Financiën

Ondernemen en AOV: hoe zit het?

beeld deondernemer
Leestijd 7 minuten
Lees verder onder de advertentie

De Wet Arbeidsongeschiktheidsverzekering voor Zelfstandigen (WAZ) die in 2004 werd afgeschaft door het kabinet Balkenende II was veel ondernemers een doorn in het oog. De maximale uitkering was ongeveer even hoog als een bijstandsuitkering. Daarnaast zou een verplichte verzekering niet passen bij de keuzevrijheid van het ondernemerschap. Hierover schrijft het CPB in een in november vorig jaar verschenen policy brief: “Door het groeiend aantal zzp’ers zijn zelfstandigen steeds meer op werknemers gaan lijken. Het klassieke onderscheid tussen de werknemer die minder van risico zou houden en de zelfstandige met zijn ondernemersrisico is daarom steeds minder evident.”

Er komen steeds meer zelfstandigen bij in Nederland, maar steeds minder ondernemers verzekeren zich tegen arbeidsongeschiktheid. Reden genoeg om de AOV nog eens onder de loep te nemen. Voor deze vijfdelige serie over de AOV ging De Ondernemer in gesprek met MKB Nederland, het Verbond van Verzekeraars, professor sociaal verzekeringsrecht en sociale rechtshulp Mies Westerveld, ZZP Nederland en AOV-adviseur voor zelfstandigen, Arnoud Wennekus. Ook keken we naar de verschillende standpunten van de politieke partijen en naar de alternatieven voor de AOV. Hiervoor spraken we met Broodfonds-oprichter Biba Schoenmaker en Jip de Ridder, oprichter van het nieuwe initiatief CommonEasy.

Duur

Waarom kiezen steeds minder zelfstandigen voor een arbeidsongeschiktheidsverzekering? De redenen hiervoor zijn divers:

Lees verder onder de advertentie

Er kan sprake zijn van risicoafwenteling. Een minimumverzekering biedt bescherming tegen de (partner‐)inkomens‐ en vermogenstoets van de bijstand, maar zoals het CPB schrijft: 'Hoe meer kans op bijstand, hoe minder nut zo’n arbeidsongeschiktheidsverzekering heeft.'Zelfstandigen vinden een arbeidsongeschiktheidsverzekering vaak te duur. Dat is ook te zien aan de groep starters: de verzekeringsgraad van starters ligt lager dan later in de carrière. Daarnaast verzekert de starter van nu zich minder vaak dan vroeger.Er is een kleine groep chronisch zieke, maar arbeidsgeschikte zzp’ers die niet in aanmerking komt voor een arbeidsongeschiktheidsverzekering. Perceptie

Paul Koopman, woordvoerder van het Verbond van Verzekeraars herkent de redenen die in het CPB-rapport beschreven staan. “Daar komt bij dat sommige mensen er niet over willen nadenken”, reageert hij. “Ondernemers hebben vaak andere dingen aan het hoofd dan arbeidsongeschiktheid.” Volgens Koopman zit er vaak ook een psychologische reden achter. “Als werknemer heb je niet door hoeveel je per maand afdraagt, terwijl dat in een keer helder wordt als je je als zzp’er gaat verzekeren. De private premie is vaak minder dan je via het loonstrookje betaalde, maar de perceptie is anders.”

[Bron: CPB Policy Brief 11/2016]

Lees verder onder de advertentie

Alternatieven

Arbeidsongeschiktheid is misschien geen populair onderwerp, maar dat slechts een kwart van de Nederlandse zelfstandigen een AOV heeft afgesloten betekent niet dat er helemaal niet over alternatieven wordt nagedacht. Volgens het CPB kan een deel van de zelfstandigen in Nederland terugvallen op verzekerde inkomsten uit loondienst. Anderen kunnen rekenen op het inkomen van de partner of op eigen vermogen. Een risico bij het opeten van eigen vermogen is dat dit vaak ook is bedoeld als pensioenaanvulling.

Een kwart van de zelfstandigen blijkt onvoldoende alternatieven voorhanden te hebben en één op de twintig heeft helemaal geen mogelijkheden. Meer dan de helft van de zelfstandigen heeft onvoldoende mogelijkheden voor een inkomen op het niveau van de werknemersverzekering WIA.

[Bron: CPB Policy Brief 11/2016]

Lees verder onder de advertentie

Opbrengst

Omdat het hebben van voldoende alternatieven vaak als reden wordt genoemd om geen AOV af te sluiten, heeft het CPB onderzoek gedaan naar de opbrengst van de alternatieven:

Afgezet tegen het sociaal minimum blijkt dat de alternatieven voor driekwart van de zelfstandigen inderdaad voldoende inkomsten opleveren om zonder bijstand in een bestaan te kunnen voorzien tot aan het pensioen. Ongeveer 27 procent van de zelfstandigen kan terugvallen op het inkomen van de partner en 16 procent redt het door het opeten van eigen vermogen. Voor 6 procent zorgt de WIA door inkomsten uit loondienst voor voldoende inkomen. Ruim een kwart heeft te weinig alternatieven om in een minimuminkomen te voorzien.Campagne

Om meer ondernemers te laten nadenken over arbeidsongeschiktheid is het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid een campagne gestart in samenwerking met het Verbond van Verzekeraars, zelfstandigenorganisaties, het Broodfonds en de Kamer van Koophandel.

Lees verder onder de advertentie

Het Verbond van Verzekeraars laat weten dat de AOV hoog op de beleidsagenda staat, omdat de verzekeringsgraad lager dan wenselijk is. “Eerlijkheid gebiedt me te zeggen dat je geen wonderen van een campagne moet verwachten”, reageert woordvoerder Paul Koopman. “Maar we moeten er wel aandacht voor vragen. Zeker de eerste periode van het ondernemerschap is belangrijk.”

Bijstand

De eerste periode van het ondernemerschap is belangrijk, omdat er dan nog alternatieven voor een arbeidsongeschiktheidsverzekering voorhanden zijn, namelijk de zogenoemde vangnetconstructie en de vrijwillige WAO/ WIA-verzekering bij het UWV. Nadeel van de verzekering van het UWV is dat die binnen 13 weken na beëindiging van loondienst moet worden afgesloten. Veel starters weten niet van deze regeling en zijn vervolgens te laat. Ook de vangnetverzekering is maar tijdelijk opengesteld: deze moet binnen 15 maanden na de start van de onderneming worden aangevraagd. Deze optie is alleen beschikbaar voor zelfstandigen die om medische redenen geen reguliere arbeidsongeschiktheidsverzekering kunnen afsluiten.

“Voor mensen die uitgesloten worden voor een AOV, zijn niet veel alternatieven”, vindt ook Arjen Vrolijk van ZZP Nederland. “Wij zien nog te vaak dat mensen niet goed op de hoogte zijn en de boot missen. Het klinkt cru, maar het enige alternatief is dan het opeten van het eigen vermogen en vervolgens de bijstand.”

Lees verder onder de advertentie

Informatie

Arnoud Wennekus, AOV-adviseur voor zelfstandigen, noemt informatie essentieel bij het aanvragen van een AOV. “Dan maak je de kans op een uitsluitingclausule of een afwijzing zo klein mogelijk. Het is belangrijk dat je je laat begeleiden door een onafhankelijke adviseur die gespecialiseerd is in de AOV, dus geen assurantieadviseur met algemene kennis van zaken.”

Wennekus hamert op het belang van ondernemersverantwoordelijkheid. “Ik zie vaak dat echte ondernemers een AOV wel kunnen betalen of hebben nagedacht over waarom ze geen AOV hebben. Een zzp’er is niet per definitie een ondernemer.”

Medisch dossier

Voor wie vreest afgewezen te worden vanwege een ziekteverleden heeft Wennekus twee tips. “Weet wat er in je medisch dossier staat voordat je een AOV aanvraagt. Daarnaast kun je gebruik maken van het recht op eerste kennisneming. Dat houdt in dat de medisch adviseur zijn advies eerst aan jou laat zien. Is het advies negatief? Dan kun je ervoor kiezen de verzekering niet af te sluiten en het bij een andere maatschappij te proberen.”

Lees verder onder de advertentie

Het percentage zelfstandigen dat om medische redenen niet wordt geaccepteerd is ongeveer 3 procent. Daarnaast is er een groep voor wie de AOV daadwerkelijk te duur is. Met name voor de zware beroepen, bijvoorbeeld in de bouw, wordt rekening gehouden met een verhoogd risico en ligt de premie hoger. “En dan is er de groep, zoals dakdekkers of beroepsduikers, die zich niet tot aan de pensioenleeftijd kan verzekeren”, vult Paul Koopman van het Verbond van Verzekeraars aan. “Dat is natuurlijk maatschappelijk ongewenst. Wij zoeken naar een constructie waarin iedereen toegang heeft tot een AOV met een brede dekking en een te dragen premie. Dat is een ingewikkeld dilemma, want uit onderzoek blijkt ook dat veel mensen waarde hechten aan keuzevrijheid.”

SER

Ook MKB Nederland erkent het dilemma, maar benadrukt dat zij een collectieve AOV niet als een oplossing zien. “Veel ondernemers die nu niet zijn verzekerd, hebben daar bewust voor gekozen”, aldus woordvoerder Mieke Ripken. “Met de verplichte WAZ hebben we geen goede ervaringen: een hoge premie en een minimumuitkering. Allemaal redenen waarom we zeer terughoudend moeten zijn met uniforme, verplichte collectieve verzekeringen.” Volgens Ripken wordt er binnen de Sociaal-Economische Raad (SER) wel gesproken over andere opties. “Onze inzet is een oplossing te vinden die recht doet aan alle zzp’ers.”

Politiek

Ook het Verbond van Verzekeraars wil met de betrokken partijen in gesprek over een oplossing. “We moeten toe naar het idee van subsidiërende solidariteit, oftewel subsidiëren voor de groep met risico’s”, legt Koopman uit. “We kunnen niet op eigen kracht voor een betaalbare premie voor iedereen zorgen. Idealiter willen we keuzevrijheid en betaalbare toegankelijkheid combineren, maar daar hebben we de politiek voor nodig. De vraag is hoe urgent het gaat zijn tijdens de komende kabinetsformatie.”

Lees verder onder de advertentie

Gerelateerde artikelen:

De politiek over de AOV

Professor sociaal verzekeringsrecht Mies Westerveld over collectief verzekeren

Lees verder onder de advertentie

5 alternatieven voor de arbeidsongeschiktheidsverzekering

De bedenkers van het broodfonds en CommonEasy over georganiseerde solidariteit