Nieuws Actueel
Westlandse horecaondernemers winnen derde Terrassentrofee
Een terras voor de deur van Mirell? Als het 30 jaar geleden aan Aad Franken had gelegen, was dat buitenplaatsje er niet gekomen. Maar broer Daan 'dramde door' en dat terras kwam er tóch. Geen seconde hebben de horecaondernemers spijt gehad van hun keuze. Deze week ontvingen ze voor de derde keer de Terrassentrofee van het AD.

Wie niet beter weet, zou denken dat ze als Westlandse horecaondernemers geboren zijn. Meteen twee misvattingen, want ten eerste komen de gebroeders Franken uit Den Haag en ten tweede hebben beide heren vroeger de tuinbouwschool gedaan. Al is het bijna niet meer voor te stellen: Aad en Daan zijn sinds 30 jaar onlosmakelijk verbonden met drie beroemde horecagelegenheden in Naaldwijk: Mirell, De Pianobar en Bij5.
UniekOp het terras van Bij5 op het Wilhelminaplein tref ik donderdagmiddag Aad (51) en Daan (53), samen met Ferdi Bol (36). Laatstgenoemde is mede-eigenaar van alledrie de zaken. Het terras van Bij5 werd vorig jaar voor de tweede keer op rij beloond met de AD Terrassentrofee. Uniek, want nooit eerder ging een horecazaak er meerdere keren met deze trofee vandoor. En alsof het nog niet genoeg is, ontving Mirell afgelopen maandag de Terrassentrofee 2016. Tijd om de heren eens aan de tand te voelen over hun succes.
Een interviewmoment plannen blijkt lastig, want wie drie horecazaken runt heeft het altijd druk. En dan is het óók nog eens 28 graden, dus terrasweer. ,,Een dag loopt altijd anders dan je denkt", zegt Aad. ,,Een personeelslid dat later is. Een last-minute aanvraag voor een partij. Mailtjes over een evenement en een oude buur-ondernemer die even gedag komt zeggen... Het is allemaal al voorbij gekomen vandaag. Je merkt het: horecaman zijn is meer dan alleen in de zaak rondlopen.'' Maar uiteindelijk hebben de mannen toch de tijd gevonden - gemáákt, zo blijkt - voor een lunch.
Mensen-mensDaan: ,,Aad is de man van de vloer. Hij werkt in de zaak en op het terras en iedereen kletst met hem. Brengt hij koffie naar een gast, wordt hij zo drie keer staande gehouden onderweg. Ikzelf ben de keukenman. Ik bivakkeer vooral achter de schermen. Mij kennen de meeste Westlanders nu ook wel, maar ze hebben minder met me te maken. Aad vindt het trouwens geweldig, dat babbelen en contact hebben. Hij is een mensen-mens."
Aad: ,,Je moét een mensen-mens zijn voor dit vak. Ik denk dat ik in de week wel drie, vier keer wordt aangesproken door iemand die mij herkent van vroeger. Geweldig vind ik dat. Sjouwen met koffie en kletsen is wat ik het allerliefst doe. Financiën regelen achterin het kantoor vind ik stukken minder gezellig.''
Aad vervolgt. ,,We nemen ons personeel - collega's vind ik een prettiger woord trouwens, want we zien iedereen als een gelijke - ook aan op dat 'menselijke'. Je kunt nog zoveel horeca-diploma's hebben of goed zijn, dit vak houd je alleen vol als je er plezier in hebt." En Daan: ,,Ons motto is: Bedien de gast zoals je zelf ook graag behandeld wordt.''
Niet voor niets beoordeelde de jury van de Terrassentrofee Mirell met een 9 op het onderdeel bediening. Daan: ,,Geweldig, want dat voelt als erkenning. Maar ik moet eerlijk zijn: op ons terras heeft een personeelslid ook wel eens niét zijn of haar dag. Of er valt een keer iets, of er zit een vlekje op het bestek... Natuurlijk proberen we er altijd voor te zorgen dat onze gasten daar niets van merken, maar het kan een keer gebeuren." Aad: ,,Als iemand zijn dag niet heeft, zich niet lekker voelt of een familielid is overleden, praten we daar over. Iemand mag dan lekker thuis blijven of die dag klusjes achter de schermen doen. Je hoeft van ons niet door te werken tot je erbij neervalt.''
HorecalevenVoor het ontstaan van het horecaleven van Aad en Daan moeten we 32 jaar terug in de tijd. Het Mirell dat zij toen oprichtten, lijkt in niets meer op het Mirell van tegenwoordig. Aad: ,,Een petit-restaurant was het, vijf dagen per week open. Alleen overdag. Het Wilhelminaplein stond destijds nog vol met auto's, je mocht hier gewoon rijden. Dat kan de nieuwe generatie Westlanders zich niet meer indenken."
Met Mirell zijn ook de gasten veranderd. ,,Vroeger kon je overdag écht niet op een terras gesignaleerd worden'', lacht Daan. ,,Zag iemand je, dan werd je bestempeld als kansloos. 'Kun je niet gewoon gaan werken', dacht men dan.'' Aad: ,,Zal ik je eens iets vertellen? Ik vond het helemaal níets toen Daan een paar jaar na de opening van Mirell opperde dat hij graag een terras voor de deur wilde. Ik heb nog staan roepen: 'Het terras eruit, of ik eruit.' Bang dat er mensen op de zaak af zouden komen die niet bij onze doelgroep zouden passen.''
Tóch ging Aad overstag. Het terras kwam er - vijf keer kleiner dan het huidige terras - én werd een succes. ,,Geen seconde spijt van gehad overigens. En inmiddels is het gelukkig wél algemeen geaccepteerd als je overdag ergens gezellig een drankje gaat drinken.''
Daan: ,,Vroeger waren het met name de mannen of getrouwde stellen die uit eten gingen, vooral de elite. De laatste jaren is het normaler geworden om buiten de deur te gaan eten, 'even snel een hapje doen'. Bovendien worden onze terrassen inmiddels net zo vaak door vrouwen bezocht, als door mannen. Moeders met dochters, vriendinnen, zussen... En zíj hebben vaak weer meer oog voor inrichting en detail. Daar spelen we op in. Als bedrijf groei je voortdurend mee met de veranderingen én wensen van je gasten.''
RustKort na het ontstaan van Mirell kwam Ferdi Bol in beeld. De heren Franken waren meteen dik tevreden met de stagiair van de horeca-opleiding. Bol bleef werkzaam binnen het bedrijf. Een paar jaar later werd hij bedrijfsleider en nu is hij al een tijdlang mede-eigenaar. Oók van Bij5 en de Pianobar. ,,Het Wilhelminaplein is het bruisende hart van Naaldwijk, van het hele Westland. Hier werken is elke dag een feestje'', zegt hij. Glunderend: ,,En dat zeg ik niet alleen omdat Aad en Daan erbij zitten.''
Ook Bol heeft het publiek de laatste jaren zien veranderen. ,,De 'oude Westlander' begint te verdwijnen. De nieuwe generatie komt ook búiten de gemeente, drinkt koffie in de stad, studeert in Delft en krijgt te maken met restaurants elders. Wij gaan mee in hun wensen en anticiperen op de horecazaken uit de stad. Want daar kunnen ze mee vergelijken.''
Tenslotte de grote vraag: blijft er nog tijd voor jezelf over als je drie succesvolle horecazaken runt? Daan, lachend: ,,Die vrije tijd moet je zelf creëren. Je hoort wel van mensen dat ze 60, 70 uur per week werken. Dat hou je in dit vak een week vol, misschien twee, maar dan stort je in. Door af en toe juist die tijd voor jezelf te pakken, blijf je staande. Je rust pakken kan alleen als je vertrouwt op je collega's. En dat doen we: voor honderd procent.''