Actueel

’t Stoepje te vinden op 600 markten: we bezoeken de thuisbasis van bekendste reizende bakker

Julio Beukers in zijn kraam. Julio Beukers in zijn kraam. Foto: Caspar Huurdeman
Julio Beukers in zijn kraam. Foto: Caspar Huurdeman
Leestijd 5 minuten
Lees verder onder de advertentie

Met een brede grijns roept Julio Beukers (25) een dame terug die zojuist een partijtje broden, een zakje croissants en een tasje met speculaasproducten heeft afgerekend aan zijn kraam. „Uw brood, mevrouw. U zou het toch bijna vergeten. Nou ja, terugkomen mag natuurlijk sowieso altijd.’’

Het is tegen half tien en Julio en zijn werknemers Sanneke en haar zoon Sam draaien deze woensdagochtend op volle toeren de kraam op het Dorpsplein in Soesterberg, meldt het AD. Het ‘wie was er dan?’ klinkt aan de lopende band, want het is zo druk, dat één tot twee minuten ‘wachttijd’ erbij hoort. Net zoals het dienblad met stukjes gevulde speculaas trouwens. Niet alleen om het wachten te veraangenamen, maar ook om de klant te verleiden.

105 marktkooplieden bakkerij ’t Stoepje

Julio is een van de 105 marktkooplieden van bakkerij ’t Stoepje, die met hun eigen verkoopwagens wekelijks zeshonderd markten door heel Nederland beslaan. De Bunschotense franchiseformule is uitgegroeid tot Nederlands grootste in brood, banket en koek en een vertrouwde naam voor iedereen die weleens over de markt loopt.

Lees verder onder de advertentie

Het is zo veel meer dan koek en brood verkopen. Je runt een volledige winkel op wielen

Wijlinde Hartog Food Market bv

„Zoals voor ongeveer iedere jongere in Spakenburg geldt, was het ook mijn eerste baantje op de markt. Niet in de vis, maar in de broodkraam van mijn vader. Uiteraard van ’t Stoepje. Onze halve familie zit in het brood. Mijn oom heeft een kraam en mijn neef ook. Een tante van mijn vader was al franchiser toen er nog maar vijf karren van ’t Stoepje rondreden’’, vertelt Julio, die daarmee het bewijs levert dat ’t Stoepje in ieder geval op het niveau van de broodwagens wel degelijk een familiebedrijf is.

Hoe komt ’t Stoepje aan zijn naam?

Even over die naam: ’t Stoepje. Die heeft dus niets te maken met het feit dat het brood op straat - bij wijze van spreken bij de klant op de stoep - wordt verkocht. Een korte duik in de geschiedenis leert dat ’t Stoepje ooit écht heeft bestaan als bakkerij met winkel in Spakenburg. Die bakker heette Bakkerij Peter Duijst, maar werd in de volksmond het stoepje genoemd vanwege de paar treden voor de ingang. Toen Jan de Graaf in 1979 de bakkerij overnam, maakte hij die naam officieel.

Nadat steeds meer marktkooplui hun producten bij de inmiddels twee vestigingen van ’t Stoepje inkochten, ontstond stap voor stap de franchiseformule. Het logo van de winkel kwam op de verpakkingen en iets later ook op de wagens.

Lees verder onder de advertentie

Moederbedrijf van bakkerij

Waar dat ruim 46 jaar later toe heeft geleid, is te zien (en te ruiken) tussen de Palingweg en de Snoekbaarsweg op bedrijventerrein Zuidwenk. Met aan de ene kant het distributiecentrum, waar dagelijks twintig wagens tegelijk hun waar inladen, en aan de andere kant de bakkerij. Ook het hoofdkantoor van Market Food Group zit daar, het moederbedrijf waar ’t Stoepje onder valt.

Het distributiecentrum van ’t Stoepje.  Het distributiecentrum van ’t Stoepje. Foto: Nico Brons
Het distributiecentrum van ’t Stoepje. Foto: Nico Brons

„Het is duidelijk geen kaas-uiendag vandaag’’, zegt formulemanager Emma Duijst met een knipoog bij de ontvangst in het hoofdkantoor, dat grenst aan de bakkerij. Dat het speculaasdag is, hoeft ze vervolgens niet te vertellen. „Samen met Pasen is dit voor ons de drukste tijd van het jaar. Vanaf september is er alweer vraag naar onze kruidnoten en speculaas, dus dan zorgen we dat ze weer in de kramen te vinden zijn.’’

Lees verder onder de advertentie

Vraag en aanbod wordt dagelijks zo nauwkeurig mogelijk op elkaar afgestemd. De franchisers zijn eigen baas in hun wagen en kunnen iedere dag voor 16.00 uur doorgeven waar ze de dag daarna mee de markt op willen. Zo weet Julio, die ruim zeven jaar geleden de kar van zijn vader overnam, tamelijk goed wat zijn klanten willen. In Soesterberg zijn ze nogal van het desembrood. Hardlopers overal zijn gevulde koeken, croissants, haverkoeken en de superrozijnenbol. „Op zaterdag verkoop ik in verhouding minder brood, maar juist weer veel koek en andere weekendlekkernijen.’’

Met ‘t Stoepje zitten wij tussen de warme bakker en de supermarkt in en dan meer richting de warme bakker. Dat willen we ook uitdragen

Zaterdag wordt veel koek verkocht

Grote wens van de Market Food Group is om het aantal markten gestaag uit te breiden. „We zijn er trots op dat we op zeshonderd markten staan, maar er zijn er nog zo’n vierhonderd waar klanten geen ’t Stoepje treffen. De krapte op de arbeidsmarkt geldt ook voor ons. Wij vinden het werk op de markt allemaal fantastisch en dragen dat graag uit. Wie eenmaal op de markt staat, ervaart dat gevoel vanzelf’’, vertelt Duijst.

Om het werk als franchiser bij ’t Stoepje meer bekendheid te geven, wordt niet alleen online naar nieuwe ondernemers gezocht, maar ook contact gelegd met mbo-opleidingen. „Het is zo veel meer dan koek en brood verkopen. Je runt een volledige winkel op wielen. En vroeg beginnen is in de middag klaar zijn. Daarbij staan de meesten een dag of drie per week op de markt’’, zegt marketingmedewerkster Wijlinde Hartog.

Lees verder onder de advertentie
In het distributiecentrum worden de orders klaargezet. In het distributiecentrum worden de orders klaargezet. Foto: Nico Brons
In het distributiecentrum worden de orders klaargezet. Foto: Nico Brons

Over het toekomstperspectief van de warenmarkt is Duijst niet pessimistisch. „Vroeger was het de plek waar je gulden een daalder waard was. Tegenwoordig gaan mensen erheen voor kwaliteit en ambachtelijkheid. De millennials hebben de markt sinds de coronatijd helemaal gevonden.’’

Waarom rebranding van ’t Stoepje?

Het was precies de tijd van de rebranding van ’t Stoepje. De uitstraling moest ambachtelijker. „De blauw-gele kleuren van onze broodwagens en de wiedewiedewagens hebben we vaarwel gezegd. Geel wordt erg geassocieerd met kilokoopjes. Het jongere publiek vraagt eerder om kwaliteit dan om kwantiteit. Met ‘t Stoepje zitten wij tussen de warme bakker en de supermarkt in en dan meer richting de warme bakker. Dat willen we ook uitdragen.’’

Lees verder onder de advertentie

De écht grote vernieuwing voor Julio Beukers zit er over een week of vier aan te komen. Hij heeft geïnvesteerd in een hypermoderne verkoopwagen, die op dit moment wordt gebouwd. Eentje met ingebouwde ovens waar alles bij de hand is en waarin je lekker warm met de voeten boven de grond staat. Het is straks klep open en verkopen maar. „Mijn vader moest even wennen aan het idee. Hij is nog uit de tijd van palen, planken en zeildoek, maar stiekem is hij best trots.’’