Nieuws Duurzaamheid
Thom (21), Spijk (22) en Elissa (26) helpen Afrikaanse kinderen met Moja-ondergoed
Toen ondernemer Thom Uildriks (21) tijdens een reis naar Tanzania ontdekte dat veel schoolkinderen daar geen ondergoed kunnen kopen, was dat het begin van een nieuwe sociale onderneming. Samen met compagnons Spijk Geene (22) en Elissa Glorie (26) begon hij de webshop Moja. Voor elke bij Moja gekochte onderbroek wordt er ondergoed en herbruikbaar maandverband gedoneerd naar scholieren in Tanzania.

Thom Uildriks, Elissa Glorie en Spijk Geene (vlnr.): de drie jonge ondernemers achter Moja.
Uildriks mag dan jong zijn, Moja is zeker niet het eerste bedrijf dat hij begint en het is ook niet de eerste keer dat hij een sociale onderneming start. Eerder had hij met Spijk Geene het bedrijf Boxrs4all, een vergelijkbaar concept als Moja, met als verschil dat dit specifiek op mannenondergoed gericht was. Ook hierbij werd er voor elke verkochte boxer een onderbroek gedoneerd aan kinderen in Tanzania. Daar beschikken veel kinderen niet over ondergoed omdat het te duur of schaars is.
De hoop om iets bij te kunnen dragen
Toen Uildriks in september 2019 voor de tweede keer naar Tanzania afreisde, kwam hij tot het inzicht dat hij en zijn compagnons ook iets met damesondergoed en herbruikbaar maandverband moesten doen. ,,Als jongens geen ondergoed kunnen dragen omdat ze er geen geld voor hebben, dan doet dat iets met hun zelfverzekerdheid en lopen ze een hoger risico op infecties en seksuele disfuncties. Maar als meiden geen maandverband hebben, kunnen ze niet naar school. In landen als Tanzania zorgt dit er soms voor dat ze wel een kwart van hun opleiding missen en het draagt echt bij aan de gender gap. Natuurlijk denk ik niet dat we die door ondergoed en maandverband te leveren helemaal op kunnen lossen, maar ik hoop zeker dat we wat bij kunnen dragen.’’
''We hebben ‘mama’s’ opgeleid om een naaimachine te gebruiken en de onderbroeken te maken, zo verdienen zij er ook wat aan''
Buy one give one-concept
Na die reis naar het Afrikaanse land ontstond het idee voor Moja. De ondernemers keken een beetje af bij schoenenbedrijven als Toms Shoes, die ook gebruik maken van het buy one give one-concept. Maar Uildriks wilde aan dat concept ook wat toevoegen. ,,Het probleem met buy one give one is dat je ook concurreert met lokale verkopers daar, omdat jij gratis producten weggeeft. Daarom laten we het te doneren ondergoed in Tanzania lokaal maken door mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. We hebben bijvoorbeeld ‘mama’s’ opgeleid om een naaimachine te gebruiken en de onderbroeken te maken, zo verdienen zij er ook wat aan. Een van hen heeft er laatst voor het eerst een bankrekening geopend.’’
Een deel van de omzet van de webshop gaat naar de stichting die Uildriks, Geene en Glorie samen opgericht hebben. Daar worden de ‘mama’s’ van betaald, de productiekosten in Tanzania gedekt en ook educatieprojecten gefinancierd. ,,Dat is vooral om wat awareness te creëren over het gebruik van bijvoorbeeld maandverband en onderwerpen als puberteit, seksualiteit en menstruatie. Als mensen niet weten hoe het werkt, gebruiken ze die producten namelijk ook niet.’’
Tekst gaat verder onder de foto van het Moja-ondergoed.
Winst maken met lagere marges
Er gaat dus behoorlijk wat geld naar de stichting. Hoe zorgt Moja ervoor dat ze er zelf ook nog wat aan overhouden van de verkoop via de webshop? ,,We zijn wel echt een bedrijf, dus we willen winst maken. Het klopt wel dat de marges lager liggen doordat veel geld naar de stichting gaat, maar omdat we ook impact maken kunnen we wel wat meer vragen voor producten. We zitten niet in een hele hoge prijsklasse, maar vragen wel meer dan de HEMA of Zeeman.’’
Uildriks voegt toe: ,,Ik geloof ook wel echt in die combinatie van impact maken en winst. Dat is ook wel iets van mijn generatie, die begrijpt dat we anders met de planeet en met mensen om moeten gaan, juist omdat wij er ook de gevolgen van ervaren. Ik zou niet weten waarom je alleen maar winst wilt maken als je niets waardevols toevoegt aan de wereld.’’
Frustratie tijdens studie International Business
Dit onderwerp was ook een thema van frustratie bij zijn studie International Business in Rotterdam: ,,Alles draaide altijd om winst maken in wat we leerden. Bijvoorbeeld bij het vak human resources, dan leerde je hoe je gelukkig personeel krijgt, maar alleen omdat blije mensen productiever zijn. We waren alleen maar bezig met de euro’s onder de streep.’’
,,Ik hoop dat we uiteindelijk voor andere bedrijven een voorbeeld kunnen zijn van een onderneming die impact maakt maar óók winstgevend is''
Zoektocht naar investeerders
De eerste weken is Moja in ieder geval goed van start gegaan en de drie oprichters hebben veel kennis opgedaan over het bereiken van de juiste doelgroep met hun boodschap. Ze hebben tot nu toe eigen vermogen in het bedrijf geïnvesteerd, maar zijn klaar voor de volgende stap: de zoektocht naar investeerders. Dat is nodig om de ambities voor de toekomst waar te maken, vertelt Uildriks: ,,Ik hoop dat we uiteindelijk voor andere bedrijven een voorbeeld kunnen zijn van een onderneming die impact maakt maar óók winstgevend is.’’