In het hele land zitten mannen en vrouwen in foute glimpakken met elkaar te lunchen. Boven een driesterrenbordje eten wordt afgesproken dat die en die voortaan Luxemburg als afzetgebied mag hebben. Tijdens het hoofdgerecht in Restaurant Geboren Met De Gouden Lepel worden nieuwe strategieën verzonnen om een spijkerbroek zonder knieën in de markt te zetten.
Lunchen bepaalt ons leven
Het effect is bekend. Half Nederland loopt inmiddels met twee blote knieën door de kantoortuin. Lunchen bepaalt ons leven. Tijdens de ondernemerslunch wordt bedacht wat wij een half jaar later eten, waar we op slapen, naast wie we slapen en wat we ’s ochtends door ons steeds ingewikkelder ontbijt staan te scheppen. (‘Schat, we hadden toch nog een zak van die Nepalese Chai Tau besjes?’)
Zolang er kan worden geluncht is er economisch niets aan aan de hand. Shell naar Engeland? Geen paniek, we mogen blijven lunchen. Voor mij was dat een jaar of 30 geleden een ontdekking. Ik had nog nooit geluncht. Gezinnen lunchen niet. Het was nog nooit bij ons opgekomen om gezellig met de kinderen te gaan lunchen. Te duur, te vervelend en we hadden wel wat anders te doen op onze vrije dag.
Na de lunch ontstond er een strijd om de rekening. Iedereen, behalve ik, wilde graag alles voor iedereen betalen. Er werd gevochten om de bon. Pas jaren later begreep ik waarom. Aftrekbaar.
Mijn eerste economische lunchervaring deed ik op toen ik met een aantal tekstschrijvers van het programma Café de Wereld ging lunchen. Eerst werd er eindeloos heen en weer gebeld waar we gingen lunchen. Dat schijnt belangrijk te zijn voor professionele lunchers: het moet een flink stuk rijden zijn, zodat er een kilometervergoeding kan worden gedeclareerd. Naast de deur lunchen gebeurt bijna nooit. Vaak wordt er ergens midden op de Veluwe geluncht of in een plaatsje vlak onder Den Helder.
Na de lunch ontstond er een strijd om de rekening. Iedereen, behalve ik, wilde graag alles voor iedereen betalen. Er werd gevochten om de bon. Pas jaren later begreep ik waarom. Aftrekbaar.
Lunchen voor gevorderden
Ik voelde meteen dat ik met een paar pro’s had zitten lunchen. Dit was lunchen voor gevorderden. We hadden helemaal niets besloten, we hadden zitten roddelen over alles en iedereen, eventuele nieuwe projecten bij andere omroepen werden tegen het licht gehouden en ondertussen dronken we wijn en aten we een ingewikkeld gerecht met knettersuiker van varkensbuik.
Zo gaat dat bij de meeste ondernemers. Ze doen een lunchje. Zo moet je het ook zeggen, anders val je door de mand. Je moet iemand bellen waar je graag mee wilt werken of je belt iemand die je wilt ontslaan en dan zeg je zo terloops mogelijk: 'Zeg nu ik je toch spreek, even wat anders, zullen wij een lunchje doen?’
Lees ook: Bedrijfskantine lijkt verleden tijd: nieuwe concepten stapelen zich op
Op dit moment zitten er door heel Nederland duizenden ondernemers te lunchen. Ik weet precies wat er tijdens zo’n lunch gebeurt. Ze houden wat ideetjes tegen het licht, ze klootzakken wat met een bepaald plannetje, ze willen hun idee voor een hele nieuwe manier van douchen tegen je aan houden en ze kijken of er een koopklik is. Boven een bord eten.
Zo zit het en niet anders: de gezondheid van de Nederlandse economie staat of valt met de lunchcultuur. Die verschilt per land. In Italië kijken ze of een eventuele partner moet huilen om de tomatensaus van zijn moeder en in Polen wordt graag zaken gedaan met iemand die als eerste volkomen lazarus dwars door een glazen vitrine vol met vleeswaren dondert.
In Nederland gaat het vooral om luchtigheid. Wie boven een bord ingewikkeld eten anderhalf uur dom kan lachen om de grapjes van zijn werkgever, maakt grote kans op een fijne carrière.
Wie boven een bord ingewikkeld eten anderhalf uur dom kan lachen om de grapjes van zijn werkgever, maakt grote kans op een fijne carrière.
Eerlijk is eerlijk: in mijn bedrijfstak wordt het meest geluncht. Televisiemakers en cultuurmedewerkers lunchen zich helemaal kapot. Vooral filmmakers. Kijk naar een onverstaanbare Nederlandstalige film en je weet dat er minimaal 34 keer is geluncht voor er een script lag.
Zo gaat dat. ‘Hoi Rob. Hé, ik bel je even kort. Ze willen toch liever dat die ene vrouw in scène 3 een behaarde man is en scène 24, met die achtervolging in Noorwegen, dat wordt toch gewoon weer een agent die in Noordwijk heel hard achter een dief aan holt. Zullen we anders lunchje doen? Gewoon weer bij Hoeve Ezelreeth of toch liever bij Restaurant De Ledigheid.’
De ondernemer die dan antwoordt: ‘Nou, nee, ik ben hard aan het werk en ik heb helemaal geen trek’, daar hoor je nooit meer iets van.