Nieuws Duurzaamheid

Grote Nederlandse bedrijven niet ‘intrinsiek gemotiveerd’ voor positieve impact natuur

De impact van bedrijven op de natuur en biodiversiteit is een actueel onderwerp in tijden van stikstofproblemen. Maar hoe doen Nederlandse bedrijven het nu echt als het gaat om hun invloed op de biodiversiteit en natuur? Volgens onderzoek van Het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) valt er bij veel bedrijven nog wel wat te winnen.

Van onze redactie 3 oktober 2019

Impact van Nederlandse bedrijven 1280x680

Voor het onderzoek werden 38 Nederlandse bedrijven geanalyseerd die allemaal relatief veel impact hebben op biodiversiteit en natuur. Onderdeel van het onderzoek waren een aantal grote Nederlandse ondernemingen uit de sectoren chemie, bouw en voedsel, zoals Heineken, Unilever, Shell en AkzoNobel. Onderzoekers Rob van Tulder en Christiaan Hendriks (Rotterdam School of Business) typeerden aan de hand van bedrijfsmodellen of deze bedrijven inactief, reactief, actief of proactief zijn in hun invloed op biodiversiteit en natuur.

Bedrijven laten zich leiden door maatschappelijke druk

Bij het typeren van de bedrijven keken de onderzoekers vooral naar bedrijfsmodellen en de motivatie om maatschappelijk verantwoord te ondernemen. Was die motivatie intrinsiek, of ingegeven door maatschappelijke druk? En ziet het bedrijf een positieve invloed op de natuur als een verantwoordelijkheid, of vreest het alleen voor aansprakelijkheidsrisico’s?

Uit het onderzoek blijkt dat geen enkel onderzocht bedrijf helemaal niks doet voor een positieve impact op de natuur, maar dat verreweg de meeste bedrijven wel reactief zijn. Dit betekent dat bedrijven vooral focussen op het verminderen van de negatieve impact en zich hierin laten leiden door maatschappelijke druk, verwachtingen van aandeelhouders en wetgeving. Ze zijn dus niet intrinsiek gemotiveerd om een positieve invloed op de natuur te hebben.

Lees ook: Planten zuiveren afvalwater: La Trappe, duurzaam gebrouwen trappist

Hoewel de meeste onderzochte bedrijven niet goed uit de beoordeling kwamen, waren er ook een paar positieve uitschieters. Koploper in het agro-food cluster is Eosta, en ook ondernemingen als Unilever, Nutreco, en Royal Wessanen hebben volgens de onderzoekers interessante initiatieven genomen in zowel hun ketenbenadering als hun partnerschappenstrategie. In de financiële sector kwamen vooral ASN Bank en Triodos goed uit de bus.

Verklaringen voor conservatieve houding

De onderzoekers geven ook een verklaring voor de relatief conservatieve houding van de onderzochte bedrijven. Biodiversiteit en natuurlijk kapitaal staan bij veel bedrijven namelijk pas sinds kort op de agenda en daardoor is er nog veel onduidelijk over de strategische mogelijkheden die bedrijven tot hun beschikking hebben. Voor bedrijven die meer actief bezig zijn met hun impact, is het alsnog lastig om biodiversiteit en natuur te integreren in een coherent bedrijfsmodel.

Volgens Mark van Oorschot, onderzoeker bij het Planbureau voor de Leefomgeving, mag hierbij ook gekeken worden naar het beleid van de overheid. Daarmee worden bedrijven niet voldoende gemotiveerd om rekening te houden met biodiversiteit. ,,Met dit faciliterend beleid wordt vermoedelijk maar een beperkte groep al gemotiveerde bedrijven bereikt. Meer inzicht in drijfveren van bedrijven uit verschillende sectoren is nodig om de aanpak van de overheid te verbreden, en juist ook achterblijvers mee te krijgen.’’