Nieuws Actueel

De Zuliani’s doen in ijs en terrazzo

Vloeren leggen doen ze al lang niet meer. Kunstenaars weten de terrazzo-specialisten van Zuliani uit Zoetermeer te vinden om hun beelden te maken, schrijft het AD. Levensgroot keramiek, honderdduizenden mozaïeksteentjes. En Italiaans ijs hebben ze tegenwoordig ook in huis.

John Hermse | Foto's: Remco Zwinkels 18 juli 2016

Zuliani

Slechts weinig mensen kennen Luigi Zuliani. Maar iedereen kent zijn beelden. In heel Den Haag staan ze op straathoeken, pleinen en in parken. En ook in Rijswijk, Zoetermeer en nog verder weg, door heel Nederland, zijn ze te vinden: mozaïeken, beelden, grote keramische figuren van mensen. Zoals het gigantische beeld van Vrouwe Justitia van kunstenares Anne Wenzel bovenop een rots bij de rechtbank in Zwolle. En natuurlijk kent elke Hagenees Haagse Harry. Sinds eind februari staat zijn beeld te glimmen bij de Grote Markt.

Met beeldhouwster Jaroslawa Dankowa maakte Zuliani eind jaren ’80 het Indisch Monument. Om de beelden van Luigi Zuliani kan niemand heen, maar de maker? Die blijft verscholen achter al dat werk. Al het moois komt wel uit de werkplaats van het Italiaanse familiebedrijf in Zoetermeer. Maar de oude Luigi( 86)is niet de kunstenaar. En ook niet zijn zoon, Luigi jr. Of diens zoon, Stefano, die in de koude maanden in het bedrijf terug te vinden is als de ijsmakerij waarmee hij net begonnen is op een lager pitje staat.

Uitvoerders

De Zuliani’s zijn de uitvoerders. De afzonderlijke brokstukken van Haagse Harry zetten zij in Zoetermeer in elkaar. De kleindochters zijn maanden bezig geweest met het plakken van 1.150.000 steentjes, die samen het mozaïekplafond vormen van de nieuwe Beurspassage in Amsterdam bij het Rokin. ‘Amsterdam Oersoep’ gaat het heten, volgens de initiatiefnemers ‘een van de grootste totaalkunstwerken in Nederland’. Alles wat er uit de Amsterdamse grachten valt op te vissen, wordt er afgebeeld. "Fietswielen, ratten, een fles jenever", somt Zuliani op.

In de woorden van een van de kunstenaars moet deze plek tot de top drie van de toeristische trekpleisters in Amsterdam gaan behoren. Trots poseert Luigi sr. met Stefano voor een deel van de wand met gouden tegeltjes, die ze ook maken voor de Beurspassage. En hij laat het ontwerp zien van de terrazzovloer die daar komt te liggen.

Terrazzo

Met terrazzo zijn we gelijk bij de oorsprong van het familiebedrijf. Luigi’s vader, Leonardo, kwam al op zijn 19de vanuit de Italiaanse provincie Friuli, tegen de grens met Oostenrijk, naar Nederland om hier vloeren te leggen. En niet zomaar vloeren, maar het typisch Italiaanse terrazzo: gemalen marmer met cement als bindmiddel. Zuliani grijpt in een van de zakken, die naast de werkplaats staan en laat fijne witte splinters Carrara-marmer door zijn vingers glijden. Alpengroen staat er ook, en rode marmersplinters uit Verona. Italianen hadden dat in de vingers, die terrazzovloeren.

Nederlandse bouwvakkers keken er vreemd tegenaan. "Een houten vloertje in de gang met een kleedje erover, meer was het niet", zegt Zuliani. Werk zat dus voor vader en zoon, aanvankelijk in Den Haag, nu alweer jaren in Zoetermeer. Het familiebedrijf besloot te verkassen, nadat de toenmalige omgeving aan de Haagse Waldorpstraat was veranderd in een prostitutiezone. Zuliani zit inmiddels 74 jaar in het vak, is zijn hele leven al in Nederland, maar blijft toch ook Italiaan. "Dat is gek: hier ben ik een vreemdeling, want ik ben een Italiaan. Maar in Italië ben ik ook een vreemdeling, want daar word ik gezien als Nederlander."(tekst loopt door na foto)

Afspraak is afspraak

Als het om zaken gaat, voelt hij zich Nederlander, want in het land van zijn vader merkt hij als Italiaanse Nederlander dat de zaken daar heel anders lopen. "Afspraak is afspraak, is het in Nederland. Maar in Italië is het altijd : manana", zo vat hij het samen.

De kunst sloop zijn werkplaats binnen met jonge kunstenaars die geen cent te makken hadden, en zeker geen geld om de beeldende kunst die zij hadden ontworpen, ook laten uitvoeren. Maar bij Zuliani konden ze daar zelf mee aan de slag. Samen met Luigi, die de kunst er aanvankelijk als liefhebberij bij deed. "Een hobby is mooi, maar die hobby werd steeds groter."

Van hobby naar beroep

Ruim 30 jaar geleden hakten de Zuliani’s de knoop door en werd de hobby hun beroep: ze gingen helemaal voor de kunst. Niet omdat erin de bouw niets meerte doen was, zegt Zuliani. "Er was genoeg werk, maar in de bouw ga je een put in en een jaar later kom je er weer uit." Altijd hetzelfde, wil hij maar zeggen. Dus kwam de kunst als geroepen. "Als je in de gelegenheid bent iets moois te maken, dan doe je dat."

Dus draait nu alles om de kunst. Voor collegaterrazzoleggers een tussendoortje, het Zoetermeerse familiebedrijf is het enige in Nederland dat niets anders meer doet. Hooguit af en toe wordt er nog een vloertje gelegd. In zijn kantoor bladert Zuliani door de fotoboeken van werk waar hij de hand in heeft gehad. Kleurige bloemen van de Spaanse kunstenares Dora Dolz in de Binnentuinen in Wateringseveld. De terrazzovloer van het stadhuis in Rotterdam ('Iets meer dan een gewoon vloertje').

Een beeld van filosoof Spinoza in Amsterdam van Nicolas Dings en van dezelfde kunstenaar op elkaar gestapelde grote koffiekoppen bij het kantoor van een producent van koffieautomaten in het Duitse Düsseldorf. Allemaal als uitvoerder dus. Maar stiekem ook een beetje als kunstenaar? Beter van niet, denkt Zuliani, hij heeft nu eenmaal geen naam als kunstenaar. "Als ik een beeldje maak, brengt het misschien 500 euro op, terwijl een beeldhouwer er tien keer zoveel voor kan vragen."

Maar, glimlacht hij, stiekem is hij toch wel een beetje kunstenaar. Tenslotte zat hij ook vier jaar op de kunstacademie, hij deed de opleiding beeldhouwen. Op een plank hoog tegen de wand in een hoek van de werkplaats staat nog een rij beeldjes die hij tijdens zijn studie heeft gemaakt. Dat moest ook wel, die kunstopleiding, want omgaan met die kunstenaars was wel even wennen. "Die zijn soms moeilijk te begrijpen, ze spreken hun eigen taal. ‘Het is te gek!’ zeggen ze dan, en dan moet ik maar begrijpen wat ‘gek’ is."

Meepraten met de kunstenaars dus, en ook meedenken. Als Zuliani stiekem ook een beetje kunstenaar is, hoe verhoudt de uitvoerder zich dan tot de bedenker van een beeld? "Je probeert te sturen, je geeft aan wat haalbaaris om het project te laten slagen."

Handjeklap

Zuliani deinst er niet voor terug om de grotere namen onder de neus te wrijven dat hun kunstwerk nog wel wat beter gestalte kan krijgen dan ze bedacht hadden. De platen die samen een grote obelisk vormen van de Deense kunstenaar Carl-Henning Pedersen, een van de voormannen van de Cobra-beweging, konden volgens Zuliani veel beter op een andere manier aan elkaar gepast worden dan de beroemde kunstenaar voor ogen had. "Dan ga je erheen, doe je handjeklap, drink je een borrel en ga je weer naar huis."

Over Cobra gesproken: Zuliani zaagde alle tegeltjes uit een wandtableau van Karel Appel in het belastingkantoor in Apeldoorn. De muur waarop het kunstwerk zat, zou bij een verbouwing gesloopt worden. Schoonmaken, hier en daar een hoekje van een tegeltje reparen, en dan het tableau weerin elkaar zetten. Restauratiewerk hoort er ook bij voor de Zuliani’s. Op de vloer van de werkplaats ligt een wandelement met lepels die afgebroken zijn, buiten staat een verweerde vogel van gebakken rode klei uit het Vredespaleis.

Opa poseert ook nog even met kleinzoon Stefano voor de deur, op het zwarte terrazzo-bankje dat rond het beeldhouwwerk ‘Ode aan Marten Toonder’ loopt. Het beeld moest even van zijn plek bij station Blaak in Rotterdam voor de aanleg van een fietsenstalling, maar kan meteen opgeknapt worden. Zo kunnen de Zuliani’s de bank weer polijsten die door het weer watruw is geworden. Voor de deur van de werkplaats aan de Industrieweg staat ook het ijskarretje van Stefano. Gelato per tutti.

Italianen en ijs

Zijn opa gaat voor, de trap op naar de bovenverdieping. In de werkplaats beneden mag het stof dan opwaaien, maar daarboven draaien de ijsmachines van Stefano. Geen terrazzo voor hem, op zijn 16de stond hij al in een ijszaak in Zoetermeer. Hij is zijn eigen zaak begonnen. Italianen en ijs, dat kan niet missen. "Jaar in jaar uit naar Italië, met die honderdduizenden ijssalons, dan krijg je vanzelf inspiratie." Stefano verkoopt ijsjes op feesten en partijen en levert ijs aan restaurants. Deze morgen maakt de machine sorbetijs.

"Goed", antwoordt Zuliani op de vraag hoe het nu gaat met het bedrijf. Maar de laatste jaren? Zuliani trekt een moeilijk gezicht. "Moeilijk, heel moeilijk. Geld voor kunst was er niet." Maar met de nieuwe grote opdrachten, zoals het beeld bij de Zwolse rechtbank en het plafond van de Amsterdamse Beurspassage, heeft het familiebedrijf de zware jaren achter zich gelaten, en gloort er weer toekomst.

Hoewel? Zuliani heeft kleine zelfstandigen aan het werk, maar het blijft wel een famliebedrijf. Van de jongste generatie koos Stefano voor het ijs en hij heeft er een hard hoofd in of er opvolgers klaarstaan voor zijn vader, die ook al 61 is. Zijn zus helpt mee in de zaak, maar of ze die ook wil overnemen? Zijn opa hoort het aan. "Ze zijn jong, dat kan nog veranderen. Het is een mooi beroep."