De inspanningen voor de natuur kunnen de boeren een bonus opleveren van FrieslandCampina of een korting op leningen van de Rabobank. Dat is afgesproken in een samenwerking tussen het WNF en het zuivelbedrijf en de bank die beide het gros van de ruim 17.000 melkveehouders bedienen. De beloning kan oplopen tot duizenden euro's per jaar.
Revolutionaire stap
Het Wereld Natuur Fonds spreekt van een 'revolutionaire stap'. ,,Dit is de eerste keer dat we met boeren in Nederland werken'', zegt Natasja Oerlemans, hoofd Voedsel en Landbouw van het WNF. De organisatie, bekend als beschermer van de reuzenpanda, tijger en neushoorn, besloot zich op de Nederlandse landbouw te richten, nadat in 2014 was gebleken hoe slecht het is gesteld met de soortenrijkdom in Nederland. ,,De populaties wilde dieren op het platteland zijn sinds 1990 met 40 procent afgenomen, legt Oerlemans uit. ,,In duin- en heidegebieden bleek de biodiversiteit zelfs met 50 procent gedaald. Onze schok was groot, want die ontwikkeling is vrijwel volledig toe te schrijven aan de intensieve landbouw. Door zware bemesting, pesticidegebruik en het droogmalen en maaien van weilanden hebben diersoorten als vlinders en weidevogels het moeilijk. Nederland bestaat voor twee derde uit landbouwgrond; het boerenland is het belangrijkste leefgebied voor planten en dieren. We zagen in dat de sleutel tot een oplossing bij boeren ligt.''
Profiteren
Boeren moeten ook profiteren van de inspanningen die ze doen om meer natuur terug te brengen op hun grond, is het idee achter de samenwerking. Daarom geeft de Rabobank ze een rentekorting (tot 1,1 procent) op 'groene' investeringen. FrieslandCampina beloont de ruim 12.400 melkveebedrijven in Nederland die lid zijn van de zuivelcoöperatie via zijn bonussysteem voor duurzame prestaties. Een boer die bijvoorbeeld wacht met maaien tot weidevogels hun eieren hebben uitgebroed, krijgt daarvoor een vergoeding. Later maaien gaat ten koste van de kwaliteit van het gras. De boer moet dan meer voer inkopen om zijn koeien de winter door te helpen.
Subsidie
Boeren moeten zelf aan de slag om meer natuur terug te brengen op hun land, stelt ook de Groningse melkveehouder Alex Datema. ,,Dat voorkomt dat de overheid de sector nog meer regels oplegt. We blijven onder het vergrootglas liggen van de maatschappij." Duizenden boeren doen dat al. Zij zetten zich bijvoorbeeld in voor weide- en akkervogels. Bij BoerenNatuur.nl, het netwerk van veertig agrarische natuurcoöperaties, waarvan Datema voorzitter is, zijn zo'n 8.000 boeren aangesloten. Zij ontvangen per jaar 60 miljoen euro subsidie van de overheid voor landschapsbeheer. Dat is niet genoeg om de afname van bloemen, planten en vogels een halt toe te roepen, zegt Datema. De deelnemende boeren beheren bovendien maar een fractie (80.00 hectare) van de totale landbouwgrond in Nederland (1,7 miljoen hectare).
Lees ook: Hoe de stoppersregeling creativiteit van boeren aanjaagt
Vruchtbare grond
Boeren hebben volgens de Groningse melkveehouder zelf ook baat bij meer biodiversiteit. ,,Het leidt tot meer leven en verscheidenheid, boven en onder de grond. Op veel boerenbedrijven gaat de huidige manier van boeren ten koste van de vruchtbaarheid van de bodem. Als die achteruitgaat, ondermijnt een boer zijn eigen bedrijf. En al die vogels op je land vergroten echt je arbeidsplezier.'' Datema juicht de samenwerking van het WNF, Rabobank en FrieslandCampina daarom toe en hoopt dat het zuivelconcern de biodiversiteitsmonitor serieus oppakt. Al moet de lat niet direct te hoog worden gelegd, zegt hij. ,,Als boeren de normen onrealistisch vinden, schiet je er niks mee op. Je kunt beter stapje voor stapje de eisen aanscherpen en de premies verhogen."
Verduurzamen
5 juli presenteren de partijen een monitor die ze samen hebben ontwikkeld om te meten hoe het is gesteld met de soortenrijkdom op een bedrijf en wat een boer kan doen om de kwaliteit van het landschap te verbeteren. ,,Dit is een belangrijk instrument om de landbouw verder te helpen verduurzamen,'' zegt Ruud Huirne, directeur Food & Agri van de Rabobank. ,,Hiermee kunnen we agrariërs vooruit helpen die bewust de keuze maken om op een andere manier te gaan boeren. Dat is belangrijk voor het maatschappelijke draagvlak van de sector. Bovendien zijn ze er uiteindelijk zelf ook bij gebaat, omdat de maatregelen die we ondersteunen, goed zijn voor hun eigen grond.''
Natuurinclusieve landbouw
Dat beaamt de Achterhoekse melkveehouder Erwin Wunnekink, die als coöperatiebestuurder de leden van FrieslandCampina vertegenwoordigt. ,,Veel boeren doen al aan natuurinclusieve landbouw. Maar wanneer doe je het juiste voor het landschap dat we beheren? Het is goed om dat op een objectieve manier inzichtelijk te maken.'' Net als veel collega's staat hij voortdurend in tweestrijd, verklaart hij. ,,Neem je met wat minder genoegen om het beste voor de natuur te doen, of ga je voor de maximale economische opbrengst? Dat is momenteel extra lastig, omdat melkveehouders met lage melkopbrengsten kampen en hoge kosten vanwege het opgelopen mestoverschot.'' De leden van FrieslandCampina moeten nog met het plan instemmen. De vergadering daarover is eind dit jaar.
Buitenland
Het is de bedoeling dat meer partijen zich aansluiten bij de samenwerking, zodat boeren die de natuur vooruit helpen bijvoorbeeld korting krijgen op het pachten van grond. Als de test in Nederland slaagt, willen het WNF en de Rabobank dat ook boeren in het buitenland voor hun duurzame inspanningen beloond gaan worden via dit systeem.