We eten vaker buitenshuis

Nederlanders hebben afgelopen jaar flink meer geld uitgegeven aan eten buiten de deur. Niet alle horecabedrijven en cateraars profiteerden van die opleving, duizenden 'dorpsrestaurants' hebben het moeilijk.

In 2015 gaven consumenten in Nederland 643 miljoen euro méér uit aan eten buiten de deur dan het jaar ervoor. De buitenshuisconsumptie steeg met 3,4 procent tot 19,8 miljard euro. Dat blijkt uit cijfers die het FoodService Instituut Nederland (FSIN) vandaag presenteert op horecavakbeurs Horecava.

De groei is volgens directeur Jan-Willem Grievink te danken aan het groeiende vertrouwen van consumenten in de aantrekkende economie. "In 2014 zagen we al een lichte stijging, van 1,2 procent. Die groei heeft zich afgelopen jaar versterkt doorgezet."

Luxerestaurants en laagdrempelige eetgelegenhedenVooral de luxerestaurants én de laagdrempelige eetgelegenheden hebben een goed jaar achter de rug. Grievink: "Consumenten zoeken steeds vaker de uitersten op. Dat zijn enerzijds de luxerestaurants, waar je de hele avond onder de pannen bent. Zaken met een Michelinster en restaurants in de top 500 van Lekker profiteren daarvan. Anderzijds zit er enorme groei in het discountsegment met concepten als Happy Italy, sushi- en wokformules." Veel restaurants in het middensegment hebben het daarentegen nog steeds moeilijk. "Denk aan het traditionele dorpsrestaurant, dat jägerschitzel serveert met friet en sla." Duizenden restaurants zijn volgens Grievink niet goed genoeg voor een bijzonder avondje uit, maar te duur om er regelmatig spontaan een hapje te eten.

FSIN signaleert verder een sterke groei in besteding in zaken die primair andere dingen verkopen, van bouwmarkten met een eigen café tot hippe kledingwinkels met verse smoothies.