Nieuws Actueel
Politiek vergeet robot in verkiezingsprogramma's
Politieke partijen anticiperen in hun verkiezingsprogramma's nauwelijks op de potentieel ingrijpende gevolgen voor de arbeidsmarkt van robotisering en technologie, schrijft het AD. Maar volgens arbeidseconoom Ronald Dekker is dat helemaal niet erg.

Voor een partij waarvan de lijsttrekker al twee jaar veelvuldig waarschuwt voor de gevaren van robots, is er in het verkiezingsprogram van de PvdA verrassend weinig te vinden over robotisering. Het woord valt twee keer. Terwijl machines de komende decennia tot 40 procent van de banen kunnen overnemen, menen experts.
Niet dat andere partijen robotisering vaker aansnijden. VVD, CDA, GroenLinks, CU, SP en D66 noemen het elk slechts één keer. Blockchain? Alleen D66 heeft het erover, terwijl deze technologie de potentie heeft talloze banen overbodig te maken. Of fintech: in een tijd dat banken en verzekeraars werknemers bij bosjes ontslaan, besteden enkel D66 en VVD er aandacht aan.
Concrete maatregelen om de arbeidsmarkt te stimuleren worden al helemaal nauwelijks voorgesteld, met als gevolg dat de CPB-doorrekeningen van de afgelopen week als vanouds over lastenverlichting en koopkrachtplaatjes gingen.
Open brief
De afwezigheid van technologie zorgde wel voor kritiek. Zo trokken onder meer werkgeversclubs VNO-NCW, MKB-Nederland en Nederland ICT aan de bel bij RTL. Een groep van twintig vooraanstaande wetenschappers schreef bovendien een open brief aan de politiek, waarin ze waarschuwen voor het gebrek aan actie.
,,De oorspronkelijke betekenis van robot is 'slaaf'. Laten wij zorgen dat we de robot welkom heten maar ook de baas blijven", schrijven onder meer Ton Wilthagen (hoogleraar arbeidsmarkt), Martijn Wisse (hoogleraar Robotics Institute TU Delft) en Janneke Plantenga (hoogleraar economie van de verzorgingsstaat aan de Universiteit Utrecht). ,,Politieke visie is dringend nodig om robotisering in goede banen te leiden."
De Tilburgse arbeidseconoom Ronald Dekker tekende de brief niet. ,,Robotisering is niets meer dan het voortgaande proces van verandering van de kapitaalgoederenvoorraad", stelt hij. ,,Technologie beïnvloedt al tweehonderd jaar de arbeidsmarkt, zonder dat er ooit zeer specifiek overheidsbeleid op is gemaakt. Die arbeidsmarkt wist zich altijd prima aan te passen."
Dat politieke partijen automatisering en technologie niet of nauwelijks apart meenemen, zegt Dekker weinig. ,,Die passen prima onder de paragraaf 'onderwijs' of 'arbeidsmarkt'."
Dekker ziet op korte termijn geen grote risico's voor de economie. ,,We kennen een hoge arbeidsdeelname, een lage, dalende werkloosheid en een hoge productiviteit. De economische vooruitzichten blijven voorlopig ook goed."
Andere problemen
Wel is de arbeidseconoom teleurgesteld dat politieke partijen de resterende problemen op de arbeidsmarkt nauwelijks aanpakken. De falende participatiewet ('bedrijven zitten niet te wachten op speciale groepen werknemers die ondersteuning nodig hebben'), werkloze ouderen die niet meer aan de slag komen en de groeiende kloof tussen vaste en flexibele werknemers.
,,Dat laatste is een economisch probleem aan het worden. Flexibele krachten krijgen geen scholing van hun werkgever en zijn als consument steeds voorzichtiger. Dat heeft gevolgen voor de consumptie."
Toch is Dekker ook hier niet somber. Maatregelen in de verkiezingsprogramma's zijn vormgegeven om te scoren in de plaatjes van het Centraal Planbureau, legt hij uit. ,,Ze zijn bedoeld om partijen zich te laten onderscheiden. Bij de formatie worden de programma's minder belangrijk en voeren ambtelijke studies over mogelijke maatregelen de boventoon."
Dat geldt nog meer nu veel partijen bijna even groot zijn. ,,Geen partij kan zijn zin doordrijven na de verkiezingen. Daardoor komt het uiteindelijke beleid nog dichter bij de langlopende ambtelijke lijntjes en voorstellen te liggen. En dat is helemaal niet verkeerd."
Laten wij zorgen dat we de robot welkom heten maar ook de baas blijven