Nieuws Actueel

Koffie als Haagse traditie

Laura Kroet | Foto's: Frank Jansen 27 januari 2016

Koffietent De Prinsevink Den Haag

Het vreugdevuur op het Scheveningse strand en de duivensport. Beide typisch Haags en benoemd tot immaterieel cultureel erfgoed. Er wordt bekeken of ook de koffietenten daarvoor in aanmerking komen, meldt het AD. 'Het is echt een Haagse traditie. Wat je ziet in de shows van Harrie Jekkers, maak je daar live mee.'

Het is tegen half negen 's ochtends bij koffietent De Prinsevink. De koffie staat klaar en eigenaar Frank van der Valk bakt een eitje en belegt broodjes. De krant ligt op tafel en een aantal vaste klanten komt een voor een binnenlopen. De koffie wordt ingeschonken en het laatste nieuws wordt doorgenomen. Op het menu staat het traditionele broodje bal en de gevulde koek, maar ook speltbrood en uitsmijters. Klanten die willen, kunnen er ook nog steeds hun eigen brood opeten.

MannenbolwerkAl 35 jaar runt Van der Valk de koffietent aan de Kerkhoflaan, destijds gevonden via een advertentie in de Haagsche Courant. De zaak is met de tijd groter geworden en de apparatuur professioneler, maar de sfeer is nog dezelfde. "Iedereen die hier komt kent elkaar. Een groot deel van de klanten zie ik hier elke dag. Bouwvakkers, aannemers en taxichauffeurs bijvoorbeeld, maar ook een aantal gepensioneerden."

Lange tijd waren koffietenten vooral mannenbolwerken. De Prinsevink trekt inmiddels een gemêleerd publiek, van bouwpersoneel en de architecten die verderop werken tot wandelaars en mensen die de hond uitlaten. "We hebben heel vroeger wel eens gehad dat een vrouw vroeg of ze hier ook naar binnen mocht. Nu zijn de rollen bijna omgedraaid als er een wandelclub langskomt."

HumorTypisch Haags zijn deze koffietenten. Volgens CDA-raadslid Michel Rogier is het belangrijk om de traditie te behouden. Als het aan hem ligt, worden ze benoemd tot cultureel erfgoed. Hij is zelf regelmatig in een Haagse koffietent te vinden 'voor een bakkie en een broodje'. "Het is echt een Haags fenomeen. Wat je ziet in de shows van Harrie Jekkers, maak je daar live mee. De humor, de Haagse nuchterheid en de meningen, een goede graadmeter voor wat er leeft in de stad."

Ze zijn van grote cultureel-historische waarde, vindt Rogier. "Natuurlijk moeten ze aan eisen voldoen, maar ik vind dat de tenten in de huidige vorm bewaard moeten blijven." Hij heeft de toezegging gekregen dat de gemeente naar de mogelijkheden kijkt om deze tenten te beschermen. "Koffietenten als cultureel erfgoed? Wij zijn zelf haast cultureel erfgoed", reageren de vaste klanten van De Prinsevink op het voorstel.

LaagdrempeligHet is best zonde als de typisch Haagse traditie verdwijnt, maar wat doe je eraan als er over een tijdje geen belangstelling meer voor is? Dat heeft eigenaar Frank van der Valk zich ook wel eens afgevraagd. Maar hij ziet in de afgelopen jaren dat de klanten blijven komen, ook jongeren. "Er is altijd weer genoeg interesse voor, ook onder jonge mensen. Zij komen mee met oudere collega's of hun vader."

Een belangrijke reden is volgens hem het sociale aspect. "Het is laagdrempelig: mensen vieren hier hun verjaardag en de werkenden helpen elkaar aan klussen. Hoe oud je ook bent, je hoort er nog steeds bij. De koffietent heeft een belangrijke functie voor alleenstaande ouderen. Dit is toch beter dan dat mensen in een wijkcentrum zitten."

Met de tijd meeDat beeld herkent Carry Kerkhof ook. Samen met haar man kocht ze zes jaar geleden 'De Oude Tol', een koffietent tegenover het Vredespaleis die van kiosk is uitgegroeid tot lunchroom. "Het heeft nog steeds de gezelligheid en de sociale functie van vroeger, iets wat typerend is voor een Haagse koffietent. Het is een huiskamer voor de vaste klanten."

Kerkhof let op de oudere gasten die hier dagelijks langskomen. Ze helpt ze met de post die ze niet begrijpen en zoekt uit of alles goed gaat als iemand een paar dagen niet geweest is. De koffietent als cultureel erfgoed, dat vindt de eigenaresse een leuk idee. "Maar je moet wel met je tijd meegaan. Dingen veranderen, bouwvakkers halen ergens anders hun koffie. We hebben hier nu veel toeristen, mensen uit Brazilië, Frankrijk, overal vandaan."

SnackbarOok Frans de Leef ziet de verandering bij de Haagse koffietenten. "Er zijn er al veel verdwenen of verder gegaan als restaurant of snackbar." Samen met zijn broer Jan bracht hij de tenten een aantal jaar terug in kaart in het boek 'Morgen gratis koffie'. "Het is echt iets Haags. Na de Tweede Wereldoorlog moest van alles gebeuren aan de huizen van de vele ambtenaren in de stad. Die bouwvakkers kregen vaak niets te drinken of te eten." Ze zochten het dus ergens anders, net als de wegwerkers en deurverkopers.

De koffietent als historisch erfgoed is volgens De Leef een hang naar nostalgie. "Leuk bedacht, maar tijden veranderen. Een stad is organisch. De kruidenier is ook weg uit het straatbeeld, die hebben we ook niet beschermd. Den Haag is geen openluchtmuseum. Ik heb de hele stad zien veranderen. Als er behoefte is bij de mensen, dan blijven ze wel komen en anders houdt het op."