Nieuws Actueel
Prins Constantijn jaagt vanuit versleten kantoor startups aan
Waar zijn oudste broer heel Nederland vertegenwoordigt, maakt start-up-ambassadeur prins Constantijn (48) zich sterk voor beginnende techbedrijfjes. ,,We zijn te tevreden in Nederland. Wie in Silicon Valley mislukt, valt dieper en trekt er veel harder aan", zegt hij in het AD.
Het is een weinig koninklijke omgeving waar prins Constantijn met zijn organisatie StartupDelta kwartier houdt. In een versleten kantorencomplex bij Amsterdam Slotervaart probeert hij sinds een kleine twee jaar Nederland als start-upland op de wereldkaart te zetten. ,,Welcome to this old dump'', grapt de prins richting een buitenlandse gast. Het pand mag versleten zijn, de atmosfeer is dankzij de tientallen aanwezige start-ups inspirerend en informeel. In dezelfde sfeer werkt Constantijn. Zijn medewerkers tutoyeren hem: wil je koffie, Constantijn? ,,Dubbel zwart met suiker graag.”
Grootste techbeurs
Als ‘start-up envoy’ volgde hij medio 2016 Neelie Kroes op, voor wie hij als kabinetschef diende toen zij eurocommissaris voor de Digitale Agenda was. Inmiddels zit de prins in zijn tweede termijn. Als start-up-ambassadeur stampte hij onder andere een Nederlands paviljoen uit de grond op de Consumer Electronics Show (CES), ’s werelds grootste techbeurs in Las Vegas. Komende maand zal de Hollandse aanwezigheid met ruim vijftig start-ups nóg groter zijn.
Lees ook: Kees Koolen (Booking.com): investeerder met 566 miljoen in zijn zak
U woonde van 2004 tot 2015 in Brussel. Welk start-upklimaat trof u aan?
Door mijn werk voor Neelie startte ik niet op nul. Vijf jaar geleden zagen beleidsmakers internet en technologie slechts als deel van de economie. Nu hoef ik nergens meer uit te leggen dat start-ups rechtstreeks aan ons toekomstige economische succes te linken zijn. Ook is er meer kapitaal beschikbaar.
Nederland en Amsterdam prijken al meerdere jaren hoog in start-upranglijsten. Hoe nodig is een speciale ambassadeur?
Onze positie is niet vanzelfsprekend. Overal in de wereld komen nieuwe hotspots op. Seattle, Singapore, Shanghai en dichterbij Stockholm en Tel Aviv. Er valt bovendien nog veel te verbeteren.
Zoals?
Ik mis een gemeenschappelijke ambitie als Nederland. Het start-upbeleid is versnipperd en vaak regionaal of per sector vormgegeven. Universiteiten kunnen hun kennis beter te gelde maken door een omgeving te stimuleren waarin innovaties via bedrijfjes naar de markt worden gebracht.
Het gebrek aan kapitaal blijft het probleem. 3D-printbedrijf Shapeways vertrok naar de VS omdat het investeringsklimaat beter is.
Financiering kost te veel tijd en moeite. Toch bestaan er nu allerlei regelingen. Afgelopen september heeft het kabinet mede met Europees geld een 250 miljoen euro groot fonds voor start-ups en scale-ups - bedrijfjes die de fase van snelle groei bereiken - gelanceerd.
Start-ups blijven dan langer?
Dat hoop ik. Zeker als we Nederland beter verbinden met andere Europese techhubs, zoals Scandinavië, Londen, Berlijn. Daar zit veel kapitaal.
Kan het kabinet met wetgeving helpen?
Het aantrekken van talent kan beter: de start-upvisumregeling loopt goed, alleen mag je enkel de oprichter hierheen halen. Veel founders nemen graag hun team mee. De kennismigrantenregeling moet meer op start-ups worden toegesneden. Dat kan door de salarisgrens te verlagen. Verder is het fiscaal lastig om werknemers van start-ups in aandelen uit te betalen.
Even later hamert de prins op het belang van technologie in het onderwijs. ,,Ik merk dat er sinds de dertig jaar dat ik op school zat zo weinig veranderd is. Het natuurkundeboek van mijn zoon [Claus Casimir, DB] dateert van eind vorige eeuw, de gulden staat er nog in.'' Onderwijs in digitale vaardigheden krijgen zijn zoon en twee dochters niet.
Hij vervolgt met een gepassioneerd betoog over het geschiedenisonderwijs. ,,Hoe geschiedenis nu wordt gedoceerd… Ik mis de link met vandaag. De Franse revolutie is relevant omdat je nú de gevolgen nog ziet. Probeer kinderen zó te boeien.''
Terug naar de tech. De vraag is waarom zo weinig Nederlandse start-ups groot groeien. Natuurlijk zijn er successen: neem betaalspecialist Adyen en maaltijdbezorger Takeaway.com, Nederlands enige ‘eenhoorns’: start-ups die meer dan een miljard euro waard worden. Of online hotelintermediair Booking.com, veilinghuis Catawiki. ,,Het manco is ons lage ambitieniveau'', zegt de prins. ,,Ik sprak laatst Sytse Sijbrandij, hij richtte softwarebedrijf Gitlab op en verhuisde naar San Francisco. Door mijn Nederlandse bescheidenheid snijd ik me telkens in mijn vingers, zegt hij. Dat vat het goed samen.''
Waar komt die Jan Saliegeest vandaan?
Omdat we alles zo goed voor elkaar hebben. In hotspots als Silicon Valley, Shanghai, in Israël voel ik meer urgentie, drive. Als je in Silicon Valley mislukt, word je niet opgevangen. Dan trek je er harder aan. Ons kleine succes is een barrière voor groter succes.
Is dat geen Europees probleem? Alle grote techbedrijven komen uit de VS.
Die paar techgiganten zijn anomalieën uit de dotcom-bubbel. In de jaren ’90 was Europa groot in mobiele tech, waarom zou dat niet weer kunnen?
Omdat Apple, Google, Amazon elke concurrent opkopen bijvoorbeeld?
In Israël lukt het ook nieuwe bedrijven langer te houden. Neem Mobileye, dat sensoren voor zelfrijdende auto’s ontwikkelt, en voor 15 miljard dollar door Intel werd gekocht. Waze ging naar Google voor ruim een miljard.
Wordt de magie van Silicon Valley niet overdreven?
(lacht) Qua infrastructuur lijkt het soms net een failliete bedoening daar. Dan is het hier veel beter geregeld.
We komen op de kritiek op StartupDelta. In Voorbij de startup mania schrijven innovatie-experts Jan-Willem van Beek en Rutger Huizinga dat het economische belang van start-ups wordt overschat. Slechts 5 tot 10 procent haalt de drie jaar. Prins Constantijn wijst echter op Rotterdams onderzoek waaruit blijkt dat het aantal scale-ups - start-ups die de fase van snelle groei bereiken - vorig jaar fors toenam. En bereikten in 2014 nog slechts 98 Nederlandse start-ups de scale-upstatus, vorig jaar waren dat er al 331.
Op honderdduizenden bedrijfjes is dat minimaal.
Als je het gehele MKB neemt, zit de economische groei in de 10 procent aan innovatieve bedrijven. Zij maken het verschil. Dat zijn de start- en scale-ups.
U krijgt slechts ruim 7 ton subsidie per jaar. Is uw werk meetbaar?
We proberen alles te meten: de start-upvisa voor internationale ondernemers zijn een succes. Daar waren eerst maar vijftig, nu duizend. Via ons evenement CapitalFest haalden we 175 buitenlandse investeerders naar Nederland. Onze aanjaagfunctie werkt.
Toch zei u dit najaar zich de kritiek op StartupDelta aan te trekken.
We willen meer zelf doen. Nu werken we samen met anderen, omdat het resultaat dan duurzamer is. Nadeel is dat zij dan probleemeigenaar zijn en het succes ons minder toe te rekenen valt.
Eerste wapenfeit van 2018 wordt het Nederlandse paviljoen op techbeurs CES komende maand.
Er gaan er 53 start-ups mee, dertig meer dan vorig jaar. We zijn straks één van de grootste landenpaviljoens op de CES.
U haalde eind oktober ook CES Unveiled hierheen. Behalve in Parijs, New York en Shanghai is in Amsterdam een voorproefje van de nieuwe beurs te zien.
Ik heb dat idee gepitcht bij CES-baas Gary Shapiro, want Parijs is te Frans. Wij mikken op Noord-Europa. Shapiro ging akkoord, mede doordat wij ons als Nederland manifesteren op de CES. De show was een succes: 47 beginnende bedrijfjes toonden hun innovaties aan een internationaal publiek van 800 investeerders, media, universiteiten en ondernemers. Volgend jaar hopen we dat weer te doen.
Waarom moet Nederland op de CES staan?
Twee jaar geleden waren er slechts twee Nederlandse bedrijven op de CES, terwijl dat de grootste beurs ter wereld is. Ik vind dat we als BV Nederland daar moeten zijn. Ondernemers kunnen er ideeën pitchen en contacten leggen.
Hoe bevalt het wonen en leven in Nederland?
Super! Ik woon met mijn gezin in Den Haag en eerlijk gezegd was ik vroeger geen fan. Maar ik ben van mening veranderd: de stad is internationaler en telt meer leuke restaurants. Den Haag is groen, kindvriendelijk en is zeer gevarieerd. Laurentien en ik hebben het enorm naar ons zin.
Ons kleine succes is een barrière voor groter succes