Nieuws Marketing
Al 30 jaar het gezicht achter modezaak Scooter in Enschede
Ellen Schepers zit met haar modezaak Scooter al 30 jaar in de Enschedese Haverstraatpassage. Iedere werkdag heeft Ellen bijzonder gezelschap: hond Joep wijkt niet van haar zijde.

Scooter vierde zaterdag dat de modewinkel al 30 jaar bestaat. Ellen Schepers begon in 1986 in het pand aan de Haverstraatpassage, waar ze nu nog steeds zit. "Best jong eigenlijk", realiseert ze zich ineens. Het deel van de Haverstraatpassage waar Scooter zit, de oude Burgemeestersstraat, was een ondergeschoven kindje. "Toen zat hier nog gereedschappenwinkel Töniës, Review zat naast ons, op de hoek zat meubelzaak Brands."
Hip en happeningWinkels verdwenen, verhuisden, panden stonden tijden lang leeg. Nu is de Haverstraatpassage hip en happening. Schepers is er ongelooflijk blij mee. Ze krijgt er nieuwe klanten door, maar het is iets van de laatste tijd. En ook iets waar de straat in georganiseerde vorm hard voor heeft gewerkt.
Jarenlang heeft de Haverstraatpassage er last van gehad dat er nooit iets gebeurde. "Sinterklaas kwam hier niet; we werden nooit meegenomen in centrumactiviteiten. We werden geacht overal aan mee te doen en te betalen, maar hadden er nooit profijt van. Daarom zijn veel winkeliers, ook wij, opgehouden om lid te zijn van de winkeliersvereniging."
Een achterafstraatje. Waarom ze er toch een pand ging huren? "A1- locaties kon ik niet betalen. De 1.750 gulden huur per maand was al een rib uit mijn lijf. Om de kosten te drukken verhuurden we de bovenverdieping aan studenten."
GezelligheidMaar als Schepers iets wil, steekt ze haar nek uit. "Ik wilde altijd al winkeltje spelen. De plannen lagen er al toen ik 18 was. Ik had al die jaren bij Mag & Maggie gewerkt en daar mocht je niet op kauwgum kauwen, geen boterhammetje op de toonbank. Ik wilde een gezellige winkel waar iemand die binnenkomt een kopje thee kan meedrinken. Ik ben het gewoon gaan doen."
Tekst gaat verder onder de foto
Ellen Schepers, hier samen met medewerker Margot (links) en hond Joep.
Ze begon, zegt ze, met het verkopen van kleding die ze zélf leuk vond. "Ik wilde niet opgaan in de grijze massa. Maar natuurlijk kreeg ik al snel in de gaten dat ik ook moest inkopen waar vraag naar is. Je moet niet alleen maar dicht bij jezelf blijven."
BloemenjurkjesAnno nu verkoopt ze nog steeds kleding waarvan ze vooraf denkt: "Dat wordt opruiming - dit is zo maf, daar moeten een paar geflipten voor komen. Je moet uniek willen zijn en willen verleiden." Ze was de eerste die het toen nog niet zo bekende King Louie naar het oosten haalde. Het zijn bloemenjurkjes die inmiddels het imago bepalen van vrolijke moeders met versierde bakfietsen. "Ik wil geen trend zijn, maar een stijl. Een stijl voor vrouwen die op straat worden nagekeken: 'Goh, wat heb je een leuke jas aan'.
SamSamLegio vrouwen liepen in de wijde broeken met korte hesjes die Ellen Schepers zelf ontwierp, tekende en liet maken. Ze lacht. "Dat is eigenlijk uit armoede ontstaan." Ze had in de beginjaren niet veel geld om in te kopen. In Duitsland verkocht een groothandel allemaal coupons die ik uit kooien moest graaien, wassen en naar een dame bracht die er voor ons broeken van maakte. Het sloeg aan. Hoe leuk is dat?"
De medewerkers van SamSam liepen erin. Jeroen Hatenboer, toen nog eigenaar, kende ze nog uit de kroeg. "Hij begon ook voor zichzelf en wilde bedrijfskleding. Die hebben we samen ontwikkeld." Ellen Schepers kleedt de serveersters en obers nog steeds.
WijderVijf jaar geleden is ze gestopt met seriematig produceren van het eigen merk, al komen er nog steeds vrouwen voor wie ze een wijde broek laat maken. Voor wie het mist is er goed nieuws: "Ik denk dat we aanstaande zomer weer beginnen, met een bescheiden versie van de oorspronkelijke broek. Er is nog steeds vraag naar, en de mode wordt weer wijder."