Aangeboden door KienhuisHoving
Branded Content Bedrijfsoverdracht
Onderhandelingen afgebroken bij overname, wat nu?
Stel: je bent als ondernemer in onderhandeling met een verkoper over de overname van een bedrijf. Er is al een intentieovereenkomst gesloten en een due diligence heeft al plaatsgevonden. Op het moment dat je denkt dat de deal rond is, trekt de verkoper de stekker eruit. Wat dan?
Welke juridische middelen heb je als een bijna beklonken overname plots wordt afgebroken door de verkoper? Foto: Unsplash
Het uitgangspunt is dat iedereen de vrijheid heeft om te onderhandelen met wie hij wil, waarover hij wil en wanneer hij wil. Het staat onderhandelende partijen in beginsel ook vrij om onderhandelingen af te breken. Dit is anders wanneer er sprake is van een gerechtvaardigd vertrouwen van de wederpartij dat een overeenkomst tot stand zou komen, maar ook als het afbreken van de onderhandelingen onaanvaardbaar zou zijn.
Gerechtvaardigde belangen
Partijen mogen zich namelijk niet alleen door hun eigen belang laten leiden, maar moeten ook rekening houden met de gerechtvaardigde belangen van hun onderhandelingspartner. De vraag wanneer er sprake is van een gerechtvaardigd totstandkomingsvertrouwen is niet eenvoudig te beantwoorden. Rekening moet worden gehouden met de mate waarin en de wijze waarop de partij die de onderhandelingen afbreekt, heeft bijgedragen aan het ontstaan van het vertrouwen bij de wederpartij.
"Partijen mogen zich niet alleen door hun eigen belang laten leiden, maar moeten ook rekening houden met de gerechtvaardigde belangen van hun onderhandelingspartner"
Het totstandkomingsvertrouwen kan ook in de tijd veranderen. Het vertrouwen dat er was kan weer wegzakken. Bijvoorbeeld omdat de wederpartij ineens wil onderhandelen over een alternatief, zoals over een andere financieringsstructuur of over een activa-overeenkomst in plaats van een aandelenovereenkomst. Er kan dan alsnog een situatie ontstaan waarin de onderhandelingen gerechtvaardigd kunnen worden afgebroken. Als partij kun je dat proberen voorkomen door vast te leggen dat er weliswaar bereidheid bestaat om een alternatief te bespreken, maar dat het recht wordt voorbehouden om, als zo’n alternatief niet tot overeenstemming leidt, terug te vallen op de onderhandelingssituatie en gemaakte afspraken voordat het alternatief in beeld kwam.
Schadevergoeding
Als een partij niet mocht afbreken maar dat toch heeft gedaan, kan hij geconfronteerd worden met een vordering tot betaling van de door de wederpartij gemaakte kosten (negatief contractbelang). In enkele gevallen zelfs tot betaling van geleden verlies of gederfde winst (positief contractbelang). In sommige gevallen kan die partij ook geconfronteerd worden met een nakomingsvordering tot dooronderhandelen. Wel zal dan voldoende duidelijk moeten zijn waarover partijen het al eens waren en wat de nog openstaande punten zijn.
Marjan Koelemeijer is advocaat ondernemingsrecht bij KienhuisHoving. Haar e-mailadres is marjan.koelemeijer@kienhuishoving.nl
