Nieuws Actueel

Icoon van Café Marktzicht in Nijmegen een beetje met pension

Pierre de Haard gaat (een beetje) met pensioen. Een brand legde in 1989 zijn Nijmeegse café Marktzicht in de as. Muziek hielp de horecaman er weer bovenop.

Jacqueline van Ginneken | FOTO BERT BEELEN 1 mei 2017

Bb 2604 2017 07

Hij is een icoon van de Nijmeegse horeca. Maar voor hetzelfde geld was Pierre de Haard beroepsmuzikant geworden. Want na de dramatische brand van café Marktzicht stortte hij in. De muziek, dat was het enige dat hij nog wilde.

Bruine kroeg

Hij is geboren in Marktzicht aan de Grote Markt, een echte bruine kroeg van zijn ouders Piet en Wilma de Haard. Kunstenaarscafé. Hier kwamen Pé Hawinkels, Claus van de Logt, Ted Feelen maar ook Jules Deelder en Herman Brood. Zijn ouders zagen Pierre liever naar de universiteit gaan, hij had ten slotte gymnasium gedaan. Maar Pierre had andere plannen. Hij groeide op met de Beatles, 14 jaar was hij toen hij zijn Help kocht, zijn eerste plaat. Pierre wilde de muziek in. Dus naast zijn rechtenstudie ging hij naar het conservatorium.

Cafe verkopen

Toen zijn vader begin jaren 70 het café wilde verkopen - ‘Pa had het wel gehad’ - dacht de jonge Pierre: ‘Ja, dat gaat zo niet’. ,,Ik zei: ik ga een café beginnen. Hoger kun je niet.’’ Vrolijke lach. Een wand in de woonkamer is van de grond tot plafond gevuld met cd’s, in de kamer ernaast nog een muur met de zilveren schijfjes. Van Abba tot Zappa, Pierre de Haard is een muzikale omnivoor. Ja, er staan ook cd’s van hemzelf bij. Niet zoveel hoor, een twintigtal. De horecaman die verdienstelijk drumt, speelde met Corporation, Grass, tourde met Julian Sas en met zijn band Kali Tichi, Grieks voor ‘veel geluk’.
Grieks, dat is zijn tweede taal, Griekenland zijn tweede vaderland. Dat is een mooi verhaal, zegt-ie. Alleen maar werken in het café was ook zo wat. Hij wilde wat gaan doen: een taal. ,,Ik had een keuze gemaakt tussen Noors, Japans en Grieks. Het muntje viel op Grieks. Vond ik leuk. Want wat heb je eraan, aan Grieks? Maar ik bouwde een aardige klantenkring op. Een barman die Grieks praatte, veel Grieken vonden dat leuk. Ik heb veel vrienden in Griekenland.’’

Lees ook: Veilig drinkglas rukt op in horecaland

Brandend cafe

De muziek hielp hem erbovenop na die dramatische brand. Het was op 4 juli 1989, hij weet het nog als de dag van gisteren. Wie er die avond in het café waren, hoe hij de laatste dingen opruimde en rond drie uur naar boven ging, naar de tweede verdieping waar hij met zijn vrouw Arna en hun zoontje Pierre woonde. Hoe hij wakker werd door het geroep van zijn moeder die een verdieping lager woonde. Hoe hij naar beneden rende, de deur opende: ,,Het leek het vagevuur, het was een brandende zee.’’ Hij rende terug, naar boven, naar de zolder waar zijn 12-jarig zoontje sliep. Zijn moeder rende mee de trap op. ‘Help, ik val’, hoorde hij achter zich. Hij rende terug, maar kon haar door de rook niet meer vinden. Twee dagen erna is ze gevonden. De kat lag dood naast haar.

Horecaleven

Ja, het heeft lang geduurd voordat hij er bovenop was. Een jaar na de brand stortte hij in. Veel praten, hulp van een psycholoog. Dat is nu 28 jaar geleden. Sindsdien leeft hij een ander leven. De muziek, dat was het enige dat hij wilde. ,,Maar daar kun je niet van leven. Ik ben toen gaan werken voor ziekenfonds en verzekering, bij de Shuffle. 38 jaar was ik toen.’’ De horeca is zijn leven, maar zelf raakt hij amper een druppel alcohol aan. Niet dat hij van de Blauwe Knoop is hoor, maar ‘ik vind het niet lekker’.

Thuisgevoel

Pierre de Haard geeft de gasten het gevoel dat ze thuis zijn. Hij weet wat ze drinken, de vaste klanten. Dat vinden ze ‘helemaal te gek’. Namen vergeet hij, gezichten niet. En nooit de lege glazen weghalen als gasten nog aan een tafeltje zitten. ,,Wel in de gaten houden of ze nog iets willen drinken. Tegenwoordig is het modern om, als de glazen bijna leeg zijn, te vragen: ‘Wilt u nog iets drinken?’ Maar dat vind ik ongastvrij.’’ Waar-ie ook een hekel aan heeft: mobiele telefoons. Soms zet-ie er weleens een glas op: ‘Oh, pardon, ik dacht dat het een viltje was’. ,,Want waarom ga je naar het café?’’

Toekomst

Hij gelooft dat cafés een toekomst hebben. ,,Een beetje kaartje, biertje erbij. Mensen zijn een keer uitgeluncht. Nee, zelf ga ik niet naar een café. Ik ga wel graag naar restaurants.’’ Dertien jaar geleden ging hij naar Sint Anneke, het café van zijn zoon Pierre. En sinds vier jaar is hij te vinden achter de bar bij café Van Rijn. Zaterdag draait hij hier voor het laatst bitterballendienst. Want Pierre de Haard is dan pensioengerechtigd, zoals dat heet. ,,Maar ik ga door met werken hoor, als oproepkracht.’’ En met de muziek. Drummen bij De Rolero’s.