Actueel

Rijnen Brandstoffen: de 'kolenboer' uit Tilburg

beeld deondernemer
Leestijd 3 minuten
Lees verder onder de advertentie

Schrapend metalen geluid klinkt wanneer Elie van Hooren (77) de kolenkit door de houten met kooltjes gevulde kist in zijn schuur haalt. Hij sjouwt ze mee naar binnen, opent de klep van de Küppersbusch-kachel en schudt de antraciet erin. De rode gloed achter het ruitje laait even op. "In het najaar steken we hem aan. Eén kit per etmaal erop en dan blijft de kachel een half jaar lang branden."

Voor hem en zijn vrouw Jo (76) geen centrale verwarming. Hebben ze niet. Nooit gehad en die gaat er ook niet komen. Jo: "Centrale verwarming, daar raken wij nooit aan gewend. Die droge lucht." Elie: "Nooit."

Jo: "Er gaat niets boven kolen." Elie: "Ik ben hier heel content mee. Die warmte, dat kun je toch niet vergelijken met een verwarming."

Lees verder onder de advertentie

Maar hoe leg je dat gevoel uit aan iemand die nimmer bij de kolenkachel zat? Kolenboer Toon Rijnen: "Heb jij wel eens iemand handenwrijvend bij een radiator zien staan? Nee? Juist, dat doen ze wél bij een kachel."

Familiebedrijf

Rijnen heeft met zijn zonen Pieter en Henry het gelijknamige brandstoffenbedrijf op bedrijventerrein Vossenberg in Tilburg. Het familiebedrijf levert sinds 1919 kolen en doet dat dus nog steeds.

Lees verder onder de advertentie

Ook de huisbrandkolen aan het echtpaar Van Hooren. Zo'n vijfhonderd tot zeshonderd kilo verstoken ze jaarlijks om hun huis aan de Tongerlose Hoefstraat in Tilburg warm te houden.

To on Rijnen:"In Nederland wordt door huishoudens naar schatting jaarlijks tussen de 1.500 en 2.000 ton kolen gestookt."

Een groot deel daarvan wordt dagelijks vanuit Tilburg geleverd. Kolenwagentjes bij de ingang van het bedrijfsterrein - origineel uit de Limburgse mijnen - staan daar symbool voor. In de opslag liggen, verpakt in zakken, 35 soorten. Prijzen variërend van 10 tot 16 euro per zak van 25 kilo.

Lees verder onder de advertentie

Verschillend in type (land of mijn), afmeting en kwaliteit. Gezeefd en gesorteerd. De kolen komen uit Venezuela, Oekraïne, Polen, Colombia, Engeland en Duitsland. De Zuid-Amerikaanse zijn voor bedrijven, Duitse kolen zijn de beste voor de thuiskachel: goede kwaliteit, hard, ze blijven lang branden en geven weinig as.

Pieter Rijnen grabbelt met zijn hand in een zak die in de opslag staat: "Kijk, deze glinsteren. Hoe harder een kool glinstert, hoe beter de kwaliteit."

Efteling

Lees verder onder de advertentie

Kolen stoken en milieu. Kan dat eigenlijk nog wel? Vader en zoon Rijnen knikken instemmend. Het materiaal is aan strenge milieuregels gebonden, aldus Pieter Rijnen. "Zwaveluitstoot, stookwaarde. Je kunt het ook aan je kachel zien: de ruitjes moeten schoon blijven en de schoorsteen mag niet aankoeken."

De koude dagen zorgen ervoor dat er nu iets meer kolen geleverd moeten worden, maar eigenlijk is er het hele jaar door vraag, zegt Toon Rijnen. Bij diverse musea (Open Luchtmuseum, Zuiderzeemuseum, Bataviawerf) en voor diverse stoomtreintjes. Ook voor die van de Efteling. Die rijden op een speciale kolenmix. Pieter Rijnen: "Ze moeten veel capaciteit leveren, veel vlucht. Snel opstarten en mogen niet te veel roken. De kolen mogen wel ruiken maar niet stinken."

Dat doen ook de kooltjes in de kachel van het echtpaar Van Hooren niet. Elie: "Je hebt er geen rotzooi van, geen stof. Niks. Er gaat echt niets boven kolen."

Lees verder onder de advertentie