Nieuws Marketing
'Runnen van een veerbedrijf is ondernemen met tegenwind'
Ons land telt 1,3 miljoen ondernemers en 360.000 bedrijven. Twee derde van de 7,3 miljoen werkenden vindt emplooi in het midden- en kleinbedrijf. Het AD was deze week op bezoek bij Ton Paulus Veerbedrijf.

Naam: Ton Paulus VeerbedrijfzOmzet: 'Stabiel'Personeel: 65 mensenWinst: 'Conform omzet'
Ondernemen met tegenwind, laat dat maar aan Ton Paulus over. Desnoods met het water in de stuurhut rond de kletsnatte laarzen. Als de wind de golven tegen de pont beukt, gaat hij op volle kracht door 'tot de auto's beginnen te schuiven'. Met die mentaliteit wint hij het zelfs van zijn grote concurrent: de brug.
Toen eens in een januari-storm van Renkum tot Vianen niet alleen de veren voor verkeer ontoegankelijk waren, maar zelfs de bruggen voor de wind moesten buigen, ging zijn pont in het Gelderse Beusichem tot half twee 's nachts dóór, vertelt Ton Paulus (62) in zijn huis op een paar 100 meter van de Maas. Daar vaart ook zijn veer Velden-Grubbenvorst. Met die mentaliteit van dóórgaan heeft hij vanuit Limburg 's lands grootste veerbedrijf opgebouwd.
Tegenwoordig exploiteert de veerbaas met tien ponten negen veerverbindingen. Over Lek en Maas, over de Utrechtse, Gelderse, Brabantse, Limburgse en zelfs Belgische grens. Tientallen werknemers zijn 365 dagen in ploegen aan het werk. De dag begint om 05.30 uur, en duurt vaak tot middernacht. De korte nacht is voor reparaties.
Zelf nam hij in de jaren '70 met zijn broer de pont van zijn zieke vader over. Als derde generatie. Het was ploeteren. ,,Na 5 jaar werd vlakbij een brug gebouwd. Dat kostte 65 procent van de omzet. Te weinig inkomen voor het gezin van mijn broer. Ik was 20 en ging alleen door, 200 keer per dag, 110 uur per week, met een schipper voor 40 uur.'' Zijn droom bleef zelfstandig ondernemerschap en daarvoor was groei noodzaak. Dit resulteerde in het huidige aantal autoveren. Dochter Petra staat met vriend Tom klaar om de vierde generatie veergeschiedenis te gaan schrijven.
Ondertussen blijft het hard werken. Bruggen en snelwegen blijven concurrenten. ,,Wij hebben zeker last gehad van de crisis. Minder forensen door bedrijfssluitingen. Snelwegen zijn een stuk leger en dat betekent minder omrijdende bestuurders. We merken nog niet dat het aantrekt. En de tarieven kunnen niet veel omhoog. Anders pakken mensen de brug.'' Toerisme blijft wel een sterke klantentrekker.
De nieuwste ontwikkeling in het veerbedrijf is digitalisering. Paulus: ,,De helft van onze omzet komt binnen als kleingeld.'' De voetganger die 30 cent betaalt, 70 cent voor een persoon met kinderwagen, 1,80 euro voor een auto tot 4,10 voor een bulldozer. ,,Munten zijn een dure zaak,'' weet Paulus. ,,Het komt op je rekening nadat verzekerings- en transportkosten betaald zijn aan het bedrijf waar het - ook al niet gratis - wordt geteld. Digitaal komt het via internet zo op de rekening.'' De vaste abonnementen gaan het eerst digitaal.
Daarmee is het familiebedrijf, na 100 jaar bij koninklijke beschikking hofleverancier, ver gekomen. Zette zijn grootvader als de veerbel ging het palingvissen even opzij voor wat centen, in de nabije toekomst betalen de jaarlijks miljoenen klanten wellicht automatisch via een 'overzet-app' op de smartphone, verwacht Ton Paulus. Eén ding blijft bij het oude. Voor het internationale veer Berg-Meeswijk geldt nog steeds de regeling uit 1844: de koning mag 'met zijn karos' altijd gratis oversteken.