keten op die je hoegenaamd niet ziet bij andere sectoren van de Nederlandse economie.”
Bouwen in buitenland
Voor familie Van der Lans zit samenwerken diep in de genen. De huidige generatie gaat daarmee door. Hun bedrijf Lans in Maasdijk teelt onder 52 ha glas zes verschillende types tomaten die op een paar procenten na geheel voor de export zijn. ,,Om aan de groeiende vraag te kunnen voldoen, overwegen wij de bouw van nieuw complex in Dinteloord dat we zo energieneutraal mogelijk willen laten functioneren,” vertelt Wilko Wisse van Lans. ,,We zoeken de groei nu nog in Nederland, maar sluiten niet uit dat we in de toekomst ook in het buitenland gaan bouwen om zo dichter bij de klant te zitten, maar op dit moment loont dat nog niet.”
Nederlandse kennis
Overigens zie je dat buitenlandse bedrijven, vaak met Nederlandse kennis en advies, hun eigen glascomplexen aan het bouwen zijn. De grootste groenteboer van Rusland, Magnit, investeert tegen de 700 miljoen dollar in de bouw van kassen voor het leveren van groenten aan de eigen keten. De Amerikaanse investeringsmaatschappij Kohlberg Kravis Roberts – KKR - investeerde in het Australische kascomplex Sundrop Farms dat wordt geleid door een voormalige investmentbanker. Het zal niet verbazen dat Nederlanders, in dit geval kasbouwer Van der Hoeven, bij het project betrokken is. In de eerdergenoemde ING-studie wordt dit bedrijf vanwege dit project als ‘exportparel’ bestempeld.
Samenwerken
Als je in Maasdijk bent, zie je meer dan alleen tomaat. Het bedrijf heeft namelijk samenwerkingen op andere vlakken. Het ecosystem Lans bestaat uit strategische deelnemingen en samenwerkingen om de kernactiviteit, de teelt en verkoop van tomaten, te versterken. ,,De keten van zaadje tot afleveren willen we beheren, weten hoe het gaat of er invloed op uit kunnen oefenen. Daarnaast willen we niet afhankelijk zijn van enkele leveranciers. Het enige waar we geen belang in hebben is het opkweken van de tomatenplanten,” legde Erwin van der Lans mij uit. ,,Samenwerken zien wij als een vorm van innoveren. Het geeft ons en onze collega ’s met wie we samenwerken meer slagkracht. Ook een belangrijk punt van onze strategie is dat je kennis van buiten naar binnen haalt. Je kunt onmogelijk alles zelf weten en doen.”
Zelf software ontwikkelen
Een voorbeeld van deze strategie is het deelnemen in een softwarehuis (Nitea). ,,Met zeven andere telers zitten we in Nitea dat software ontwikkelt gericht op onze bedrijfstak. We zijn dan niet afhankelijk van een andere leverancier waar je helemaal geen invloed op uit kunnen oefenen. Overigens werken we gewoon met Priva samen bij de ontwikkeling van hun zogenoemde Deleafing Robot. Deze robot haalt de bladeren van de tomatenplant.”
Hightech
Maarten Oostenbrink, sinds een jaar of acht directievoorzitter van Ludvig Svensson, kijkt van de zijkant naar deze industrie. Hij noemt de tuinders op charmante wijze ‘monomaan gedreven vakidioten die alles doen voor een betere tomaat, komkommer of paprika’. Het Zweedse familiebedrijf van 130 jaar oud, met een kantoor in Hellevoetsluis, is wereldmarktleider in het ontwikkelen en produceren van hightech schermen die in kassen boven de gewassen hangen. Ze worden door telers gebruikt om het (zon)licht te regelen en/of energieverbruik te verminderen.
Naast arbeid is energie de grootste kostenpost van een teler. ,,Vergeet niet dat de vondst van gas ook een enorme motor was achter de ontwikkeling van de glastuinbouw. Nu konden kassen worden warm gestookt. De productie en kwaliteit gingen in stappen vooruit. Daarnaast is de veiling, de veilingklok, een belangrijke aanjager geweest van de groei. Dit fenomeen heeft zijn langste tijd gehad.”
Ego loslaten
,,Je ziet nieuwe samenwerkingsvormen ontstaan als telersvereniging Harvest House,”zegt Oostenbrink. “Hier hebben zich tientallen tuinders bij aangesloten om ervoor te zorgen dat hun producten goed en snel bij de klant, een retailer, komt. Ik ben elke keer weer verbaasd hoe tuinders, ondernemers, hun eigen ego kunnen loslaten en in zo’n structuur gaan samenwerken. Kijk hoe 32 aardappeltelers ooit in 1962 Aviko (nu dochter van Royal Cosun, red.) oprichtten om meer waarde uit hun aardappelen te halen. Aviko behoort inmiddels tot de wereldtop in de productie en verkoop van aardappelproducten.”
Exportwaarde
De kracht van onder andere de veiling, nieuwe zakelijke samenwerkingsvormen, hoog arbeidsethos en de handelsgeest hebben ervoor gezorgd dat de jaarlijkse exportwaarde van alle landbouwgoederen samen is gegroeid naar 85 miljard euro. Dat is volgens het CBS 4,4 procent meer dan in 2015, en meer dan ooit tevoren. Inclusief export van technologische kennis en kunde komt de landbouwgerelateerde export uit op 94 miljard euro. Groenten en fruit hebben een aandeel van ruim 18 procent in de totale exportwaarde. Nederland blijft met deze omzetten in 2015 na de Verenigde Staten de belangrijkste exporteur van agrarische producten in de wereld.
Verdienmodellen
Als je in het complex van Eric Moor staat dan waan je je in een andere wereld. Zijn bedrijf Sion, no 44 Hillenraad100 met omzet van 32 miljoen euro, veredelt en vermeerdert vergaande geautomatiseerd Phalaenopsis (orchideeën). De wereld is zijn werkveld. Hij is net terug ‘van een rondje langs de velden’ in Australië en Nieuw-Zeeland. Ondernemer Moor staat bekend om zijn radicale opvattingen. Hij vindt daarin rasondernemer Rob Baan van Koppert Cress aan zijn zij.
Moor: ,,Je ziet tijdens zo’n reis pas waar dit kleine land groot in is. Natuurlijk zijn er problemen, maar per saldo kunnen we over de kracht van het cluster trots zijn. Mijn bedrijf heeft kunnen groeien door samenwerkingen met iedereen in onze keten. Maar we zijn te lang in oude verdienmodellen blijven hangen. Schakel om naar het nu voordat er nieuwe partijen ‘langszij’ komen. Wat is ons antwoord op startup Bloomon? Kijk wat het effect van Tesla is geweest op de traditionele auto-industrie. We moeten sneller bewegen.”
Beter rendement
Een zwakte in de schakel is het feit dat producten niet tot op het bord of tot in de vaas gevolgd kunnen worden. Grote inkopers of retailers gaan vaak met dat laatste stukje van de keten aan de haal. Om die reden was Moor een van de motoren achter inkoop-, verkoop- en marketingorganisatie Decorum Company. Inmiddels zijn Sion en de andere deelnemers opgerukt tot in het bloemen- en plantenschap van grote retail- en supermarktketens.
Moor: ,,Een mooi voorbeeld door ons met samenwerking voorwaarts te ontwikkelen. Als category manager van het schap zorgen wij samen met de retailer voor meer omzet en een beter rendement. Dat is goed voor ons én de retailer: iedereen blij. Nieuwe generatie telers zullen hier nog sterker op in gaan zetten omdat ze het nut van goede marketing gaan inzien en gaan werken aan de ontwikkeling van hun merk. Je ziet dat telers van groenten, planten en bloemen eigen merken gaan neerzetten.”
Samenwerken zien wij als een vorm van innoveren. Het geeft ons en onze collega ’s meer slagkracht