Nieuws Marketing

'Foekepot alleen maar kabaal'

Barbier Paul Vieth heeft het wel gehad met de groepen kinderen die op de laatste dag van carnaval om snoep komen vragen. "Daar is niets aandoenlijks aan."

Arjan Bosch 10 februari 2016

Soft candy bears 1014623 1920

Als afsluiting van het narrenfeest gaan kinderen op carnavalsdinsdag verkleed langs de deuren. In het verleden gebeurde dat met een foekepot, een ritme-instrument gemaakt van een aardenwerken pot met een vlies erover. De tekst van het lied: 'Foekepotterij, foekepotterij, geef mij een centje, dan ga ik voorbij. Ik heb geen geld om brood te kopen, daarom moet ik met de foekepotte lopen.'

TegenwoordigDe foekepot zelf hebben ze vaak niet bij zich, maar wel een grote plastic zak om al het ontvangen snoepgoed in te stoppen. Constant nieuwe groepen kinderen die hun riedeltje schreeuwend afraffelen en een graai in de snoepbak doen om vervolgens zo snel mogelijk de volgende winkelier 'aan te vallen'.

Kapper Paul Vieth uit de Prinsenstraat in Dalfsen - en een salon in Hardenberg - is het na jaren van 'kinderkabaal' helemaal zat.

Voortaan, en gisteren voegde hij de daad bij het woord, doet hij op de laatste dag van carnaval het aloude foekepotten in de ban. Kinderen die verkleed en wel langs de deuren gaan, een liedje zingen en daarin nederig vragen om 'een centje' zijn bij friseur Vieth aan het verkeerde adres. 'Sorry, wij doen niet aan foekepotterij', is de veelzeggende boodschap achter de etalageruit in Dalfsen.

Snoep"Zodra de scholen uitgaan, komen een paar honderd kinderen naar het centrum om alle winkels af te struinen voor snoep", schetst Vieth het probleem.

"Slim, want de meeste mensen zijn niet thuis, maar aan het werk. De afgelopen jaren hebben we geprobeerd dit soepel te laten verlopen door een extra medewerker in te zetten. Die mocht een paar uur lang lief kijkend het gebeuren aanhoren en de kinderen van snoep voorzien."

Aandoenlijk. Maar niet heus, vindt Vieth. "Op wat kleintjes na die vergezeld van moeder hun best doen, is er niets aandoenlijks aan. Vorig jaar zeiden we al snel dat de kinderen niet hoefden te zingen om snoep te krijgen. Vanwege het lawaai kunnen we geen telefoon aannemen. Bij elke klant moeten we ons verontschuldigen. Een fatsoenlijk gesprek is niet te voeren."

AandachtHet kost Vieth zelfs knipgasten. Vorige week nog belde een vrouw voor een afspraak, maar die wilde ze beslist niet maken voor de betreffende dinsdag. Vieth vroeg gekscherend en met een knipoog - beeldspraak van de barbier - of de vrouw wellicht mee wilde doen aan de foekepotterij. Maar nee, twee jaar terug zat ze al eens in de kapsalon voor een urenlange knip- en kleurbehandeling. En voor rust en aandacht. Maar dat liep dus anders. 'Vergeet het maar', antwoordde ze met die ervaring in het achterhoofd, 'een en al kabaal'. "Rust en aandacht voor onze klanten zijn volledig verdwenen."

Dat de jeugd het wellicht nooit meer vergeet dat Vieth de deuren angstvallig gesloten hield en later voor een knipbeurt wel een deurtje verder gaat, maakt hem niet uit. Dat hem deze middag een klein boegeroepje ten deel valt, doet hem ook al niets. "Ik ben niet iemand van overleg, ik doe het gewoon. Maar ben zeker niet de enige winkelier die zich aan het lawaai stoort. Anderen zeggen het me wel, maar durven er niets tegen te doen. Ik wel."

Maar, haast Vieth zich te zeggen, hij vindt foekepotterij verder een 'leuke Sallandse traditie' en waardeert het dat jeugd de wijk in trekt om 'snoep te scoren'. Een boeman vindt hij zichzelf niet. "Jeugdige klanten weten dat zij de rest van het jaar bij elke knipbeurt een zakje snoep krijgen."

Foto: Pixabay