Nieuws Financiën
Van een buurtsuper wordt een mens niet rijk
Voor buitenstaanders was het misschien non-nieuws, de feestelijke introductie van een geldautomaat in de buurtsuper van ondernemer Gerrit Jan Hendriks in Sibculo. Voor het familiebedrijf was het een primeur met een diepere betekenis.

Buurtsupers in kleine kernen hebben het de laatste jaren extra moeilijk. Er zijn talrijke voorbeelden van levensmiddelenwinkels die sneuvelen in de vaart der volkeren. Buurtdorp Kloosterhaar bijvoorbeeld heeft sinds vorig jaar november geen buurtsuper meer. Ook veel andere zelfstandige winkeliers uit andere branches leggen het loodje, het is een bekend verschijnsel in deze tijd.
Een kern zonder buurtsuper krijgt vroeg of laat het predikaat spookdorp. Onderzoeken wijzen uit dat de huizenprijzen door het ontbreken van een super extra dalen en de jeugd heeft (nog) eerder de neiging weg te trekken. Niet voor niets probeert het Rijk, samen met Spar en Regiobank, de leefbaarheid van de kleine plattelandskernen op peil te houden.
WeerbarstigDe praktijk van alledag is weerbarstig. Een gemiddelde inwoner van bijvoorbeeld Sibculo (1.400 inwoners) heeft snel de neiging voor de 'grote' boodschappen naar het dichtbij gelegen Duitsland te gaan. Eens per twee weken de kofferbak vol kieperen, meteen wat goedkope drank scoren en je kan een tijd vooruit. Voor een ontbrekende boodschap - een flesje slaolie of een halfje witbrood - is de buurtsuper dan een uitkomst.
BuurtsuperWinkelier Gerrit Jan Hendriks is er de man niet naar te klagen, al erkent hij ruiterlijk dat het niet meevalt een boterham te verdienen. De marges zijn klein in deze wereld en grote organisaties als Jumbo en AH adverteren erop los.
Hendriks probeert met creativiteit zijn winkel in de benen te houden. Zo heeft hij een maaltijdservice opgestart en is het bij hem mogelijk via internet boodschappen te doen, die dan keurig worden thuisbezorgd. Helaas voor hem is juist de klant die hieraan behoefte heeft vaak niet zo handig met de computer, dus loopt dit initiatief niet best. Vandaar dat Hendriks het ook prima vindt als klanten een handgeschreven boodschappenbriefje afleveren.
Hoe dan ook blijft het een spagaat. Veel inwoners mijden de buurtsuper om welke reden dan ook, maar zullen vermoedelijk om het hardst gaan klagen als de winkelier op apegapen ligt en zijn nering moet sluiten. Ondernemers als Hendriks zijn in wezen de laatsten der Mohikanen, die een kleine kern 'levendig' houden. De buurtsuper fungeert als trefpunt en als laatste strohalm.
SappelenBedrijfsadviseur Lijn Smits van Spar (ruim tweehonderd winkels in Nederland) onderschrijft dat het voor veel franchisenemers sappelen is. Van een buurtsuper word je niet rijk, onderstreept zij.
Volgens Smits bekleedt Hendriks (die vijftien personeelsleden heeft) een voorbeeldfunctie. Tegen de verdrukking in houdt hij het hoofd boven water en dat is mede een gevolg van 'gunning en bewustwording' in het dorp Sibculo. Veel inwoners beseffen blijkbaar hoe bijzonder het is dat de toko nog steeds draait, dat je er uitstekend terechtkan voor verse produkten en dat je voor een andere boodschap niet snel misgrijpt.
KlantrelatieHendriks op zijn beurt voelt ook de binding met zijn klanten. Na het onthullen van de pinautomaat kwam hij met een nieuwe actie: een week lang doet hij voor elke 15 euro aan boodschappen 10 cent in een grote pot. Klanten mogen op de kassabon aangeven aan welke sportclub het geld wordt besteed. En ondertussen hoopt Hendriks dat zijn winkel door de geldautomaat net weer een stukje aantrekkelijker is geworden.
Foto: Pixabay