Nieuws Faillissement
Een op de acht discotheken failliet in coronatijd
In coronatijd heeft een op de acht discotheken de deuren definitief gesloten. Ook onder (nacht)kroegen en lunchrooms vond een kaalslag plaats, blijkt uit een nieuwe analyse van ABN AMRO.

De Chicago Social Club in Amsterdam was afgelopen weekend open tijdens de protestactie De Nacht Staat Op. Voor een op de acht clubs kwam deze avond te laat. Foto: ANP
Gezien het geringe aantal faillissementen en het grote aantal starters lijkt het mee te vallen met de schade in horecaland, maar dat beeld behoeft nuancering, vertelt Stef van Driessen van ABN AMRO aan het AD. Er zijn wel degelijk veel zaken permanent dichtgegaan.
De horeca-expert baseert zich op cijfers van Locatus, een onderzoeksbureau dat ruim vijftien jaar data bijhoudt over winkels en winkelgebieden. Zo zijn er sinds de uitbraak van de coronacrisis 30 discotheken (-13 procent), 492 kroegen (-8 procent) en 237 lunchrooms (-6 procent) verdwenen.
Lees ook: Aantal faillissementen daalde in 2021 verder dankzij steunmaatregelen
Corona is voor discotheek 'het laatste zetje'
Met name het aantal discotheken is flink teruggelopen: van 238 begin 2020 naar 208 nu. Een van de voorbeelden is Club Quatebras. Corona was het laatste zetje voor de Friese discotheek. Overigens liep al voor corona het aantal disco’s flink terug, vooral door de groei van festivals. Wat het nu anders maakt, aldus Driessen is ‘dat een groot deel van de gezonde bedrijven snoeihard is geraakt’. Er is wel steun, maar volgens de ABN AMRO-expert is die voor veruit de meeste horecabedrijven niet toereikend.
Coronacrisis raakt ouderwetse bruine kroegen en lunchrooms hard
Volgens de analyse van de bank raakt de coronacrisis ook de ouderwetse bruine kroegen en lunchrooms hard. Vooral in steden als Rotterdam, Den Haag, Amsterdam, Utrecht en Den Bosch zijn in coronatijd veel zaken gesloten. In Rotterdam sloten 32 kroegen (-10 procent) en 36 lunchrooms (-13 procent). In Utrecht verdwenen er 30 lunchrooms (-27 procent) en sloot één kroeg. In Nijmegen sloten liefst 22 kroegen definitief de deuren (-23 procent). Den Bosch zag 36 procent van zijn lunchrooms (19 zaken) en 17 procent van de kroegen (9 in totaal) verdwijnen. In Den Haag ging het bijvoorbeeld om een afname van 21 cafés en 14 lunchrooms.
Er zijn ook steden waar juist amper zaken dichtgingen, zoals in Breda en Enschede. Driessen denkt dat dit deels te maken heeft met de opstelling van gemeenten. Zo stuurde Breda tijdens corona aan op convenanten, waarin bierbrouwers, verhuurders en banken samen optrokken om horecaondernemers overeind te houden. Nijmegen daarentegen had meer aandacht voor handhaving.
Lees ook: Talkshow: drie mkb-ondernemers over hun coronacrisis
Meer faillissementen als ondernemers belasting moeten terugbetalen
Bij de sluiting van lunchrooms spelen andere factoren een rol, denkt Driessen. Zo zijn veel lunchrooms pas na 2015 gestart en hebben veel ondernemers om die reden wat minder diepe zakken. Bovendien betalen ze vaker een hogere huur dan een bedrijf dat al langer in een pand zit.
Driessen voorspelt dat meer horecabedrijven zullen verdwijnen. ,,Als ondernemers belastingen moeten terugbetalen en als de strijd om horecamedewerkers intensiveert, dan neemt de terugval toe”, waarschuwt hij.
Volgens Koninklijke Horeca Nederland laten de nieuwe cijfers vooral zien dat de afgelopen twee coronajaren horecaondernemers hard hebben getroffen. ,,Stoppen is dan een optie om zelf als ondernemer niet verder in de problemen te komen. Dat bedrijven het afgelopen jaar zijn gestopt is evident, met alle emotionele en financiële gevolgen van dien voor de betrokken ondernemers. Voor sommige horecagelegenheden was de overheidssteun dus niet voldoende om een sluiting te voorkomen”, aldus de woordvoerder van de brancheorganisatie.