Nieuws Financiën

Nederland is te nuchter

Heleen Boex 22 januari 2016

Nederlandistenuchterhoogbouw1065

Het aantal wolkenkrabbers die hoger zijn dan 300 meter is in 5 jaar tijd verdubbeld. De teller staat nu wereldwijd op honderd. Een feestje op grote hoogte, waarvoor Nederland niet is uitgenodigd. Dat schrijft het AD vrijdag. Wij bouwen alleen bescheiden torens, terwijl Azië en het Midden-Oosten wedijveren om wie de grootste heeft. We hadden er bijna eentje, een toren die ons wat aanzien had kunnen geven in de wereld van de hoogbouw. Niet meer dan een flintertje, want de 300 meter zou hij net niet halen. Maar de Belle van Zuylen zou met zijn 262 meter lengte wel hoog uittorenen boven de omringende nieuwbouw in de Utrechtse wijk Leidsche Rijn. Het zou zelfs het hoogste gebouw van Nederland worden.

DomtorenHet mocht niet zo zijn. Omwonenden protesteerden tegen de horizonvervuiling van een gebouw dat op kilometers afstand zichtbaar zou zijn, dat het landschap in het Groene Hart zou aantasten. Utrecht zou niet hoger moeten willen bouwen dan zijn alom geliefde Domtoren, die iets meer dan 112 meter meet. Uiteindelijk maakte de financiële crisis het Belle-project definitief onhaalbaar; de gemeente trok er begin 2010 de stekker uit.

HoogbouwNederland en hoogbouw, het is een moeizame verhouding. Rotterdam profileert zich met zijn skyline, maar kent tot nu toe nog geen flat die de 200 meter haalt. Den Haag doet leuk mee, Amsterdam schoorvoetend, maar daarbuiten is ons land vooral heel vlak.

Naast tegenstribbelende burgers en een grondprijs die met de hoogte van het gebouw mee stijgt, vormt de bodem hier een aanzienlijke hindernis. "De bodem in Nederland is heel zwak", zegt Auke van der Woud, hoogleraar architectuurgeschiedenis in ruste. "Je bouwt eigenlijk in de blubber. Daarom heb je enorme heipalen nodig om op de diepere, stijvere zandlaag terecht te komen.''

Chrysler BuildingNew York heeft het beter getroffen. De rotsachtige bodem daar maakt funderen makkelijker en een stuk goedkoper. Niet voor niets staat de eerste wolkenkrabber die boven de 300 meter uitsteeg, het Chrysler Building uit 1930, in de stad die nooit slaapt. Ook de jongste aanwinst in de lijst van wolkenkrabbers hoger dan 300 meter staat in New York: woontoren 432 Park Avenue, die vorige maand werd voltooid.

Daarmee staat de teller precies op honderd, becijferde de Raad van hoge gebouwen en stedelijke leefomgeving (CTBUH). Het waren er in 2010 nog vijftig; de afgelopen 5 jaar laten een verdubbeling zien van het aantal superhoge gebouwen. Die bouwwoede heeft zich verplaatst van de Verenigde Staten naar Azië en het Midden-Oosten.

ChinaVooral Chinese miljoenensteden als Sjanghai en Guangzhou zijn kampioenen hoog bouwen. Een logisch gevolg van de trek van het platteland naar de stad, meent Joop Paul, bestuurslid van de Stichting Hoogbouw en specialist op het gebied van constructies van superhoge gebouwen. "De bevolking in China groeit zo hard en de grond is er zo duur dat je je geld alleen kunt terugverdienen door hoog te bouwen.''

Er komen steeds meer megawolkenkrabbers bij, omdat steeds meer ingenieurs de kunst van hoogbouw verstaan en de techniek steeds beter wordt. "Het gaat de kant op dat we een gebouw met de computer kunnen beheersen", stelt Rob Nijsse, hoogleraar draagconstructies aan de TU Delft.

"Het domme van bouwen anno nu is dat je rekening moet houden met een storm die eens in de 250 jaar over het land raast. Als je die storm goed kunt voorspellen, versterk je het gebouw in de richting van waaruit de wind komt met kabels op die ene dag dat het nodig is. Dat 'zelfdenkende vermogen' kan een wolkenkrabber ook economisch aantrekkelijk maken."

Daar is nu nog geen sprake van. In economisch opzicht is de wolkenkrabber een 'wangedrocht', meent Nijsse. "Je moet tegen de zwaartekracht in dingen verplaatsen. Daardoor zijn de kosten die je moet maken om bruikbare vierkante meters te maken ontzettend hoog.''

StatusWie op zijn portemonnee let, zal nooit de hoogste proberen te zijn. Voor wie geld geen rol speelt, kan een gebouw niet hoog genoeg zijn. "Het draait om status.''

Hoe hoger, hoe meer status. Met een hoge toren kun je pas echt laten zien wat je waard bent. Met stip op nummer 1: Dubai. Het oliestaatje kent met achttien exemplaren de hoogste dichtheid van superwolkenkrabbers, waaronder de Burj Khalifa, met 828 meter nu nog het hoogste gebouw ter wereld.

Verschillende niveausWaar economische voorspoed regeert, daar verrijzen de hoogste gebouwen van de toekomst, voorspelt Nijsse. Hij verwacht dat landen als India en Indonesië de komende tijd de lucht in gaan. Ingenieur Paul ziet een toekomst voor zich waarin het maatschappelijk leven zich afspeelt op verschillende niveaus. ,,Je kunt een stad met meerdere lagen creëren, waar je je via bruggen tussen torens verplaatst. Zo verplaats je het leven naar een hogere, schonere en mooiere plek.''

Zo ver gaat het in Nederland niet komen. We krijgen nog wel meer torens van 100 tot maximaal 300 meter, vermoeden de deskundigen, geconcentreerd in de Randstad, met Rotterdam als epicentrum. Maar daarbij blijft het. In ons oneindige laagland passen rijtjeshuizen nu eenmaal beter dan luchtkastelen. We zijn ook een te nuchter volk voor zulke megalomane projecten. Paul: "Speelt status geen rol? Dan bouw je drie kleinere torens in plaats van één grote. Dat is veel minder risicovol. Als je de derde toren niet meer vol krijgt met huurders, dan bouw je die niet meer. Dat is bij een veel hoger gebouw niet mogelijk; als je eenmaal bent begonnen, is er geen weg meer terug."