Nieuws Actueel
'Niet dat ik zo geweldig ben, maar ik werk wel 80 uur per week'

IJzerwarenzaak Fa. Liefhebber in Amsterdam-Oost is de droom van elke doe-het-zelver, aldus het Parool. Eigenaar meneer Jansen (66) en vaste kracht Joop (61) verkopen elke moer, schroef en spijker die je maar kunt verzinnen. Gewoon per stuk, én voorzien van gratis advies.
"Iedereen in de winkel wordt met meneer, mevrouw en u aangesproken, en dat is altijd goed gegaan", zegt meneer Jansen, eigenaar van de Fa. Liefhebber. "Dus dat houden we zo. Hier geen ouwe-jongens-krentenbrood, ik heb tenslotte niet met mijn klanten en met de vertegenwoordigers in de schoolbanken gezeten. Alleen mijn zoon mag in de winkel 'pap' tegen me zeggen."
Zodoende wil meneer Jansen niet met zijn voornaam in de krant, want voor je het weet zou hij in de winkel bij zijn voornaam kunnen worden genoemd. Een voorletter? Nou vooruit dan maar: "Ik heb er zelfs drie: I.F.M." Voor Jansens metgezel in de winkel geldt het omgekeerde: die heet Joop Udo en mag worden getutoyeerd.
WatertandenDe Fa. Liefhebber, 'IJzerwaren - Gereedschappen, Speciaalzaak in kwaliteit en service', zoals de opdruk van de papieren zakjes en plastic tasjes vermeldt, resideert in de Pretoriusstraat op nummer 84 en 86. De winkel heeft een assortiment dat doe-het-zelver, klusjesman en zelfs vakman doet watertanden. Meneer Jansen en Joop zijn gespecialiseerd op het museale af: wie komt om een houten plugje, een handboor, een houten rijschaaf, een setje draaibeitels van Nooitgedagt of een zachtboardsnijder, komt niet voor niets, en de laatste Stanley-pompschroevendraaier staat ook nog fier rechtop in een van de vitrinekasten.
Het zijn spullen uit het verleden en niet meer bij te bestellen - ze staan er evenzogoed glanzend bij, net als alle andere gereedschappen; alsof we in een vooraanstaand ijzerwarenmuseum zijn. Jansen: "Wij houden van strak en netjes. Ik zuig de winkel ook elke dag."
Geen stressMeneer Jansen bestiert zijn ijzerwarenimperium met een duidelijk doel: "Ik werk hier voor mijn plezier en ik doe niet aan stress of zorgen. Daarom doe ik alles in een vast ritme." We zullen niet zijn volledige dagindeling doorlopen, maar een greep: hij staat elke ochtend om zes uur op, ruimt de vaatwasser uit, perst een sinaasappeltje, kijkt op internet of er files staan, rijdt naar zijn werk, sluit de winkel om zes uur af, en kachelt naar huis. Na het eten zit hij nog een uurtje 'thuis op kantoor aan de administratie', kijkt even televisie, drinkt een glas wijn en gaat om elf uur naar bed.
Jansen is getrouwd met saxofonist Olga de Roos, die in 1987 de Nederlandse Muziekprijs won, en woont in Laren. Hij heeft twee winkels, voornoemde, en een in Abcoude, die hij met zoon Frank en een medewerker draaiende houdt.
VishengelsDe winkel in Oost, midden in de Afrikanerbuurt, nam Jansen met zijn broer in maart 1977 over; dus die drijft hij inmiddels een kleine veertig jaar. De winkel in Abcoude namen ze in 1986 over. Jansen is 66 en werkt vrolijk door, in elk geval tot zijn zoon op een dag klaar is met zijn studie commerciële economie en zich voltijds op de winkels zal storten. Jansens broer is om medische redenen inmiddels gestopt met werken.
"Mijn broer en ik zaten voor die tijd al in de ijzerwaren. Ik werkte bij het Bilts Warenhuis, die deden ook in tuinmeubelen, kampeerspullen en sportbenodigdheden. Het ergste daar waren de vishengels. Iemand heeft hier ook wel eens gevraagd of ik een klein assortiment hengelspullen kon nemen, maar als ik ergens een hekel aan heb, dan is het wel aan dat gezeur over loodjes, dobbers en molentjes. Dat ging dus niet door."
LijkenpikkerIn 1977 zochten de gebroeders Jansen actief naar een eigen ijzerwarenwinkel. Ze keken in de buurt van Haarlem, en zo ver als Nijmegen en Groenlo, tot ze in het vakblad Mix lazen dat de Fa. Liefhebber ter overname werd aangeboden. "We zijn heel snel ons spaargeld gaan tellen, want al na een kwartier kijken wisten we: die winkel willen we hebben. Onze ouders hebben borg gestaan."
In 1996 kregen de gebroeders Jansen het pand te koop aangeboden, net voor het naar de veiling zou worden gebracht. Sindsdien is Jansen ook huisbaas; boven de winkel bevinden zich appartementen. Alles zit strak in de lak; aan het verkopen van de boel heeft hij nog geen moment gedacht: "Iedereen die dit wil kopen is een lijkenpikker. En waarom zou ik verkopen? Niks ervan."
Geen goedkope rommelHet bedrijfsmodel van meneer Jansen is in drie woorden samen te vatten: geen goedkope rommel. Voor een Workmate van Black & Decker hoef je bij hem niet aan te komen, voor een meter klittenband of een losse spijker wel. Een ander adagium van Jansen luidt: ik concurreer niet. Daarmee verwijst hij naar de grote bouwmarkten, die bijvoorbeeld de standaardverven om de drie weken in de aanbieding doen, maar bij wie je tevergeefs aanklopt voor een enkele moer of anderhalve meter koperpijp - je moet er per tien of twintig stuks kopen, dan ben je al snel duurder uit, of je zit met spullen die tot in de eeuwigheid in de weg liggen.
De klussende mens komt uiteindelijk altijd bij de Fa. Liefhebber terecht, want alle maten schroeven en moeren, in staal, rvs of messing, met een bolle of platte kop, die hebben de Gamma's van deze wereld niet. Joop denkt dat een firma als de Fa. Liefhebber altijd zal kunnen blijven bestaan, want sommige artikelen die in de Pretoriusstraat worden verkocht, worden vrijwel louter in de Pretoriusstraat verkocht.
Gekke hobby'sIn 1977 waren er in de nabije omtrek van de Pretoriusstraat acht ijzerwarenwinkels, inmiddels resteert alleen de Fa. Liefhebber. De een na de ander ging over de kop of sloot anderszins: "Scheidingen, gekke hobby's, dure huizen, drank, gebrek aan interesse." Jansen: "Niet dat ik nou zo geweldig ben, maar ik werk tachtig uur in de week en dat is wel wat je voor een eigen zaak moet doen."
Naast het eindeloze assortiment is er het persoonlijke advies. Meneer Jansen: "Als een ouder iemand hier een dure accuboor wil kopen omdat hij die twee keer per jaar gaat gebruiken, zeg ik dat hij dat niet moet doen. Neem dan een kleine boormachine met netspanning." Bob, een voormalige werknemer die nog regelmatig wat in de winkel rondscharrelt, zegt: "Meneer Jansen is niet alleen de baas van de winkel, hij is ook de baas van de klanten."
SmogalarmVan alle klanten? Dat toch ook weer niet. Een zelfverklaarde 'doodvermoeide' vrouw - "ik ben echt helemaal op" - komt aanzetten met een bandschuurmachine waar ze een nieuwe schuurband niet opgezet krijgt. "Ik ben zo moe, ik zie het allemaal niet meer. We lopen nu al drie weken te klussen."
Joop legt de band er in een vloek en een zucht om, zij het dat daar genoeg stof bij vrijkomt om het smogalarm op de A10-Oost te doen aanslaan. Dat deert de vrouw niet. Een gemompeld bedankje en weg is ze. De Fa. Liefhebber verkocht haar noch de machine, noch de band. Komt ze dan vaak in de winkel, dat ze er om dit soort gunsten durft te vragen? Joop: "Ach, je helpt de mensen uit de buurt weleens."
ColaflesEen dag later: een wat bedremmelde jongeman heeft zichzelf buitengesloten - hoe nu weer binnen te geraken? Jansen en Joop bekijken met de jongeman om wat voor type slot het zou kunnen gaan (de Fa. Liefhebber heeft een arsenaal sloten waar De Nederlandsche Bank jaloers op kan zijn), en besluiten dat een opgesneden colafles de remedie is. Met een stanleymes gaat Joop even later een door de jongeman gevonden flesje te lijf, en die laatste komt daarmee kennelijk zijn huis binnen, want terugzien doen ze hem niet.
Soms wordt er daadwerkelijk iets verkocht, toch. Jan Noorda, van huis uit timmerman, wil twintig schroefjes en ringetjes. Hij komt al 25 jaar bij de Fa. Liefhebber: "Lekkere winkel, ze hebben alles per stuk."
Noorda klust eigenlijk het hele jaar door; 's winters thuis (hij is nu zijn gang aan het opknappen - "daar was al twintig jaar niks aan gedaan") en 's zomers op de camping in Babberich, waar hij een huisje heeft. Vandaag heeft hij spaanplaatschroeven van achttien millimeter nodig, een stuk of twintig. "Zo'n winkel is perfect in de buurt, de spullen die ze hier hebben, hebben ze in de bouwmarkt vaak überhaupt niet. En wat ze hebben, is gemaakt van pisbakkenstaal." Voor leken: pisbakkenstaal is kwalitatief laagwaardig staal.
RoomtaartjesHet is zaterdag; meneer Jansen komt vanaf zijn winkel in Abcoude, waar hij om half acht is begonnen, tegen twaalven bij zijn zaak in Amsterdam aanrijden. Joop heeft de winkel vanochtend vroeg geopend en heeft slagroomtaartjes gehaald bij Kwekkeboom. "De rest van de wereld loopt te lanterfanten, maar wij moeten werken, dus daar mag wat tegenover staan", zegt Jansen op een toon alsof hij de grondwet voordraagt.
Tijdens de koffie met taart in het kantoor stelt Joop vast dat het vandaag niet erg druk is. "Eind van de maand", zegt Jansen en haalt zijn schouders licht op. Het belangrijkst is de eerste klant van de dag, weet hij, die moet vooral niet iets komen terugbrengen. "Eerste klant geld retour, dag naar z'n moer."
MattenkloppersOok op zaterdag rekenen de meeste klanten bedragen als 2,95, 9,15 of 21,30 euro af. Daar zitten meneer Jansen en Joop helemaal niet mee, iedereen wordt op dezelfde wijze te woord gestaan en geholpen. Joop: "Vijftig keer vijf euro is ook 250 euro." Zo leer je wel rekenen bij de Fa. Liefhebber, want de meeste mensen kopen geen spijkertrekker of stoffeerdershamertje, de meeste mensen komen naar de Fa. Liefhebber voor een schroefje of een boutje, een pot verf, een verloopstuk, een zaklamp, een binnenband voor de kruiwagen, een ringetje, een plug, een figuurzaagje, of een kruiskopschroevendraaier.
De Fa. Liefhebber - 330 vierkante meter in oppervlakte - heeft ruim tienduizend artikelen in het assortiment, denkt Jansen. Oud-employé Bob, die plots opduikt vanachter de mattenkloppers: "Ik denk dat het eerder twintigduizend producten zijn.
Grote klapperDaar meldt zich een man met een muts die 'goeie plugjes' moet hebben, 'want maatje acht slipt in het gaatje'. Joop: "Deze zijn speciaal voor zachte en korrelige muren." De bemutste man anticipeert: "En als die ook niet pakken?" Joop: "Dan komt u terug en heb ik een gipsverbandje voor om de plug heen." De man rekent drie euro af.
Tegenover tien minuten advies over een schroef van zestig cent, zegt Jansen, verkocht hij vanochtend vroeg nog een ladder van ruim 150 euro. "Een grote klapper." Vorige week kocht dezelfde man al een kruiwagen bij hem. Dus informeerde Jansen tussen neus en lippen door wat hij aan het uitspoken was. De man was bezig het door hem geërfde huis van zijn ouders te verbouwen. "Ik ben even meegelopen, gaf hem advies, en heb hem gevraagd of hij ook zijn deurkrukken bij me komt kopen. Ja, dat was afgesproken."
ParamariboHet aanbod in de winkel is zo onafzienbaar ídat de geïnteresseerde doorlopend op verrassende producten stuit. Wat doen die houwers (ook bekend als machetes) daar, en waar zijn spijkers van 26 centimeter eigenlijk voor bedoeld? Joop: "Die zijn populair onder Surinamers, de houwers voor in het oerwoud en de spijkers om de balken in houten huizen aan elkaar te timmeren." Die nemen ze mee in hun bagage? "Nee", zegt Joop, "die sturen ze met de vrachtpost naar Paramaribo. Daar verkopen ze zulke dingen niet."
Ook zaken die je niet ziet, zijn gewoon op voorraad. Mocht het nog gaan sneeuwen de komende weken: in het magazijn heeft de Fa. Liefhebber al drie jaar lang honderd sledes en zeshonderd sneeuwschuivers staan. "Als je die nog moet gaan bestellen als het gaat vriezen, dan ben je te laat."
De zon gaat onder, de lampjes buiten gaan aan, het is bijna sluitingstijd. Een laatste klant nog, een wat oudere vrouw die na geruime tijd informeren een pot prijzige lak afrekent. Op de analoge NCR-kassa worden een paar tientjes aangeslagen, de vrouw groet vriendelijk: "Goed weekeinde, meneer Liefhebber."