Urk staat voor innovatie in de visindustrie: ‘Wij leggen de lat hoog, onze klanten waarderen dat’

Het visverwerkingsbedrijf van Korf maakte de afgelopen jaren een snelle groei door. Door ruimtegebrek moest er stevig verbouwd worden en dat was voor Korf en zijn mededirecteuren – het is een familiebedrijf – het moment om vol in te zetten op duurzaamheid. Reinier Korf somt de bedrijfshistorie van de familie op. “Het bedrijf is uit 1985, opgericht door mijn vader Riekelt en oom Dirk, daarna kwamen de zonen erbij. Oom Dirk heeft drie zonen in het bedrijf, van mijn vader lopen er twee zonen in dit bedrijf rond. Daar ben ik er een van.” Ook de volgende generatie Korf is inmiddels binnen het bedrijf werkzaam, de eerste kleinzoon werkt er parttime. “Het is volstrekt logisch dat je in de visverwerking belandt, je groeit er mee op. Een prachtig vak is het.”

“We kopen onze vis op de visafslag en er zijn vissers die rechtstreeks aan ons leveren. Dat komt direct uit zee met grote schepen bij ons terecht. Wij maken daar filet van of verkopen het vers en gesorteerd door aan de groothandel of onze klanten in Duitsland en Zwitserland.” De groei van Korf Vis, daar is Reinier Korf medeverantwoordelijk voor. Zijn missie: innoveren.

“We schakelden in begin 2000 over van handmatig fileren naar machinaal fileren. Toen kreeg ons bedrijf een gigantische boost en zijn we in rap tempo gegroeid. Uiteindelijk heeft die groei ons geholpen duurzamer te worden, omdat we investeerden in innovatieve nieuwbouw. Om toekomstbestendig te zijn en aan alle – steeds strengere – kwaliteitseisen te voldoen, namen we contact op met een bouwbedrijf hier op Urk. Zij kennen alle ins en outs van de visindustrie. Vervolgens hebben we een projectgroep gevormd met verschillende disciplines, waaronder een architect, en zo is het nieuwe bedrijfsgebouw tot stand gekomen.”

Diverse innovatieve toepassingen komen de duurzaam gevangen platvis, waaronder voornamelijk schol, ten goede. “Onze koelingen werken op een natuurlijk koudemiddel, daar komen geen chemische stoffen meer aan te pas. Bij de koelingen komt warme lucht vrij, afkomstig uit de koelcellen waar de verse vis ligt opgeslagen. Die warmte in de productieruimtes vangen we op en gebruiken we op de bovenverdieping om er onder andere de vloeren en douches mee te verwarmen. Het is ons gelukt het hele bedrijf gasloos te maken, puur omdat we de restwarmte kunnen gebruiken uit de productie.”

Op het dak komen zo’n 4000 vierkante meter aan zonnepanelen, er is ledverlichting en er zijn sandwichpanelen die helpen met het regelen van de temperatuur per afdeling. De bezuiniging is enorm, Reinier Korf is trots. “Om er nog even een vakterm tegenaan te gooien: onze EPC-waarde is nul. Die energieprestatiecoëfficiënt, EPC dus, geeft aan hoe goed je het doet. Hoe lager de waarde hoe beter. Nul is echt een hele goede prestatie. Dat is echt het voordeel van nieuwbouw.”

Voor het personeel zijn de werkplekken zo prettig mogelijk gemaakt. “Dat hebben we in deze nieuwbouw onder andere gedaan door het bouwen van zogenoemde airsocks. Dat zijn verschillende compartimenten binnen je gebouw die een tochtstroom door je bedrijf moeten voorkomen. Deze ‘luchtzakken’ verdeelt de lucht goed, waardoor ons personeel minder snel last krijgt van tocht-gerelateerde klachten zoals spierpijn. Ook dat is duurzaam.”

Op de vraag of alle investeringen zich terugverdienen, zegt Korf: “Wij leggen de lat vrij hoog en merken dat onze afnemers dat waarderen. Ze weten dat we op een verantwoorde manier werken en daardoor gaan ze sneller met ons in zee. Ik durf te zeggen dat we inmiddels een goede naam hebben opgebouwd en dus ja, die investeringen verdienen zich uiteindelijk terug. Voor de financiering hebben we aangeklopt bij ING Groenbank. Daar zit veel kennis en er zijn gunstige voorwaarden. Het contact bij ING lag bij mijn neef want ja, we zijn en blijven natuurlijk een echt familiebedrijf.”