Hoe de IT'ers van Wolfpack ondernemers (nog) slimmer maken

Zoals flink wat jonge IT-bedrijven in de Lichtstad startte het voor Wolfpack een vijftal jaar terug aan de Technische Universiteit Eindhoven, kortweg TU/e. De ondernemers studeerden er en pakten dankzij hun studie het idee op om een eigen onderneming te beginnen. Wolfpack, dus.

We hebben het hier over jonge honden. Pardon, wolven. De naam Wolfpack is gekozen omdat de startup werkt met teams bestaand uit jonge, slimme en enthousiaste mensen afkomstig uit de wiskunde- en informaticahoek. Heb jij als opdrachtgever een ingewikkeld probleem te kraken, dan is een Wolfpack-team, of roedel, aan specialisten nodig.

,,Dat zijn IT-specialisten met een brede basis. Maar wel elk persoon met een eigen specialisme dat het team completeert’’, legt Edwin Hermkens uit. ,,Die manier van werken is afgekeken van de wolven. Die dieren zijn enorm goed georganiseerd. Elke wolf binnen een roedel heeft zijn eigen taak.’’ Mitchel Schouten: ,,Veel softwarebedrijven detacheren hun personeel. Wij pakken het anders aan. Elk teamlid komt uit onze eigen hub, vanuit ons kantoor. Hoewel we nu natuurlijk vanuit huis werken vanwege de pandemie. Op deze wijze werken we voor bedrijven die zelf geen IT-afdeling hebben. Ze besteden het aan ons uit.’’

'Opdrachtgevers hebben meestal geen IT-personeel, maar wel een IT-probleem of -wens'

Het klantenportfolio van de Eindhovense startup bestaat voor zo’n zeventig procent uit drie verschillende sectoren, vertelt Schouten. ,,We richten ons op een domeinexpertise. Die domeinen zijn de zorg, educatie en financiën. Opdrachtgevers hebben zoals gezegd meestal geen eigen IT-personeel, wel een IT-probleem of -wens. Wij gaan voor ze aan de slag met een IT-systeem op maat. Een systeem op basis van door ons ontworpen software-architectuur. Na het ontwerpen, bouwen en implementeren zorgt Wolfpack er voor dat een bedrijf of instelling het systeem via ons kan blijven hosten en supporten. Kortom, het gehele IT-project wordt door ons verzorgd.’’

Bij IT-systemen en applicaties staat gebruiksvriendelijkheid natuurlijk voorop. Zeker bij organisaties die zelf geen IT-afdeling in huis hebben. ,,Die gebruiksvriendelijkheid wordt nog vaak onderschat’’, gaat Schouten verder. ,,Er is geen enkele bedrijfstak meer die geen technologie inzet. Zelfs boeren rijden tegenwoordig op hun tractor met GPS-systeem. En al die technologie wordt gebruikt door de mens. Wat wij doen is de eindgebruiker van meet af aan betrekken in het ontwikkelingsproces. Steeds weer toetsen we wat we maken bij de afnemer. Dat is enorm belangrijk wanneer je een platform bouwt waar de gebruiker eenvoudig mee aan de slag kan.’’

Afbeelding boven: met de Remote Labs kan de student op afstand praktijkgericht bezig blijven.

Agile steeds belangrijker in software

Bij softwareontwikkeling anno 2020 draait het meer en meer om het zogenaamde ‘agile’ werken. Schouten: ,,Agile betekent dat je steeds weer in korte fases bekijkt wat je gaat ontwikkelen en hoe. Daarbij toets je tussentijds het functioneren van de technologie en kan je direct bijsturen wanneer het nodig is, dat noemt men ‘sprints’. Wolfpack biedt klanten altijd als eerste een ‘sprint 0’ aan. Zie het als een architectuur- of onderzoeksfase voordat je met ‘sprint 1’ officieel van start gaat. Toetsen, testen, uitzoeken welke software het beste past, daar draait het om. Uit sprint 0 rolt een duidelijke indicatie van het kostenplaatje en de doorlooptijd.’’

Het team met de grote knowhow – ongeveer 45 hersenen en 90 handen sterk – werkt vier jaar na de start steeds gesmeerder. De enorme kennis van de technologie en een minstens zo grote kennis van projectmanagement, maakt van Wolfpack een totaalpakket. Toch een zijweggetje inslaan: zijn de wolven vooral mannen? IT lijkt nog steeds een mannending met de vrouwen in een grote minderheid. Klopt dat beeld? ,,Het is denk ik nog steeds een mannending’’, meent Schouten.

,,Edwin en ik hebben tegelijkertijd gestudeerd. We begonnen met de studie Technische Informatica in 2008. En ik overdrijf niet wanneer ik zeg dat er in het eerste jaar drie, hooguit vier, vrouwen deze studie volgden. Van de 90 tot honderd studenten in totaal. Heel weinig. Daar komt nu wel verandering in en dat komt onder meer omdat veel vrouwelijke studenten vanuit het buitenland naar ons land komen. In landen als Roemenië en Bulgarije krijgen kinderen op de basisschool Techniek als vak, waardoor het van jongs af aan ook populair is bij meisjes en jonge vrouwen. Of het op de Nederlandse scholen het geval is, durf ik niet te zeggen. Ik hoop het van wel.’’

Studeren en programmeren op afstand

Man of vrouw, maakt niets uit: bij Wolfpack geen tekort aan tevreden klanten en geslaagde cases. Kunnen de ondernemers een voorbeeld noemen van een project waar ze enorm trots op zijn? ,,Dan denk ik aan een project in opdracht van de TU/e voor de afdeling Electrotechniek. Studenten krijgen er naast het theoretisch onderwijs ook praktijkonderwijs. In dit geval gaat het om een laboratorium met daarin machines waarop studenten modellen moeten programmeren, bijvoorbeeld mechanische armen, een metalen balletje aangedreven door magneten of cilinders met water waarin kleppen zitten die het waterniveau in de cilinder bepalen’’, legt Schouten uit.

,,Het probleem: steeds meer studenten, te weinig machines en beperkte openingstijden van het lab. Onze oplossing: een applicatie waarmee studenten online inloggen, hun modellen uploaden, kunnen reserveren door middel van een agenda en vanuit huis aan de slag kunnen met de machines. Zo’n live verbinding op afstand met camera klinkt eenvoudig, maar dat is het niet. Er mag geen vertraging optreden. Daarin zat de uitdaging voor Wolfpack. Dat is gelukt. Het resultaat is ontzettend goed en de gebruikers, de studenten, zijn tevreden. Belangrijk, zeker nu vanwege corona waardoor op afstand werken nog normaler is geworden. Inmiddels wordt de applicatie ook voor andere vakken ingezet en meerdere onderwijsinstellingen hebben interesse.’’

Advies op maat dankzij data

Naast verschillende uiterst slimme oplossingen in de zorg en onderwijs, werkt Wolfpack voor grotere en kleinere bedrijven, onder meer in het mkb. Een mooi voorbeeld daarvan is SOAP Company, waarover je eerder al kon lezen op De Ondernemer. Het Eindhovense IT-bedrijf ontwikkelde en bouwde een chatfunctie voor de webshop van het cosmeticamerk. ,,Bezoekers van de online winkel krijgen dankzij de functie advies op maat. Niet zoals op bol.com ‘Andere mensen kochten ook dit’, maar persoonlijke aanbevelingen op basis van wat de klant invult’’, vertelt Hermkens. ,,Welk type huid, leeftijd, geslacht, pigment, kleine poriën, grote poriën, veel pukkeltjes, geen pukkeltjes. Al die data zorgt ervoor dat de consument precies weet welk cosmeticaproduct het beste bij hem of haar past. Daarnaast: met dezelfde data kunnen we het systeem in de toekomst nog slimmer maken.’’

Samenwerking met TU/e voor opleiden talent

Met deze technologie in ogenschouw genomen, is het niet vreemd dat Wolfpack als kool groeit. Kennis en ambitie is er in overvloed. Kunnen we de Eindhovenaren in de nabije toekomst ook actief in het buitenland verwachten? Zitten de internationale opdrachtgevers al in de pijplijn? Hermkens: ,,Dat is een goeie. Die ambitie is er niet direct, al sluiten we niets uit. De Nederlandse markt is groot en wanneer je naar de specifieke sectoren waar wij ons mee bezig houden kijkt, zijn de verschillen groot. Kijk alleen al naar zorg en healthcare. De wetgeving is bij ons totaal anders in vergelijking met andere landen. Overigens werken er bij Wolfpack behoorlijk wat mensen die niet uit Nederland komen. In die zin is ons bedrijf wel internationaal te noemen.’’

,,Wat onze grootse ambitie wel is? Jong talent aannemen en hen vanuit de TU/e verder opleiden. In samenwerking met de universiteit beginnen we met de Wolfpack Academy. Een intern opleidingsprogramma, iets dat je in onze sector relatief weinig ziet. Daar hebben wij profijt van, maar zeker ook de TU/e. Overigens werken er bij ons mensen parttime die nog bezig zijn met hun Master. Daarom is de samenwerking zo belangrijk.’’