Nieuws Actueel
Stint-directeur: ''Ik voel me niet verantwoordelijk voor het ongeval in Oss''
Op een industrieterrein in Zeewolde wordt zeven jaar geleden de Stint geboren. Makers Edwin Renzen en Peter Noorlander zijn trots. ,,We wilden de verkeerssituatie rond opvangcentra en scholen verbeteren.'' Het werd een succes. Tot die dag in Oss. In het AD blikt Edwin Renzen terug.

De schuifdeur van een loods op een bedrijventerrein in Putten gaat snel dicht. Nog net is een glimp op te vangen van een felrode Stint. Het is de fabriekshal waar het inmiddels omstreden voertuig wordt gemonteerd. De medewerkers willen geen pottenkijkers, vertelt een man bij de deur. ,,We zijn kapot van dat ongeluk. En Edwin zeker. Ik probeer hem zelf al uren te bellen, maar krijg hem niet te pakken. Het is een gekkenhuis. Op een slechte manier...”
Edwin Renzen heeft sinds het ongeluk in Oss - waarbij vier kinderen in een Stint om het leven kwamen bij een botsing met een trein op een spoorovergang - bijna niet geslapen. Hoe heeft dit kunnen gebeuren, is de vraag die hem ook ’s nachts bezighoudt. Dat hij niet slaapt, komt door de minister, die zijn Stint in de ban heeft gedaan. Door emotie: ,,Ik heb zelf ook kinderen. Het is vreselijk wat er is gebeurd.’’ En door alle honderden belletjes en mails die hij krijgt. ,,Ik heb nog niet één mail gelezen. Er staan er achthonderd in mijn inbox. Dat is voor later.’’
Hoe het begon
Het begint zo mooi. Renzen doet in 2010 onderzoek naar het vervoer van kinderen door kinderorganisaties in Midden-Nederland.Want dat vervoer, meestal tussen de scholen en de opvang, gaat verre van soepel. Lopen is vaak te ver, fietsen is niet iets wat alle kinderen kunnen en een heel gedoe met meerdere jonkies tegelijk. Het huren van taxi’s is duur en niet milieuvriendelijk. En busjes komen lang niet altijd op tijd. Een bakfiets? Daarmee kunnen hooguit zes kinderen worden weggebracht. Dat moet beter kunnen, denkt Renzen.
Zo wordt het idee van de Stint geboren. Een soort badkuip, elektrisch aangedreven, waarin tien kinderen tegelijk vervoerd kunnen worden. Renzen schakelt industrieel ontwerper Peter Noorlander in. Die tekent de eerste Stint. Nog voordat het vervoermiddel de weg op mag, krijgen de twee na het tonen van een promotiefilmpje op een beurs tientallen toezeggingen van opvangcentra die zo’n wagentje willen. Als ook de RDW het licht op groen zet voor de Stint, is het feest compleet. In Zeewolde start de productie.
Sprookje
Het begin van een sprookje. Binnen enkele jaren rijden er 3500 Stints door Nederland. Kids Base in Apeldoorn is één van de eerste die er één in gebruikt neemt. ,,Ik meen dat we via een beurs op het spoor kwamen van de Stint”, zegt directeur Inge Tijdhof van kinderopvang Koos, waar Kids Base onder valt.
,,Er was groot enthousiasme.Want bij Kids Base is het altijd erg druk, qua verkeer. De Stint was voor ons het ei van Columbus. Voor andere opvangplekken van Koos hebben we er later ook een geleased”, vertelt ze. De ingebruikname in 2011 door Kids Base haalt de Stentor. Renzen en Noorlander zijn trots, medewerkers van Kids Base blij.
De veiligheid van het apparaat wordt in tal van verhalen geroemd. Slechts eenmaal in zeven jaartijd krijgt een medewerker van Kids Base een ongeluk met de Stint. ,,Iemand drukte per ongeluk het gas in, botste tegen een muurtje. Gelukkig zaten er geen kinderen in. Verder is er nooit iets gebeurd.We trainen de bestuurders ook heel goed.”
Instructies
Dat is ook hoe de bedenkers van de Stint het willen: hun vervoermiddel wordt geleverd met instructies. Eén iemand krijgt een training, waarbij ook de mogelijkheden voor een noodstop worden geoefend. Diegene geeft de lessen vervolgens door aan de rest. Er gaat vaker wat mis, zo geeft Renzen kort na het drama in Oss toe. Telkens wordt de Stint verbeterd. Het bedrijf groeit uit tot een onderneming met dertig medewerkers. De zaak wordt op 18 miljoen euro getaxeerd, zegt
Renzen. ,,Maar dat doet mij niks. We hebben geen luxe kantoren, interesseert ons geen moer. Alles draait om vervoer van kinderen. Daar hebben we passie voor.” Het drama in Oss komt als een mokerslag. De elektrische bolderkar wordt gegrepen door een trein. Renzen, die meteen naar de rampplek spoedt, geeft de eerste dagen tekst en uitleg en wordt geprezen om zijn heldere communicatie.
De Stint mag niet meer op de weg
Dat verandert als de minister deze week besluit de Stint voorlopig van de openbare weg te weren. Uit onderzoek blijkt dat de Stint mankementen vertoont. In Putten, waar de Stint gemonteerd wordt, liggen de werkzaamheden stil. ,,We nemen de tijd alle informatie die we hebben samen te voegen in een rapport. Binnen ons bedrijf is het altijd zo geweest dat we naar de waarheid zoeken. Als het gaat om jonge kinderen, moet vertrouwen voorop staan.’’
En de technische mankementen? ,,Er zijn diverse mogelijkheden om met de Stint een noodstop te maken. Misschien hadden trainingen daar meer op gericht moeten zijn. Verder hebben wij aangeboden de Stints waar problemen mee waren met een computer uit te lezen. Maar ons aanbod is nog niet aangenomen.’’
Besmet
De Stint is besmet. Tijdhof van de opvang in Apeldoorn is direct na Oss gestopt met het gebruik. ,,Natuurlijk hebben we jaren zonder problemen de Stint gebruikt, maar nu is die punt van onderzoek. Vertrouwen in een product waarmee kinderen worden vervoerd, is van groot belang.”
Renzen is strijdvaardig om zijn bedrijf te redden. ,,Ik voel me niet verantwoordelijk voor het ongeval in Oss. Betrokken? Ja. Schuldig? Nee, dat niet.’’