Nieuws Retail

40 jaar kaasboer in multicultiwijk Overvecht: dit is het verhaal van Johan Slootweg

In 1980 startte Johan Slootweg (64) met een kaas- en notenzaak in Overvecht. 40 jaar later staat hij nog steeds met plezier achter de toonbank. ,,Het is hier zo slecht nog niet.’’

Hans van den Ham (AD) 28 april 2020

Johan en jeannet Slootweg in hun kasszaak aan de Andresdreef

Johan en Jeannet Slootweg (64 en 61) in hun kaaszaak in Overvecht. Foto: Angeliek de Jonge

Slootweg, behalve kaasboer ook al 26 jaar raadslid voor de SGP in De Bilt, zette samen met zijn vrouw Jeannet tien kinderen op de wereld. Zes van hen zijn inmiddels getrouwd, het zevende huwelijk is aanstaande. En de teller voor de kleinkinderen staat op zestien. Dus mocht hij van plan zijn om zelf te stoppen met zijn kaasdelicatessenzaak ’t Kaasvat in winkelcentrum De Klop, dan moet het met de opvolging wel goed komen, aldus Slootweg in het AD. Waarover later meer.

Voordat hij de zaak op z’n 24ste begon, was Slootweg vertegenwoordiger in melkkoeltanks en hij had een tijd op een melktankauto gereden. Maar hij wilde voor zichzelf beginnen. ,,Een aantal van mijn ooms ging langs de deuren met zuivel. Ondernemerschap zat dus al in de familie.’’

Fietsenzaak

Slootweg groeide op in Kamerik. Toen een familielid in 1980 zijn fietsenzaak op het Utrechtse winkelcentrum De Klop van de hand wilde doen, stak hij z’n hand op. ,,Ik zocht een plek voor een kaaszaak en Overvecht was niet ver van Kamerik.’’

''Het is hier niet zo slecht. Winkels en woningen zijn opgeknapt, de gemeente heeft de bui­ten­ruim­te aangepakt en Overvecht is van zichzelf een heel groene wijk''

Johan Slootweg, ondernemer

Zes jaar later verhuisde het gezin naar Maartensdijk. Een tweede zaak is er nooit gekomen. ,,Jaren geleden had ik die ambitie wel en er waren ook aanbiedingen. Maar meerdere zaken heeft ook nadelen. Je bent uiteindelijk toch zelf het gezicht van je winkel. En wat rondvragen leerde mij dat je het met twee of drie winkels het veel drukker krijgt en onder de streep levert het weinig op. Dat was reden om er vanaf te zien. Bovendien ging ik de politiek in, dus ik hoefde mijn vrije tijd niet in ledigheid door te brengen.’’

Er waren ook dieptepunten in die 40 jaar. Zoals het vele vandalisme in de jaren 90. ,,Meerdere keren werden uit balorigheid mijn ruiten ingegooid. Daar werd ik niet vrolijk van, maar die tijd ligt ver achter ons. Inmiddels is mijn winkel de enige in z’n soort in Overvecht en het gaat goed. Klanten komen zelfs uit Maarssen, Leidsche Rijn en Nieuwegein.’’

Lees ook: Cono Kaasmakers: ‘De groenste ter wereld én merkenbouwers’

Kaaskoppen

Overvecht is met de jaren veranderd van een wijk met vooral kaaskoppen naar heel divers. ,,Dat is voor mij geen nadeel gebleken. Over kaas wordt al in het Oude Testament gesproken en bijna iedereen eet het. Bij vleeswaren ligt dat een stuk ingewikkelder. Ik heb jonge en oude klanten, autochtone Nederlanders en landgenoten met een andere achtergrond. Er zijn ook Marokkanen, Turken en Fillippino’s die iets meer willen betalen om hun waren vers van het mes te krijgen.’’

De wijk is veel te vaak negatief in het nieuws, vindt hij. ,,Vanmorgen had ik nog een vrouw in de winkel die vertelde dat ze al een halve eeuw met veel plezier in deze wijk woont. Ik ken mensen die naar Leidsche Rijn zijn verhuisd en weer terug zijn gekomen. Het is hier niet zo slecht. Winkels en woningen zijn opgeknapt, de gemeente heeft de buitenruimte aangepakt en Overvecht is van zichzelf een heel groene wijk. De laatste jaren komen hier gezinnen met iets hogere inkomens wonen en ook dat begint vruchten af te werpen. Incidenten zijn er overal, daar kun je niet de hele wijk mee wegschrijven.’’

''Als ik zelf weer 24 was? Kans groot dat ik weer deze winkel zou beginnen. Ik heb er nooit spijt van gehad''

Johan Slootweg, ondernemer

Zes dagen per week is de zaak open; principieel niet op zondag. Desondanks maakt Slootweg z’n uren wel. Hij snapt best dat een winkel voor jongeren vaak niet meer zo aantrekkelijk is. ,,En zonder opvolging worden winkelgebieden een eenheidsworst, met filialen van grote ketens. Dat is jammer. Ik vind mijn werk nog steeds leuk. Zorgen dat de klant tevreden is en terugkomt is nog steeds mijn uitdaging.’’

Ledigheid

Zelf heeft hij wel een jongere gevonden die interesse heeft in zijn zaak. Eentje met dezelfde achternaam: een van zijn zoons. Niet dat hij al wil stoppen, want ledigheid is niet goed voor de mens. ,,Als ik zelf weer 24 was? Kans groot dat ik weer deze winkel zou beginnen. Ik heb er nooit spijt van gehad.’’

Alles over, voor én door ondernemers in je mailbox.

Ontvang twee keer per week onze nieuwsbrief met inspirerende ondernemersverhalen en informatieve artikelen.