Nieuws Actueel

'New York inspireert me'

Marjolijn de Cocq | Foto: Harmen de Jong 5 januari 2016

Francine houben mercanoo delft architect new york

Architect Francine Houben kreeg eind november de Prins Bernhard Cultuurfonds Prijs. Haar Delftse bureau Mecanoo bouwt wereldwijd prestigieuze projecten. "De bibliotheek van New York. Ja, dat is echt de world league - maar daar wáren we al", zegt ze tegen het AD.

Sittard"Dat staat in mijn paspoort. Ik associeer het met carnaval. Het leuke is dat we er het nieuwe adviescentrum hebben gebouwd van de Rabobank Westelijke Mijnstreek. Ik heb heel veel thuizen gehad, op heel veel plekken in Nederland. Mijn vader werkte voor de staatsmijnen en zat later in de directie van de Gasunie. We gingen van Limburg naar Den Haag naar Groningen, waar het hoofdkantoor kwam. Dat was als de Noordpool; in 1967 was er niet eens een snelweg naar Groningen. Dat ik tot mijn achtste in Limburg heb gewoond, heeft wel mijn zintuigen gevormd. Door de invloed van het landschap, de glooiende heuvels, solitaire bomen, de speciale daken, ben ik erg materialig. Mergel, hardsteen, hout, je ziet het in mijn werk terug."

Het Japanse huis"Mijn eigen huis, dat we in 1991 hebben gebouwd in Rotterdam. Ik heb er een verhaal over geschreven: Twaalf huizen en een hotel. Alle ervaringen van de plekken waar ik heb gewoond en vele reizen komen er samen. Mensen noemen het 'het Japanse huis' omdat er bamboeschermen zijn die op en neer kunnen. En er is een Japanse tuin. Daar zie je ook dat materialige terug: grote keien, kleine keien, bamboe, zink, een grote betonnen plaat."

TU Delft"Ik ben de vierde van vijf kinderen en nummer drie was bouwkunde gaan studeren. Hij nam me mee naar Delft. Ik kwam de maquettehal van de TU binnen en ik wist: dit is het. Mensen vragen me altijd of ik als kind al architect wilde worden. Maar ik was een vrolijk meisje van achttien en ik was helemaal niet bezig met wat ik later zou worden."

"Ik heb heel goede herinneringen aan de TU, niet alleen omdat bouwkunde er zat, maar ook andere technische disciplines: ruimtevaart, elektrotechniek, grafische vormgeving. Het was een enorme bron van inspiratie. En later heb ik er de bibliotheek en de campus ontworpen."

Kruisplein"Ons allereerste project in 1980 - we waren nog studenten. Er was een prijsvraag uitgeschreven voor jongerenhuisvesting in Rotterdam, het ontwerpen van een nieuwe woonvorm naast de volkshuisvesting en gezinswoningen. Het was de start van wat later Mecanoo is geworden. We moesten anoniem inzenden en noemden ons Ozoo, naar de diergaarde die vroeger op die plek was. Het was 'Ozoe' maar we werden door iedereen Ozóo genoemd. We wonnen en ik ging elke dag kijken toen het werd gebouwd. Ik kon het gewoon niet geloven. Ze bouwen het!"

"Na mijn afstuderen in 1984 hebben we Mecanoo opgericht. Ik werkte met Henk Döll en Roelf Steenhuis, Erick van Egeraat en Chris de Weijer kwamen erbij. Houben-Döll-Steenhuis-Van Egeraat-De Weijer, dat vonden we niets. Zo kwamen we op Mecanoo, een mix van het speelgoed Meccano, het tijdschrift Mécano van Theo van Doesburg en die dubbele oo van Ozoo."

"Ik ben nu al zo lang de enige van de oprichters die hier nog werkt. Ze weten hier niet beter. We kwamen als studenten en vrienden bij elkaar, ik was de oudste: 25. En dan groei je uit elkaar en is het bijna een verlossing dat je uit elkaar mag gaan. Iedereen kon zijn eigen ding gaan doen en is succesvol voor zichzelf bezig."

Intuïtie"Voor mij belangrijk. Het is een van mijn tien statements. Ik kwam van de TU en daar mocht je eigenlijk niet over intuïtie praten. Alles moest logisch en rationeel zijn. Maar intuïtie is niet iets wat uit de lucht komt vallen. Het is gebaseerd op je leven en experience. Je kunt er pas wat mee doen als je ervaring hebt. Analyse en intuïtie horen voor mij bij elkaar - en ik laat het ook toe. Ik wil soms gewoon iets omdat ik denk dat het goed is. Maar ik merk dat dat onder mijn collega's nog niet geaccepteerd is."

Blauw"Houben-blauw, Mecanoo-blauw. Voor mij zijn sommige kleuren ook een materiaal. Ik ging samenwerken met het toneel, een kerk verbouwen tot het Trusttheater, nu het Compagnietheater. Avant-garde. Maar avant-garde betekent gewoon: geen geld. De materialen die ik wilde, konden niet. Toen bedacht ik dat ik met kleur en licht ook veel effect kon bereiken. Bij de Trust heb ik toen rood en goud gebruikt, oude tl-lampen hergebruikt. Het blauw kwam voor het eerst bij de bibliotheek in Delft. Maar het grappige is dat ik op een foto op het Kruisplein een sjaaltje draag van precies die kleur blauw."

Bibliotheek"Het meest publieke gebouw in een stad. Ik zeg altijd: bibliotheken zijn de kathedralen van deze tijd; een plaats van samenkomst, een agora. Waar ik tegenaan loop - een raar fenomeen - is dat de bestuurlijke elite zo'n ouderwets beeld heeft van bibliotheken. Ze zijn er in hun jeugd voor het laatst geweest, komen er niet meer. En ze zien niet in dat de bibliotheken van nu een heel andere vorm van dienstverlening zijn, waarin je permanent moet investeren als onderdeel van de kennisontwikkeling van de bevolking. Er wordt op bibliotheken bezuinigd, terwijl bibliotheken juist moeten vernieuwen."

Foto credit: Wally Gobetz, Flickr

New York"We doen al lang prestigieuze gebouwen; de bibliotheek van Birmingham, het belangrijkste kunstencentrum van Taiwan. Grappig dat iedereen in Nederland het nu zo stoer vindt dat we de bibliotheek van New York mogen renoveren.

Ja, dat is echt de world league - maar daar wáren we al. Met die verantwoordelijkheid omgaan ben ik gewend. Het inspireert me wel enorm. Ik kom al sinds 1967 in New York en al vanaf dat de kinderen klein waren, was het mijn plan er ooit een jaar te wonen. Nu heb ik in elk geval besloten er veel te zijn, in- en uitvliegend. Ik heb een appartement bij de Brooklyn Bridge, op de 45ste verdieping met uitzicht op Brooklyn en Manhattan, in het deel van de stad dat ooit New Amsterdam was. Een bibliotheek is bij uitstek het symbool voor vrij mogen denken. In New York. En dan New Amsterdam. In mijn leven klopt het."

Campus"Ons kantoor in Nederland. We zijn begonnen in de slaapkamer van mijn studentenhuis, daarna kwamen we hier aan de Oude Delft. Dicht bij de TU, en nu hebben we ook het station van Delft gedaan. Onze plek hier noem ik de campus. We werken hier met 150 man en hebben meer panden in gebruik genomen, rondom de tuin. En we zijn ook een soort universiteit. Allemaal jonge mensen uit verschillende landen met verschillende disciplines. Ik ben voor hen een leermeester. Campus. Dat woord dekt de lading fysiek én spiritueel."

Kapel"Een van mijn meest dierbare gebouwen, het allerkleinste en ik denk ook het meest intuïtieve. Vijftien jaar geleden belde een Rotterdamse priester me of ik geïnteresseerd was een kapel te bouwen op een begraafplaats. Ik ging toen net met een vriend die historicus is naar Venetië. Samen zijn we daar alle kapellen afgegaan. De laatste avond vroeg hij: 'En? Hoe gaat jouw kapel er uitzien?' Toen omschreef ik die - en zo is de kapel ook geworden. Ik vond het raar dat kapellen maar één deur hebben; dat je met de kist diezelfde deur weer uitgaat. In mijn kapel is een tweede deur die je na de ceremonie opendoet, op weg naar het gat in de grond."

"De kapel staat vlak bij mijn huis, op de fundering van een eerdere kapel. Vorig jaar hebben wij mijn vader er begraven, dus nu heb ik zelf de ceremonie meegemaakt. Dat is toch wel een van de meest bijzondere momenten in het leven."