Dossier Sanderink: drie nederlagen in rechtszaken, in paar uur tijd

Het Gerechtshof in Arnhem deed dinsdag vier uitspraken in hoger beroepzaken tussen Sanderink en Van Egten. De meest opmerkelijke: Sanderink moet zijn beschuldigingen aan haar adres publiekelijk rectificeren, met onder meer de tekst 'Er bestaat geen bewijs voor mijn beschuldigingen', schrijft Tubantia.

Vrijheid van meningsuiting’

En dat is nou precies waar al twee jaar lang bijna alle procedures om draaien. Volgens Sanderink heeft zijn ex gefraudeerd bij zijn zonnepanelenbedrijf DSS in Goor. Daarnaast was het volgens hem háár schuld dat de Fiod een inval deed bij zijn bedrijf Strukton, in februari 2019. Hij heeft die beschuldigingen verspreid via mails, interviews en gesprekken, ook nadat het hem al door verschillende rechters was verboden. Want volgens Sanderink ging het hier om zijn eigen mening en had hij vrijheid van meningsuiting.

Goede naam kapot

Maar dat ziet het Hof heel anders. Sanderink presenteerde zijn beschuldigingen als vaststaande feiten, terwijl hij daarvoor geen enkel bewijs had. De gevolgen voor Van Egten waren zeer ernstig, constateert het Hof: ze raakte door de beschuldigingen haar baan kwijt, er ontstond een juridische oorlog met veel media-aandacht, en haar goede naam en reputatie werden onterecht door het slijk gehaald.

Geen zelfverzonnen teksten

Sanderink moet daarom publiekelijk door het stof. Op de websites van zijn bedrijven Centric en Strukton moet hij binnen twee weken, goed zichtbaar op de home-pagina, zijn beschuldigingen rectificeren. De tekst moet minimaal dertig dagen blijven staan en niet wegklikbaar zijn. En Sanderink mag er geen zelfverzonnen teksten aan toevoegen, zoals hij probeerde bij een eerdere verplichte rectificatie. Verder mag de Twentse multimiljonair de beschuldigingen niet meer herhalen, tegenover niemand, op geen enkele manier.

Maximaal 5 miljoen

Om dat af te dwingen kwam het Hof opmerkelijk genoeg met een torenhoge dwangsom. Terwijl de rechters vorige jaar nog verzuchtten dat hogere dwangsommen geen zin zouden hebben omdat Sanderink „zich toch nergens aan hield” staat er nu een stevige stok achter de deur: 100.000 euro per overtreding met een maximum van vijf miljoen.

Bakzeil

Sanderink haalde ook bakzeil in een tweede procedure. Die ging over de verklaring die hij liet publiceren op de website van maandblad Quote, nadat de rechter hem had verboden zijn ex nog langer te beschuldigen van de Fiod-inval. Sanderink had volgens de rechter niet voldoende gedaan om die verklaring weer te laten verwijderen door Quote en dat kostte hem 2 ton aan dwangsommen. Daartegen ging hij in beroep, maar het Hof oordeelt dat de rechter in Almelo gelijk had.

Op één punt kreeg de Twentse zakenman wel gelijk: nadat hij uiteindelijk de bevestiging kreeg van de hoofdredacteur van Quote dat de verklaring zou worden verwijderd, bleef deze toch nog vijf dagen staan. Dat kostte hem nog eens 50.000 euro aan dwangsommen maar het Hof is van mening dat Sanderink daar niks aan kon doen. Die betaling wordt dus teruggedraaid.

Meer ontslagvergoeding

De vierde hoger beroepzaak tenslotte ging over het ontslag van Brigitte van Egten als directeur van Sanderinks zonnepanelenbedrijf DSS in Goor. Het Hof oordeelde dat Sanderinks bedrijf Centric haar een hogere ontslagvergoeding moet betalen, namelijk 100.000 euro in plaats van de 48.000 euro die de kantonrechter in Almelo eerder oplegde. Het nieuwe bedrag komt niet in de buurt van de 1,3 miljoen die Van Egten eiste. Maar volgens het Hof hadden zowel Sanderinks Centric als Van Egten zelf verwijtbaar gehandeld rondom het ontslag.