Nieuws Actueel

Woningmarkt verbetert nu ook in de regio's

Het aantal huizenverkopen neemt in de regio's sneller toe dan in de grote steden. Dat was tot voor kort omgekeerd. Het aanbod op de woningmarkt in nu in heel Nederland weer op hetzelfde niveau als eind 2008, het begin van de crisis.

Annemieke van Dongen 9 februari 2016

Woningmarkt1065

In alle regio's is het aantal verkopen van bestaande koopwoningen het afgelopen jaar toegenomen. Die toename varieerde van 5 procent in Zeeuws-Vlaanderen tot 37 procent in Zuidwest-Overijssel, blijkt uit het kwartaalbericht Woningmarkt dat de Rabobank vandaag publiceert. Zelfs in de perifere regio's Oost-Groningen, de Achterhoek en Noord-Limburg bedroeg de stijging meer dan 30 procent.

Dit jaar zullen wederom meer woningen worden verkocht dan afgelopen jaar, verwacht de Rabobank. Nadat in 2014 eerst de woningmarkt in de grote steden flink aantrok, komt de groei nu vooral voor rekening van de rest van het land, zegt woningmarkteconoom Paul de Vries van de Rabobank. ,,Vanuit de steden verspreidt het herstel zich als een griepvirus over Nederland. De economische vooruitzichten zijn goed, de huizenprijzen en de hypotheekrente zijn nog steeds laag. Voor mensen die een verhuizing afgelopen jaren hebben uitgesteld, zijn de omstandigheden nu gunstig.''

Huizenprijzen

Zo is het aanbod van te koop staande woningen buiten de grote steden nog ruim. Voor taferelen zoals in Amsterdam, waar het aanbod zo krap is dat de huizenprijzen afgelopen jaar met 11 procent stegen, hoeven woningzoekers in de rest van het land dan ook niet te vrezen. Zeker niet in de krimpgebieden. De bevolkingskrimp heeft nu nog geen invloed op de woningmarkt, omdat het aantal huishoudens nog niet daalt. Maar vanaf 2020 komt daar verandering in, verwacht de Rabobank. ,,Dan neemt het aantal huishoudens in plattelandsgebieden verder af, terwijl het aantal woningen gelijk blijft. Dat zal de prijzen drukken.''

Huishoudens kunnen in 2016 ongeveer 1 procent meer lenen om een huis te financieren, stelt de Rabobank. De leencapaciteit wordt bepaald door de Nibud-normen, de hoogte van het huishoudinkomen en de hypotheekrente, verklaart De Vries. ,,Het bedrag dat huizenkopers maximaal kunnen lenen, valt in 2016 gemiddeld genomen iets hoger uit doordat een tweede inkomen zwaarder meetelt dan voorheen. Daarbij gaan wij ervan uit dat de inkomens toenemen en de rente laag blijft.''

Betaalbaarheid

Daar staat tegenover dat wonen voor nieuwe huizenbezitters iets duurder wordt. De huizenprijzen stijgen dit jaar namelijk sneller dan de inkomens. Daardoor vallen de maandlasten voor kopers voor het eerst weer wat hoger uit dan afgelopen jaren, verklaart De Vries.

Dat neemt volgens hem niet weg dat de betaalbaarheid van koophuizen in Nederland goed blijft. ,,Ook in 2016 blijven Nederlanders gemiddeld een veel kleiner percentage van hun inkomen aan hypotheeklasten uitgeven dan het langjarige gemiddelde. Door die goede betaalbaarheid blijft het consumentenvertrouwen in de woningmarkt groot. En dat is weer gunstig voor de prijsontwikkeling en het aantal woningen dat van eigenaar wisselt."

De Rabobank verwacht dat in 2016 180.000 tot 200.000 woningen van eigenaar wisselen. In 2015 waren dat er 178.000. De huizenprijzen zullen harder stijgen dan afgelopen jaar; tussen de 2,75 en 4,75 procent.