Nieuws Actueel

Pa overleed, Piet werd slager

Het is vandaag vijftig jaar geleden dat zijn vader overleed. Een dag later werd Piet van Doorn uit Someren-Eind slager. Hij was veertien jaar. "Ik moest eigenlijk nog twee maanden naar school, de ULO in Asten, maar er was thuis veel werk te doen", vertelt Van Doorn in het Eindhovens Dagblad. "‘Hij komt niet meer’, zeiden de jongens op school tegen de meester. Die is nog hier geweest en heeft geregeld dat ik niet meer terug hoefde te komen."

Hans van de Ven | Foto: René Manders 14 april 2016

Slagerpiet

Piet had eigenlijk andere ideeën over wat hij wilde worden. Truckchauffeur leek hem wel iets. "Ik had geen keuze." Spijt? "Nee, het slagersvak zit in de genen. Opa was slager, vader was slager, een oom was slager." Hij leerde het vak van de knecht. En ging in de avonduren naar de slachtersschool. "Een leraar zei ‘leg allemaal je handen op tafel, ik kan zien wat jullie specialiteit is’. Hij sloeg mij over. Toen ik hem daar op wees, riep hij ‘jij hebt worsthanden’. Als zestienjarige woog ik honderd kilo. Nu is dat honderddertig." Het heeft hem nooit in de weg gezeten. "Mijn moeder was ook mollig." Zware verwondingen liep hij nooit op. "Een echte vakman snijdt zichzelf niet. Ik heb wel wat schampschoten gehad", wijst hij op littekens op zijn handen. "Het enige waar ik sinds een aantal jaren last van heb, is mijn rug. Die heb ik verknald door met bouten van 140 kilo te sjouwen, in de tijd dat we nog zelf slachtten. Mijn broer zegt nu ‘Jij hebt nog maar één versnelling’. Dat is ook zat."Op de gevel van de zaak aan de Sluisstraat staat ‘Gebroeders Van Doorn’. "We hebben 35 jaar samengewerkt. Tot hij ziek werd. Het gaat nu weer goed met hem." Piet draaide lange werkweken. "Tachtig tot negentig uur was normaal. Ik ben pas op mijn 34ste getrouwd. Daarvoor had ik geen tijd voor een vrouw." En op zondag naar de kerk? "Nee, naar de duiven en het café. Ik ben ook vijftig jaar duivenmelker." Het vlees wordt tegenwoordig geslacht aangeleverd. "Het is sinds de gekkekoeienziekte zelfs uitgebeend. De slagers van deze generatie zijn geen slagers, maar vleesverkopers. Ze hebben steeds meer kant-en-klare producten." Bij hem ook nasi en bami in het assortiment. Zelfgemaakt. Zijn specialiteit? "Vleeswaren, zoals boterhamworst en gebraden gehakt. Mensen vertellen me wel dat ze het verschil proeven met het vlees uit de supermarkt. Dat zou ik zelf nooit zeggen. Ik hou niet van stoefen." Die supermarkten hebben ervoor gezorgd dat het financieel moeilijker is geworden. "Ze hebben aanbiedingen waarvoor ik het vlees niet meer kan inkopen. En een deel van mijn klanten is in verzorgingshuizen buiten het dorp gaan wonen." Piet wordt binnenkort 65 jaar, maar gaat door. "Ik ben bang dat als ik stop het snel met mij is afgelopen." De zaak verkopen is een illusie. En een opvolger is er niet. "Ik heb het mijn zoon niet aangeraden. Wilde hem geen strop om de nek leggen."