Nieuws Marketing

Boerderijwinkel Vermunt is een stukje nostalgie in 2016

Marina en Ruud Vermunt runnen hun familiebedrijf op een eerlijke manier, schrijft BN/De Stem. ‘Wij bieden alleen goed spul.’

Tim van Boxtel | Foto: Edwin Wiekens 21 april 2016

Vermunt2

De aardappels komen uit Fijnaart, de aardbeien van om de hoek en de asperges uit de eigen kwekerij. Marina (49) en Ruud Vermunt (50) uit Etten-Leur halen het liefst alles wat zij verkopen uit de regio. Marina: "Zo weten mensen waar het vandaan komt." De boerderijwinkel van het echtpaar is een stukje nostalgie in 2016. Terwijl steeds meer mensen online hun boodschappen doen of alles bij een grote supermarkt halen, weten Marina en Ruud hun hoofd boven water te houden in de charmante zaak, die vastzit aan hun woonhuis. "Wij kunnen de concurrentie met supermarkten niet aan qua prijs, maar winnen het op kwaliteit", vertelt Marina. "Wij verkopen liever geen mandarijnen dan slechte mandarijnen. Supermarkten hebben het hele jaar mandarijnen in de schappen liggen, dat kan niet. Dan heb je geen goede kwaliteit. Wij zijn eerlijk naar onze klanten, bieden alleen goed spul aan." De winkel werd vijf jaar geleden opgezet, omdat Marina en Ruud zich continu belazerd voelden door de tussenhandelaren. "Wij hadden daar de buik vol van. Die tussenhandelaren kochten alles voor een appel en een ei bij ons, waarna de mensen in de supermarkt er veel meer voor moesten betalen." Dat is ook de reden dat ze duurzame afspraken maken met boeren. Ruud: "Als bij een boerderij verderop de aardbeien een paar cent goedkoper zijn, gaan we niet opeens daarheen. Dat is niet eerlijk." VerliefdHet is een bijzonder familiebedrijf, dat van Vermunt. Het begon op het huidige terrein - aan de Attelakenseweg - met de opa van Ruud, Ron. Hij verhuisde in de eerste helft van de 20e eeuw van de overkant van de straat naar het pand waarin Marina en Ruud nu wonen en werken. Ruud: "Dat gebeurde nadat mijn oma weduwe was geworden, haar man was een paar jaar nadat ze trouwden overleden. Opa ging haar helpen, ze werden verliefd en hij trok bij haar in.De generaties Vermunt daarvoor zaten ook al in de veehouderij en akkerbouw, maar in 1934 is het familiebedrijf pas begonnen op de huidige locatie. Het was een kleinschalig veehouderij en akkerbouwbedrijf, met 12 tot 13 hectare grond. Zoals traditie was, volgde het oudste kind zijn ouders op. Dat was Jan, de vader van Ruud. "In die tijd was dat eigenlijk vanzelfsprekend. De oudste zoon nam het over, men wist niet beter." Jan was gemiddeld 84 uur per week in de weer, nadat hij het familiebedrijf rond zijn 21e over had genomen. Hij moest wel, want het was niet makkelijk om het hoofd boven water te houden. Het lukte hem door altijd op zoek te gaan naar een markt. Zo bouwde hij begin jaren 70 een zeugenstal, omdat de melkveehouderij terugliep, en ging hij een decennium later voor het eerst aan de slag met asperges. Ook Ruud ging door met innoveren, nadat hij het bedrijf had overgenomen. "Dat is belangrijk, niet iets volhouden tot je erin verzuipt."Weinig hobby’sIn 1965 werd Ruud geboren. Hij liep van jongs af aan al rond in het familiebedrijf. "Ik vond het leuk om daar te werken, zelfs iets moois te maken en de beestjes te zien opgroeien. Mijn broer en zussen hadden dat minder, die vonden het maar ellendig om mee te moeten helpen. Daar is flink wat over geruzied", herinnert hij zich. In 2001 nam Ruud de zaak helemaal over van zijn ouders, nadat hij jarenlang met hen samen had gewerkt. "Dat ging van stroef naar makkelijk. Mijn vader vond het in het begin lastig om dingen uit handen te geven." Na hun pensioen werkten vader en moeder Vermunt nog mee in de zaak. "Mijn moeder Sjanne was vijf of zes dagen per week bezig in de zaak. Als je altijd zo veel gewerkt hebt, hou je toch weinig hobby’s over", zegt Ruud lachend. Na het opvoeden van hun drie kinderen, kwam ook Marina in het familiebedrijf werken. "We wilden graag met zijn tweeën de kost verdienen, geen vast personeel van buitenaf inhuren. Dan word je te veel manager, daar had ik geen zin in", vertelt Ruud. Geen spijt Het echtpaar heeft veel offers moeten maken om het familiebedrijf draaiende te houden. Zo konden ze afgelopen maart voor het eerst in vijf jaar tijd weer eens een weekje op vakantie. Ruud: "Naar Valencia, in de eerste dagen moest ik echt even wennen aan het vakantiegevoel." Marina: "Ik was het na een weekje ook wel weer zat." Ook Ruud heeft altijd hard moeten werken, in het begin 75 tot 80 uur per week en dat het hele jaar door. "Ik heb best veel van mijn gezin gemist." Maar spijt heeft het echtpaar niet van die keus. Marina: "Spijt hebben is zonde van de energie." Of er een opvolger komt, is overigens onzeker. Dochters Lisa en Mardie gaan een andere richting op, zoon Rob heeft altijd wel interesse gehad in de akkerbouw maar daarvoor is het terrein van Vermunt te klein. "Om tegenwoordig een serieus akkerbouwbedrijf te zijn, moet je minimaal 75 tot 100 hectare grond hebben. Wij komen met 15 flink tekort", vertelt Ruud. Marina: "We hebben altijd tegen onze kinderen gezegd: ‘Het enige wat wij van jullie verwachten, is dat je iets doet waar je blij van wordt.’"