Nieuws Actueel
Techbedrijf valt op in de VS dankzij 'digitale dolfijn' die IT-landschap ordent
Het Utrechtse ValueBlue weet zijn omzet en klantenbestand jaarlijks te verdubbelen. Inmiddels bedient het IT-bedrijf met zijn product BlueDolphin ook de Amerikaanse markt en helpt daar bedrijven meer overzicht te krijgen bij het gebruik van digitale applicaties. Jelle Visser van ValueBlue hoopt eind dit jaar een vestiging te openen in de Verenigde Staten. Hoe verklaart hij de groei?

“Was het een beetje te volgen?”, vraagt Jelle Visser, Marketing en Business Development Manager bij ValueBlue, na afloop van het interview. Visser streeft toegankelijkheid na. Die is niet alleen van belang voor een gesprek over IT, maar ook voor de producten van ValueBlue, vindt hij: “Waarom zijn de iPhone en Netflix zo succesvol? Vanwege de eenvoud, het gebruikersgemak. Dat gemak streven we ook na met BlueDolphin, een softwaresysteem dat bedrijven inzicht geeft in hun digitale landschap, een terrein dat bestaat uit processen en applicaties.”
Hulpmiddel tegen de wildgroei aan applicaties
Met de lancering van dat systeem in 2014 verlegde de onderneming de focus van dienstverlening naar productverkoop. Dat maakt een flinke groei mogelijk zonder omvangrijke personeelsuitbreiding, wat niet wegneemt dat er geregeld nieuw talent aan boord stapt. Van het algemene tekort aan IT-personeel in de sector merkt Visser niet veel. Dat het soms knap lastig is om nieuwe werknemers te vinden, ligt aan zijn eisen. Medewerkers moeten in zijn visie niet alleen gefocust zijn op het vak, maar ook – in lijn met de bovengenoemde toegankelijkheid - de vertaalslag van de materie naar de klant kunnen maken.
Met BlueDolphin geeft het techbedrijf antwoord op een probleem dat in de afgelopen twintig jaar is ontstaan, voornamelijk bij grote organisaties, zegt Visser. Zij zijn, zoals alle bedrijven, hun organisatieprocessen gaan digitaliseren. Denk bijvoorbeeld aan mailen in plaats van brieven posten. Dat is efficiënter, maar maakt tegelijkertijd afhankelijk van technologie. Die is bij organisaties in handen van infrastructuur-, applicatie- en procesbeheerders. Aanvankelijk hadden zij nog overzicht. Sluipenderwijs is er echter een wildgroei aan applicaties ontstaan.
Lees ook: IT-bedrijf Atlassian neemt 50 procent meer vrouwen aan na genderneutrale vacatures
“Vergelijk dit met de overstap van een mobieltje naar een smartphone. Heb jij nog zicht op al je apps en mails? Een bedrijf met zo’n vierhonderd applicaties verliest ook het overzicht.” Vóór de digitalisering werd het totaalplaatje bewaakt door een enterprise architect, maar zijn handwerk is “te statisch” om de digitale ontwikkeling te “vangen”. Daarnaast is zijn taalgebruik moeilijk toegankelijk voor anderen, wat kennisdeling binnen de organisatie belemmert.
Internationale markt
Doordat niemand zicht had op het totale digitale landschap van een organisatie, kwamen de consultants van ValueBlue niet toe aan hun eigenlijke taak: adviseren over procesverbetering. Ze waren immers bezig met het in kaart brengen van het digitale landschap van de klant, een tijdrovende klus die dikwijls maanden duurde. Hier ontsproot het idee voor een nieuw product: BlueDolphin. Niet enkel bedoeld voor de Nederlandse markt, maar ook voor onder andere Duitsland, België en nu de Verenigde Staten.
De merknaam is niet zonder reden ontleend aan het boek Blue Ocean Strategy, waarin een blauwe oceaan symbool staat voor een nieuwe markt. In aanvulling hierop verwijst de dolfijn uit de naam naar het sociale aspect van het product, legt Visser uit: “Als je me vraagt naar de onderscheidende kracht, dan is dit een belangrijk aspect: het zicht op de gedigitaliseerde bedrijfsprocessen is met ons product niet meer voorbehouden aan specialisten. Medewerkers brengen het overzicht van applicaties nu gezamenlijk in de cloud tot stand.” De traditionele enterprise architect brengt via “lijntjes en blokjes” het proces in kaart, BlueDolphin gebruikt daarentegen eenvoudige visualisaties.
Lees ook: Waarom WhatsApp-solliciteren een gouden greep is voor IT-bedrijf Neomax
Is het op orde brengen van die digitale structuur werkelijk zo belangrijk? Visser schiet een salvo argumenten af. “Het is de kick om erover na te denken hoe je met IT jouw bedrijf kunt verbeteren. Als je er zo mee omgaat, wordt het net zo leuk als het spelen van een computerspel. Natuurlijk, je kunt dankzij onze software kosten besparen als je weet welke applicaties overbodig zijn. Belangrijker is dat je als bedrijf erg snel kunt vernieuwen – je kunt de concurrentie voor zijn - als je zicht hebt op de samenhang tussen softwareprogramma’s. Stel, je wilt met je webshop je klant beter bedienen. Hoe ga je dat platform veranderen als je niet weet hoe je betalingssoftware daaraan gekoppeld is?”
Samenwerken met Microsoft
ValueBlue, opgericht door Wilko Visser (vader van, red.), bedient inmiddels meer dan honderd klanten. Onder hen bevinden zich gemeenten, ziekenhuizen, onderwijsinstellingen, financiële instellingen en bedrijven. Twee organisaties zijn gevestigd in de Verenigde Staten: Superior Tank en een filmdistributeur waarvan Visser de naam niet mag noemen. Is het niet ontzettend spannend om als mkb-bedrijf (35 medewerkers) zaken te doen met grote Amerikaanse bedrijven?
“Ja, de omgangsvormen zijn anders. Amerikanen hakken sneller knopen door en zijn hiërarchisch ingesteld. De sprong is overigens niet zo groot als je misschien zou denken. Het belangrijkste is dat je vertrouwen hebt in de waarde van je product. Die wordt bevestigd door positieve klantervaringen. Die zijn het belangrijkste voor het werven van nieuwe klanten via mond-tot-mondreclame. Wat verder scheelt is dat organisaties het probleem dat wij verhelpen onderkennen. De uitdaging is personen te vinden bij wie ons verhaal landt. In Nederland vertel je het aan een enterprise architect, maar in Amerika komt dat beroep minder vaak voor. We werken samen met partijen als Microsoft en bezoeken geregeld internationale conferenties. Dat helpt bij het leggen van nieuwe contacten. Het kan overigens eenvoudiger. Onze eerste klant in de VS wist ons te vinden via onze website, waarop hij een demo aanvroeg.”