Nieuws Agro

John gooide zijn bedrijf twee keer om en werd van traditionele melkveehouder een pionierende bosboer

Traditioneel koeien melken werd biologisch boeren. En nu zit het bedrijf van John Heesakkers in een tweede transitie. Op de Janmiekeshoeve in Mariahout richt hij zich op agroforestry en carbon farming. Nieuwe, duurzame landbouwvormen, die hem en zijn gezin op de boerderij vrijwel zeker gaan ‘overleven’.

Frank van den Heuvel (AD) 10 oktober 2022

Bosboer agroforestry carbon farming melkveehouder john heesakkers mariahout

De weg waar Janmiekeshoeve aan ligt, heet de Hei. Dat is geen toeval. Vroeger keek je hier kilometers ver weg over de heide. ,,Mijn overgrootvader heeft hier achter de boerderij gronden gekocht, mijn opa en zijn broers hebben ze ontgonnen om te boeren, ik zet ze nu weer vol met struiken en bomen.”

Het is de wonderlijke speling van de geschiedenis, John Heesakkers (56) kan er wel om lachen. Hij en zijn vrouw Angelique hebben hier in Mariahout een ‘bosboerderij’. Dat is een term die in Nederland nog maar weinig voorkomt. ,,Als je uitlegt wat we hier doen en je hebt het over ‘agroforestry’, gaan de wenkbrauwen bij veel mensen al snel omhoog. ‘Bosboerderij’ is wat toegankelijker”, vertelt hij aan het ED.

Agroforestry: duurzame landbouwvorm die planten van bomen combineert met landbouw

Agroforestry is wel de gangbare benaming voor een duurzame vorm van landbouw die steeds vaker opduikt; het combineert het planten van bomen en struiken met landbouw of veeteelt. John Heesakkers ontwikkelt in fases 18 hectare.

Al rondwandelend over zijn percelen zie je onder meer tamme kastanjes, olijfwilgen, honingbessen, zoete kers, duindoorn, hazelaars en vlier. Allemaal aangeplant in rijen die langzaam wegdraaien aan de horizon. Met ertussenin stroken met bekende landbouwgewassen, zoals spelt en rogge.

De keuze voor agroforestry is niet de eerste wending van Heesakkers’ bedrijf. Pionieren, nieuwe kansen zien; het zit ’m een beetje in het bloed.

"Als ondernemer kun je eigenlijk alleen sturen op kost­prijs­ver­la­ging, dat stond me steeds meer tegen"

John Heesakkers

In de boerderij molken zijn ouders vele jaren koeien. Niet al te veel, zo’n zestig in getal. In 2006 nam John Heesakkers het over en slechts enkele jaren later werd bekend dat het melkquotum zou verdwijnen. Al snel werd daar door veehouders op geanticipeerd met de bouw van grotere stallen.

Maar Heesakkers twijfelde. ,,Ik zou naar 120 tot 150 koeien moeten. Het zette me aan het denken: wil ik dat wel? Ik worstelde met de beperkte ruimte om te ondernemen. Als boer ben je een kleine speler, je bent volledig overgeleverd aan de grillen van de markt. We leveren als Nederlandse boeren kwalitatief hoogwaardige producten, maar slechts een paar spelers bepalen de prijs. Als ondernemer kun je eigenlijk alleen sturen op kostprijsverlaging, dat stond me steeds meer tegen.”

Lees ook: Stikstofgoeroe Johan Remkes komt met langverwachte bevindingen

Hij besloot het anders te doen. Heesakkers schakelde om naar biologische landbouw. Hij had op dat moment al cursussen gevolgd over biodiversiteit en duurzaam bodembeheer. ,,We zitten hier tegen de bossen aan, hier is altijd geboerd met respect voor de natuur. Angelique zei: ‘Is biologisch niet iets voor jou?”

Kunstmest en bestrijdingsmiddelen gingen in de ban. De overgangsfase duurde anderhalf jaar. Heesakkers kon er zijn ei helemaal in kwijt. ,,Ik voelde me weer ondernemer. Ik heb de manier van boeren ook helemaal omarmd. Niet op het randje lopen, net genoeg om het stempel biologisch te houden, maar echt proberen om landbouw te bedrijven mét en in de natuur.”

Klem door fosfaatstelsel

Dat ging goed, tot in 2018 het fosfaatrechtenstelsel werd ingevoerd en Heesakkers klem kwam te zitten. Op de peildatum, het moment waarop werd bepaald hoeveel fosfaatrechten een bedrijf krijgt, had hij zijn kalveren elders ondergebracht. Het toekomstperspectief vertroebelde. Hij stond voor de keuze: veel geld investeren in nieuwe rechten of opnieuw een andere weg inslaan?

Eerder had Heesakkers via een netwerk van biologische collega’s al kennisgemaakt met agroforestry. De bestseller Herstellende landbouw van Mark Shepard werd een inspiratiebron. De Amerikaan beschrijft in het boek hoe hij een dorre, uitgewoonde maisakker transformeert tot een bloeiend ecosysteem, waarin hij daarna op een duurzame manier voedsel verbouwt.

Heesakkers verdiepte zich, raakte steeds enthousiaster en besloot voor de tweede keer om het roer om te gooien. Er volgden gesprekken met de gemeente, het waterschap en het Groen Ontwikkelbureau (GOB) van de provincie. Er kwam een plan, mede gemaakt door ecologen, waarbij met steun van GOB nieuwe natuur wordt ontwikkeld die twee bosgebieden achter de Janmiekeshoeve met elkaar verbindt: de Lieshoutse Bossen en Het Gerecht.

Na jaren van praten en voorbereiden begon Heesakkers in 2020 met het planten van de bomen en de struiken. Maar dan is er nog niet meteen opbrengst. ,,Dat is het grote nadeel van agroforestry. Het duurt een tijd voordat je eraan uitkomt. Dankzij die bijdrage van de provincie heb ik een begin kunnen maken, anders was het niet gelukt.”

Lees ook: Deze boer heeft geen last van zomerse temperaturen: 'Het is een superseizoen'

In zeven jaar winstgevend

Volgens de planning zou het bedrijf in zeven jaar winstgevend kunnen draaien. ,,We zitten nu in jaar drie. We hebben dit jaar wat bramen, perziken en nashiperen geoogst. Nog heel beperkt hoor, maar het geeft wel moed en vertrouwen. Bomen en struiken hebben nu eenmaal tijd nodig om te groeien.”

Tot die tijd oogst hij de spelt, rogge en mais en verkoopt hij gras en hooi aan collega’s. Ook teelt hij witte lupine; de eiwitrijke boontjes die steeds populairder worden. Melken doet hij niet meer, maar hij heeft nog zoogkoeien als vleesvee. Op het perceel staat ook een mobiele kippenkar met biologische leghennen. Plannen zijn er om op een of andere manier aan huis zelfgeteelde producten te gaan verkopen.

"Bij ondernemen wil je in principe vrij snel iets verdienen, terwijl agro­f­o­re­stry iets is van de hele lange adem"

John Heesakkers

Maar bij agroforestry komen de opbrengsten niet alleen uit de verkoop van noten en vruchten. Planten, struiken en bomen nemen CO2 op, het belangrijkste broeikasgas en veroorzaker van de temperatuurstijging op aarde. Het zuurstofdeel (O2) gaat weer terug de atmosfeer in, de koolstof (de C) wordt opgeslagen in wortels, bladeren, bloemen, stengels, knollen, vruchten en bodem.

Een tomatenplant of gras houdt de koolstof korte tijd vast, bomen doen dat vele jaren, decennia of zelfs eeuwen. Als een boom wordt verwerkt tot bijvoorbeeld een tafel, dat blijft de koolstof in het hout zitten.

De positieve effecten op zowel de bodemkwaliteit als het klimaat maken deel uit van het verdienmodel van agroforestry. Bedrijven die veel CO2 uitstoten, kunnen een deel compenseren door bomen aan te (laten) planten bij een koolstofboer.

Heesakkers is het op bescheiden schaal aan het uitrollen. De CO2 die hij vastlegt met zijn 12.000 bomen, is te koop. Hij werkt samen met ‘Trees for all’ en ‘Nieuw Groen’, in feite CO2-makelaars die bemiddelen tussen boeren en bedrijven of particulieren die hun ‘ecologische voetafdruk’ willen verkleinen. Met een bijdrage kan Heesakkers zijn bosboerderij onderhouden en nieuwe bomen planten. Een van de ‘klanten’ van de Janmiekeshoeve was bijvoorbeeld ABN Amro, dat investeerde in CO2-compensatie ter gelegenheid van het driehonderdjarig jubileum van de bank.

Toch ligt de focus van Heesakkers vooral op lokale en regionale bedrijven. ,,Dat vergroot de herkenbaarheid. Je kunt dan heel concreet de verbinding laten zien: je nodigt de mensen hier uit om te komen wandelen en met eigen ogen te zien wat er gebeurt. Dat geeft een heel andere gevoel dan dat je CO2-certificaten koopt van een tropisch bos in Costa Rica of een ander ver en onbekend oord.”

Lees ook: Slachting dreigt in glastuinbouw: ‘Ruim 40 procent moet vrezen voor faillissement door energieprijzen’

Juridisch vastgelegd dat bomen blijven staan

Heesakkers vindt het bovendien belangrijk dat de gedachte achter de koolstofcompensatie deugt. ,,Het moet geen greenwashing worden. Zo van: ik koop CO2 op en kan vervolgens weer een hoop vervuilende dingen doen. Dan wordt het een soort van aflaat en daar wil ik niet aan meewerken.”

Het loopt nog niet storm met de handel in CO2-certificaten, geeft hij toe. Maar geduld is een vereiste als je aan agroforestry doet. ,,Dat is continu het spanningsveld. Bij ondernemen wil je in principe vrij snel iets verdienen, terwijl agroforestry echt iets is van de hele lange adem.”

Zo lang dat het hemzelf waarschijnlijk zal overleven. ,,Maar die gedachte spreekt me ook wel aan. Dit is geen bedrijfsmodel voor één, vijf of vijftien jaar. Juridisch is in contracten vastgelegd dat deze bomen en struiken ook te allen tijde blijven staan. Terwijl het voor mij en Angelique een keer ophoudt. Onze opvolgers, of dat een van onze drie dochters is of iemand anders, zal met dezelfde, duurzame uitgangspunten verder moeten werken. Onze familie boert op deze plek al sinds 1781, ik vind het een mooi idee dat het na ons gewoon verder gaat.”

Lees ook: Hoe de insectenhotels van dit familiebedrijf de hele wereld over gaan: ‘Ze vliegen de deur uit’

Blijf op de hoogte van het laatste nieuws voor ondernemers.

Ontvang dagelijks onze nieuwsbrief en blijf op de hoogte van het laatste ondernemersnieuws